NAVRAAG BART PEETERS

'Over festivals organiseren moet je de jongere generatie niets leren'

Van rockdrummer tot kleinkunstartiest: een overzicht bewaren van het creatieve oeuvre van Bart Peeters is quasi onmogelijk. Maar aan stoppen denkt de Peter Pan van Vlaanderen nog niet: 'Mijn allerbeste optreden moet nog komen.'

Gepubliceerd Laatst geüpdatet

Bart Peeters

  • Studeerde Germaanse filologie en Theaterwetenschappen in Antwerpen
  • Won bekendheid met de band The Radios
  • Debuteerde als solo-artiest in 2004 met Het plaatje van Bart Peeters
  • Kreeg in 2024 op de MIA’s de carrièreprijs Lifetime Achievement

Bart Peeters is niet onbekend met het concept van metamorfose. Hoewel de meesten hem kennen als kleinkunstzanger, begon zijn muzikale carrière in de jaren tachtig als internationale popster bij The Radios. Een decennium later ontpopte hij zich tot 'Vettige Swa': de rockdrummer van de Vlaamse rockgroep The Clement Peerens Explosition. Uiteindelijk kreeg zijn liefde voor Nederlandstalige muziek de bovenhand, en samen met De Ideale Mannen creëerde hij een muzikale stijl die kleinkunst, wereldmuziek en folk moeiteloos verweeft.

Naast zijn muziekcarrière is Bart Peeters ook een vaste waarde op televisie. Programma’s als Het Peulengaleis, Dag Sinterklaas en De Droomfabriek maakten hem geliefd bij een breed publiek. Ondanks die veelzijdigheid blijft hij op zoek naar nieuwe artistieke uitdagingen. 'Je moet tien dingen proberen om er dan eentje over te houden.'

Het volgende op zijn drukke agenda is een nieuwe reeks concerten in de Lotto Arena, getiteld Bart Peeters Deluxe. 'Dat is omdat er weleens een koor langskomt', grapt hij. De shows, ter ere van zijn 65e verjaardag, geven de eeuwig jonge artiest de kans om opnieuw te doen wat hij het beste kan: het publiek verrassen. We spreken hem over zijn roots in Boechout, zijn recente optreden op Pukkelpop, en alles daartussenin.

Boechout mijn land

Vanwaar komt de interesse voor het talige en de keuze om Germaanse filologie te studeren? 
Bart Peeters: 'Die interesse kwam er puur door mijn vader. Vroeger zei hij altijd: "Als ze vragen wat je later wil studeren, antwoord dan Germaanse." Ik had geen idee wat dat precies was, maar volgde zijn advies. Mijn vader was nogal met taal bezig en bepaalde taalregels, zoals de eind-d van "altijd", werden streng bewaakt. In het Boechouts zeggen ze weleens 'altij'. Dat was een major fout.' 

'De liefde voor literatuur en theater zat er thuis wel stevig ingebakken, en eerlijk gezegd vond ik het ook echt leuk om me daarin te verdiepen. Destijds studeerde ik Duits, Engels en Nederlands. Daarnaast kon je toen ook twee universitaire richtingen combineren, dus koos ik voor theaterwetenschappen. Ik volgde alles aan de Universiteit Antwerpen, waar ik met de fiets naartoe kon.'

Heeft die achtergrond in de talen, maar ook in de theaterwetenschappen nadien, je werk als muzikant beïnvloed?  
'Wat mij het meest heeft beïnvloed, was de platenspeler bij ons thuis. In mijn jeugd bestond Spotify nog niet; we hadden één centrale platenspeler waar vinylplaten werden opgelegd. Dat waren artiesten zoals Jacques Brel, Ramses Shaffy, Boudewijn de Groot en Bob Dylan. Wat je als zesjarig kind hoort, vormt je voor de rest van je leven. Neem nu Bob Dylan, die zingt niet in het Nederlands, maar tovert toch ongelooflijk met taal.' 

'Het leven gaat zoals een coronacurve, met ups en downs'

'Daarnaast had ik het geluk dat ik uit Boechout kom, een klein dorpje tussen Antwerpen en Lier. Daar vond jaarlijk het Sfinks Festival plaats, waar ik wereldwijde muzikale invloeden opdeed van artiesten als Youssou N'Dour en de Buena Vista Social Club. Ik mocht zelfs mijn instrumenten uitlenen aan die muzikanten, wat me de kans gaf om hen persoonlijk te leren kennen.'

Heb je altijd al een zwak gehad om verschillende genres te verkennen?
'Ja, absoluut! Of het nu reggae, afrobeat, Balkanbeats of Latijns-Amerikaanse muziek is, ik hou ervan om verschillende stijlen te mixen. Dat heeft vaak ook te maken met de mensen waarmee ik samenwerk.'

'Zo heb ik Amel Serra Garcia in mijn band, die aan het conservatorium van Havana heeft gestudeerd, waardoor de muziek meteen een zuiders tintje krijgt. Of Abdellah Marrakchi, een Marokkaanse darbukaspeler, die op zijn beurt een stempel drukt op de sound. Ik zing ook samen met Ronny Mosuse, die Congolese roots heeft, of Tutu Puoane, die uit Pretoria komt. Dat verrijkt de muziek enorm.'

Je treedt zowel op op lokale Chirojubilea als op Pukkelpop. Waarom zoek je naar die combinatie tussen zaalconcerten en allerlei soorten festivals?
'Dat is een goeie vraag. Als we een nieuwe plaat uitbrengen, wordt dat een theatershow. Dan spelen we vooral de nieuwe nummers en wat hits. In de Lotto Arena is het weer anders: daar speel je je grootste hits, maar ik wil niet dat het de hele avond alleen maar meezingen is. Mensen moeten verrast worden. Dat vraagt om een andere aanpak.'

'En dan zijn er festivals, of dat nu Werchter, Pukkelpop of een lokaal scouts- of Chirofestival is. Twee weken geleden speelden we nog op de Student Kick-Off in Gent. Dat was volledig door studenten georganiseerd, en dat was enorm professioneel. Ondertussen moet je de jonge generatie niets meer leren. Voor mij maakt het niet uit of het een groot of lokaal festival is, zolang het met hart en ziel gedaan wordt en geen puur commerciële setup is.'

Metamorfoses

Na je hoofdstuk als popster, was je een tijdje rockdrummer, waarna je uiteindelijk naar kleinkunst bent overgeschakeld. Hoe verklaar je die verschillende fases die je hebt doorgemaakt?
'Waarom ik begon met drummen, heeft alles te maken met waar ik opgroeide. Er liepen in Boechout toevallig heel veel gitaristen rond, maar bijna geen drummers. Het is de wet van vraag en aanbod, dus dan ben ik drummer geworden. In de jaren zeventig dachten we als Belgische muzikanten dat je niet verder kon komen dan spelen in een coverband.'

'Hey gast, neem je verantwoordelijkheid en schrijf over iets belangrijks'

'Pas met The Radios realiseerden we dat je met zelfgemaakte popmuziek een wereld­succes kon bereiken. Maar dat bracht veel gedoe met zich mee, we tourden overal. Ondertussen, in 1994, werd onze tweede dochter geboren. Het leven als popster was moeilijk te combineren met het vaderschap, dus heb ik mezelf op pensioen gestuurd als popster. (lacht) Vaak hebben dingen heel gewone oorzaken.'

Vanwaar kwam de keuze om Nederlandse songteksten te schrijven, en geen Engelse?
'In het Engels kan ik veel minder gevoel leggen in mijn teksten. Om de simpele reden dat ik mijn diepste gedachten niet in het Engels heb, maar in het Vlaams. Net zoals mijn beste humor. Het helpt dus enorm om in je eigen taal te denken en te schrijven. De reden dat ik er pas later mee begonnen ben, is faalangst.'

Peeters vliegt het publiek in op Rock Zottegem 2024.

'Toen ik vijftien was ging ik naar een optreden van Raymond van het Groenewoud, die toen nog niet bekend was. Ik was compleet van mijn sokken geblazen en dacht: "Dit is ongelooflijk, maar ook niet te overtreffen." Toch was het later diezelfde Raymond die me aanmoedigde om in het Vlaams te zingen.'

Hoe verwerk je je eigen ervaringen in je nummers of in je typetjes?
'Je zegt het juist. Soms is een songwriter gewoon een chroniqueur, iemand die vertelt wat er gebeurd is. Een van de eerste nummers die ik in het Vlaams schreef, was Heist Aan Zee. Dat gaat over een wat mislukte papa die denkt dat hij slim is door zijn kinderen eerst wafels met crème fraîche te geven en ze daarna in gocarts op de dijk te zetten. Uiteraard beginnen ze dan te kotsen en doen ze in hun broek. Dat is gewoon wat er die dag  echt gebeurde. Tot mijn verbazing werd dat liedje een anthem.' 

'Anderzijds ben ik ook gespecialiseerd in het schrijven van loser en break-up songs. Een loser voel ik me nu wel, maar voor de rest ben ik al sinds 1978 gelukkig samen met Anneke Bellens. (lacht) Het leven gaat zoals een coronacurve, met ups en downs, en daar haal ik inspiratie uit, maar het hoeft niet altijd mijn eigen waarheid te zijn.'

Je hebt nummers zoals Hemel en Gloednieuw Begin, die geïnspireerd lijken door actuele gebeurtenissen. Zie je het als jouw taak om bewustzijn te creëren rond bepaalde sociale thema's of politieke kwesties?
'Ik heb liedjes over de klimaatcrisis en de oorlog, maar dat is niet het grootste deel van mijn werk. Toch zit het er wel in, soms in heel kleine hoekjes. Om het simpel te zeggen: het is beter dat we naar samenhang streven dan naar verdeeldheid. Dat is ook het grote verschil tussen muziek en voetbal, muziek heeft geen tegenstander, dus het zou vreemd zijn als een muzikant mensen zou verdelen.'

'Soms voel je als songwriter wel een soort verplichting om over iets belangrijks te schrijven. Een voorbeeld is het busongeval in Sierre in 2012. De ouders van de overleden kindjes vroegen mij om op de staatsbegrafenis te spelen.' 

'Onze grootste concurrent zijn we zelf'

'Toen besefte ik dat ik geen passend lied had, dus schreef ik Wat nog komen zou. Dat lied ontstond uit een noodzaak en wordt nu vaak bij begrafenissen gebruikt, al was de rechtstreekse aanleiding de vraag van de ouders. Soms heb je dus als songwriter het gevoel dat mensen zeggen: "Hey gast, neem je verantwoordelijkheid en schrijf over iets belangrijks", maar lang niet altijd.'

Lifetime Achievement

Je kreeg in 2024 op de Mia’s een Lifetime Achievement Award. Heb je het gevoel dat je een hoogtepunt hebt bereikt?
'Daar was ik even bezorgd om. Ik dacht: "Willen ze hiermee zeggen dat ik nu moet stoppen?" Gelukkig stond in het juryrapport duidelijk dat ze dat niet bedoelden. Maar eerlijk is eerlijk; er ligt meer verleden achter me dan toekomst voor me. Dat neemt niet weg dat ik blijf dromen dat mijn allerbeste optreden nog moet komen.' 

'Ik kijk ook heel erg uit naar de Lotto Arena-concerten. Daar hebben we ongelooflijke mogelijkheden: licht, geluid, decor, koren en onverwachte gasten. We gaan ook wat risico’s nemen, en dat maakt het extra spannend. Vijf jaar geleden deden we dat ook, en toen liepen er tot de generale repetitie nog dingen mis. Maar op de première klopte alles. Onze grootste concurrent zijn we dus eigenlijk zelf.'

Hoe slaag je erin om je geest rustig te houden te midden van alle drukte en verplichtingen?
'Ik heb eigenlijk geen verplichtingen. Ik doe nooit iets tegen mijn zin. Ik heb ook het geluk dat mijn vrouw Anneke een organisatorische geest heeft, net zoals mijn broer Stijn. Anneke is lang mijn manager geweest, maar toen ons gezin uitbreidde heeft mijn broer het overgenomen. Door hen word ik organisatorisch ongelooflijk ondersteund, waardoor ik die praktische dingen van me kan afzetten en me puur kan concentreren op het creatieve. Anders zou ik het eerlijk gezegd ook niet aankunnen.' 

Was dat anders toen je student was?
'Ja, ik was niet bepaald een modelstudent. Omdat ik bijvoorbeeld niet wilde dat mijn ouders mijn studie betaalden werkte ik tussendoor. Daarnaast was ik drummer, illustrator, en schreef ik musicals — een allegaartje eigenlijk.'

'Telkens wanneer de stoomboot aankomt kan ik feit en fictie niet meer onderscheiden'

'Ik speelde ook in een coverband, zelfs tijdens de blok. Dat kwam mijn studie niet bepaald ten goede. (lacht) Ik ging van het ene examen naar het andere zonder te slapen en had toch een onderscheiding. Maar toen ik daarna eindelijk wilde slapen, kon ik het niet meer. Slecht idee dus. In mijn tweede jaar heb ik dat toch anders aangepakt.'

Dromen en Sinterklaas

Als je voor je 65e verjaardag te horen zou krijgen dat ze jouw droom in vervulling zouden brengen bij De Droomfabriek, welke droom zou je inzenden?
(snel) 'Gewichtsloos zijn. Zonder vleugels, motor of enige aandrijving kunnen vliegen—dat is iets wat ik al mijn hele leven droom. Maar dat is vrij moeilijk. (lacht) Het ergste is, ik heb altijd van die terugkerende dromen waarin ik ineens begin te zweven door een simpele beweging met mijn onderrug. Telkens denk ik: "Hoe kan ik dat overdag toch vergeten?"'

'Nu ga ik iets verklappen, maar voor de komende reeks van De Droomfabriek was er een jongeman die graag gewichtloos wilde zijn. Klein detail: dat kan alleen bij NASA in Houston. Dus we belden met de boodschap: "Houston, we've got a problem. We want to experience zero gravity. Zero gravity.

Bart Peeters met zijn band De Ideale Mannen.

'Gek genoeg zeiden ze: "Kom maar af."  Twee weken geleden ben ik daar dan met die jongen een paraboolvlucht gaan maken. Dat vliegtuig gaat eerst supersnel omhoog, waardoor je je ontzettend zwaar voelt, en daarna duikt het omlaag en ben je volledig gewichtloos. Dat was bijzonder.'

De winter komt eraan en veel studenten zullen ongetwijfeld nog eens stiekem Dag Sinterklaas herbekijken. Hoe kijk je terug op die periode?
'Heel simpel. Door Jan Decleir, onze strafste acteur, begon ik tijdens de opnames echt te geloven dat Sinterklaas bestond. Je moet weten; we repeteerden amper en ik speelde mezelf, maar niet helemaal mijn leeftijd. Op een gegeven moment vroeg ik heel naïef en voorzichtig: "Sinterklaas, hebt u ooit een lief gehad?" Hij liet een lange stilte vallen en keek me streng aan. De spanning leek eeuwen te duren, maar toen kwam hij met een serieus verhaal over een verloren liefde, Donna Zarzuela.'

'Op dat moment dacht ik: "Ik ben hier aan het spreken met de echte Sinterklaas." Ik mag hem binnenkort weer opwachten in Antwerpen en telkens wanneer de stoomboot aankomt kan ik feit en fictie niet meer onderscheiden. Die magie blijft.'

Powered by Labrador CMS