“Er hangt een aura van concentratie”

Al meer dan tien jaar organiseert de KU Leuven openlesdagen. Daarvoor sloten studenten soms al op eigen houtje aan. “Toen wist je nooit welke les je binnenviel,” zegt Isabelle Van Geet van de marketingdienst van de KU Leuven. “Jongeren die zelf aansloten, waren vaak van thuis uit al vertrouwd met de universiteit. Via de openlesdagen bereik je andere doelgroepen en net diegenen die het meer nodig hebben en niet weten hoe het eraan toegaat.”

Naast de lessen zelf biedt de KU Leuven ook een beperkt voordeelpakket aan. “Niet alle studenten komen uit de buurt van Leuven,” zegt Van Geet. “Ook mensen die van ver moeten komen, willen we aanmoedigen om eens een les mee te pikken. Daarom bieden we hen een overnachting in een jeugdherberg aan. Daarna sprongen pas andere organisaties, zoals Alma, 30CC, STUK en Het Depot op de kar om bijvoorbeeld een bon mee in het pakket te krijgen. We werken enkel met organisaties waarvoor het een meerwaarde is dat studenten ze bezoeken."

Volgens Van Geet is begrijpbaarheid het eerste criterium voor een interessante open les. “Sommige lessen zijn niet begrijpbaar zonder een uitgebreide voorkennis,” zegt Van Geet. “Welke lessen interessant zijn, kan elke faculteit zelf aangeven.”

Praktische informatie

Professor Veerle Darras doceerde drie open lessen in de bachelor biologie. Zij ziet heil in de openlesdagen. “Het biedt een goed beeld van hoe de lessen aan een universiteit verlopen,” vindt ze. “Het is wel jammer dat de openlesdagen dit jaar samenvallen met de eerste week van het semester. De praktische informatie die we dan geven, is vaak niet interessant voor mensen uit het secundair onderwijs.”

Darras past haar doceerstijl niet aan. Wel reikt ze met kleine ingrepen haar ‘bezoekers’ de hand. “Als de open les in het midden van een hoofdstuk valt, schets ik in een paar minuten waar we gebleven waren. Een moeilijke term licht ik soms even toe, ook als de bachelorstudenten die wel al kennen.”

Professor Bart Raymaekers, decaan van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, treedt Darras daarin bij. “Er wordt ons gevraagd om te doceren zoals gewoonlijk. Ik pols even of ze er effectief zijn en laat ze reageren. Los daarvan is het de bedoeling dat ze kennismaken met een les zoals die aan de universiteit gegeven wordt, niet met een lightversie ervan. Hoe meer we het zouden versimpelen, hoe minder het een realistisch beeld geeft.”

“De openlesdagen zijn een nuttig instrument om studenten te informeren,” zegt Raymaekers. “Met relatief weinig inspanning geef je studenten een accuraat beeld van hoe het er in een universiteit aan toegaat.”

Na de les moraalfilosofie, een van de opleidingsonderdelen die Raymaekers doceert, komen we Marte, Mira en Céline tegen op weg naar naar het toilet. “Interessante les,” klinkt het. “Ik overweeg zeker om het te studeren.” Het verschil tussen secundair en hoger onderwijs is voor hen snel duidelijk: “Maturiteit. Er is veel minder gedoe en minder tijdverspilling. Er hangt een aura van concentratie, er wordt niet gedroomd of gebabbeld.”

In de grote hal van Groep T ontmoeten we Robin na de les elektronische schakelingen met zijn vrienden, die al industriële wetenschappen studeren. “De richting spreekt mij aan. Ik ga nog meer lessen volgen vandaag,” zegt hij. “Er was verrassend veel interactie tussen de prof en de studenten.”