Deze impact heeft de 24 urenloop op jouw lichaam

Dinsdag 22 oktober is het weer zo ver: de 24 urenloop gaat van start. De kringen strijden tegen elkaar om zoveel mogelijk rondjes te lopen en iedereen geeft het beste van zichzelf. Maar er zit een limiet op wat het lichaam kan verduren. Blessures zijn veelvoorkomend waardoor het lopen niet zonder risico is.

Door prestatiedruk zoekt een student sneller zijn limieten op en overschrijdt die die zelf. Dat kan tot blessures leiden, zegt professor Benedicte Vanwanseele, hoogleraar aan de Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen. Studenten in een vermoeide staat hebben volgens haar niet meer de capaciteit om zich aan te passen aan de veranderende ondergrond. 

Ernstige blessures

De meest voorkomende blessures zijn verrekkingen of scheuren in de kuitspieren en de hamstrings. Ook de knieën zien af. 'Wanneer je te snel loopt, komen er lactaat en waterstofprotonen vrij in de bloedbaan. Die laatste doen de zuurtegraad van je bloed dalen', zegt professor Katrien Koppo, hoofd van de onderzoeksgroep inspanningsfysiologie.

'In je bloedbaan is er een buffer (bicarbonaat) aanwezig die ervoor zorgt dat de pH-waarden van je bloed binnen bepaalde grenzen blijven. Wanneer de concentratie van bicarbonaat afneemt, verzuurt je lichaam en beging je trager te lopen of stop je uiteindelijk', vervolgt ze. 

In 1998 overleed een loper na een val op het parcours. De burgerlijke ingenieur kwam ten val twee uur voor het einde en overleed de dag erna aan zijn verwondingen. Dat jaar was er uit respect geen uitslag van de resultaten. Een zwarte dag in de geschiedenis van de 24 urenloop. 

Sneuvelende records

De laatste jaren zijn er al verschillende straffe prestaties geleverd, zowel individueel als collectief. In totaal werd er vorig jaar ongeveer 15.700 rondjes gelopen. Professor Koppo suggereert dat het moeilijk wordt om nog meer rondjes te lopen, aangezien er de afgelopen jaren al enorm is ingezet op het selecteren van snellere lopers uit de verenigingen. 

Een van de uitdagingen voor kleinere kringen is genoeg lopers vinden. 'De kringen zullen enkel meer rondjes kunnen lopen als ze een grotere groep van snelle lopers kunnen aanwerven, zodat de lopers voldoende kunnen recupereren', vindt professor Koppo. 

Ondanks de moeilijkheid streven verschillende verenigingen naar een betere positie, snellere tijden en meer rondjes. Zo gaan Apolloon en VTK dit jaar allebei voor 1090 rondjes. 

Een kenmerk van de 24 urenloop zijn de duizenden supporters. Die zingen uitbundig en schreeuwen aanmoedigingen naar hun lopers. Het mentale aspect van loop­prestaties blijft van belang. 

'Het is bekend vanuit de basis- en sportpsychologie dat de aanwezigheid van het publiek zorgt voor een hogere arousal. Die arousal zorgt ervoor dat een goed geoefende of gemakkelijkere taak beter wordt uitgevoerd', aldus professor Filip Boen, gewoon hoogleraar en lid van Onderzoeksgroep Fysieke Activiteit, Sport & Gezondheid. 

Professor Boen legt uit: 'In een onderzoek rond biatlon voor en tijdens covid werden prestaties vergeleken. Bij aanwezigheid van het publiek presteerden de atleten beter bij het langlaufen, maar slechter tijdens het schieten. Bij makkelijkere taken die minder concentratie vereisen is het publiek dus een verbeterende factor.'

De studenten zullen dus sneller lopen bij aanwezigheid van publiek. Zolang het publiek steunend blijft en niet uitjouwend. Want dat heeft een negatief effect op de loopprestaties. De juichende, aanmoedigende, of gewoon toekijkende supporters maken dus een degelijk verschil. 

Voor optimale prestaties is ook de voedingsinname zeer belangrijk. Volgens Gandert Willems, een ervaren loper die vorig jaar vijftig rondjes liep, is het best om drie uur op voorhand een maaltijd te nuttigen die vooral gebaseerd is op koolhydraten, zoals pasta, rijst of pannenkoeken. 

Tussen de rondjes door is het belangrijk om het energiepeil hoog te houden. Dat kan door zowel koolhydraten als suikers op te nemen. 'Ook zouten spelen een belangrijke rol, aangezien ze het lichaam helpen voedingsstoffen vast te houden', zegt Willems.

Ook water drinken is belangrijk, want volgens professor Koppo kan dehydratatie tot krampen leiden. 'Voldoende water drinken, of isotone dranken (dranken met evenveel zout en/of suiker als je lichaam, red.) indien je heel veel rondjes zou lopen, is dus de boodschap. Alcoholgebruik kan je best zoveel mogelijk beperken tijdens het lopen zelf. Door alcohol dehydrateer je en verminder je bovendien je inschattingsvermogen. Je hebt dan minder snel door dat je je lichaam overbelast.'