De Figuur: meneer De Geens

Slechts weinigen kennen zijn voornaam, toch is meneer De Geens een bekendheid in Leuven. Hoewel hij uitbater is van een groot aantal horecazaken is hij vooral gekend omwille van de 'haha'-nummerplaat op zijn camionette. Naast horecamagnaat is hij immers ook comedy booker. Ook treedt hij op in een wekelijkse podcast 'Mosselen om half twee'.

U staat bekend omwille van het grote aantal horecazaken in Leuven, hoe is dat gekomen?
De Geens: ‘Dat is allemaal begonnen in het studentenleven. Enkele mensen die ik kende, hadden een bod gedaan op de Origins (toen Mephist’O, red.). Daar hadden ze naast gegrepen, maar ze waren niet bij de pakken blijven zitten. Na enige tijd hadden ze een tweede zaak gevonden dat toen de Weirdo’s (nu de MAXIM’O, red.) was.'

‘Dat café was op het eind van z’n Latijn en moest eigenlijk helemaal uitgebroken worden. De dansvloer was bijvoorbeeld nog in hout en was half verrot. Dat hebben ze dan ook gefixt. Toen was ik er nog niet bij, ik deed nog grafisch en web-ontwerp als zelfstandige dus maakte ik het logo voor hen.’

‘Gradueel ben ik meer beginnen doen zoals concepten voor feestjes uitdenken, inkleding van de zaak mee bedenken, licht en geluid plannen, enzovoort.’

‘Niet veel later hebben we dan toch ook de zaak overgenomen waarop ze eerst hadden geboden en werd dat de Origins. Ondertussen kwam ook Gie, de eigenaar van Rumba & Co, naar ons toe. Die was op zoek naar overnemers en hij had gezien wat we als team in de MAXIM’O gedaan hebben. Hij zocht mensen die de Rumba wilde voortzetten. Als je zo'n vraag krijgt, ligt dat in de trant van ‘Wil je batman zijn?’. Dan zeg je: ‘Ja, graag, dank u’. Vanaf dat punt ben ik er zelf mee ingestapt.’

Is Leuven een goede plek om te ondernemen ?
‘Leuven in het algemeen is een heel toffe plek om een horecazaak in te openen. Enerzijds zit je immers met de studenten door de week. En je zit met de andere mensen in het weekend, op vrijdag heb je dan nog eens de scholieren. Als je dat vergelijkt met bijvoorbeeld Mechelen: daar is het merkbaar stiller.’

Er is wel veel leegstand op de Oude Markt?
‘Het plein heeft een beetje zijn charme verloren. Vroeger was de Oude Markt hét plein waar Iggy Pop of The Bloodhound Gang hebben opgetreden in hun hoogdagen. Dat waren zotte namen, tegenwoordig heeft elk dorp een eigen festival, hoewel dat nu ook terug aan het keren is.’

‘Als je die optredens wegneemt, verliest het plein na een paar jaar zijn charme. Ze hebben de Oude Markt waarschijnlijk ook al in tien jaar niet meer structureel aangepast. Bijvoorbeeld ander licht. Nu hangen er van die felle LED-spots, die geven heel ongezellig licht om bij te zitten. Er zijn echter wel heel wat ideeën te vinden bij de cafés.’

Waarop let u als u nieuwe zaken aankoopt, is er een rode draad?
‘Elke zaak heeft zijn eigen identiteit. De Rumba is wel de raarste zaak om een rode draad te trekken. Soms zijn er heel chique feestjes met champagne en hapjes, de volgende dag is er een studentenclub die zijn TD daar organiseert en weer even later heb je een live optreden van een rockband, wat weer een heel andere sfeer geeft.’

‘Die verandering maakt het wel tof om te doen. In de MAXIM’O hebben studentenkringen- en clubs dan weer hun vaste avond daar.’

Comedy

Ook in de wereld van de comedy bent u een legendarisch figuur, waar komt dat vandaan?
‘Ik zat nog op school in het Redingenhof. Eén keer per maand deden De Lunatics daar een impro- en comedyavond. Daar heb ik onder andere Xander De Rycke, Bert Gabriëls en Nigel Williams voor het eerst gezien.'

'Op een bepaald moment is dat gestopt en was er dus een leegte in Leuven. Zowel Nathalie Kamers, die Roadkill Comedy organiseert, als ik met Libertus (vrijzinnige studentenclub, red.) wilden dat opvullen.’

‘Zo zijn we in 2007, ongeveer 10 jaar geleden, begonnen met de Libertus Comedynight. Ik doe de dingen graag zo goed mogelijk. Zo kwam de vraag van andere organisatoren om te helpen organiseren en is de bal aan het rollen geraakt. Ik leerde ook meer volk kennen in de comedy-scene.Het was onder meer William Boeva die mij aanraadde om comedy-booker te worden.’

Hoe is het gesteld met Leuvense comedy scene?
‘Het zit vrij goed met de comedy scene, ook in Leuven. Er is een nieuwe lading comedians opgestaan die voortbouwen op de ervaringen van de vorige. Ze leren van hun voorgangers.’

‘De comedy scene wordt beter, maar ook ‘braver’. Vroeger dronken sommige comedians erg veel op en naast het podium om vervolgens met de auto naar het volgende optreden te rijden, dat zijn zaken die vandaag niet meer voorvallen. Gelukkig maar.’

‘Het geheel wordt er wel ‘anders’ door. De podia van omgekeerde bierbakken zijn zo goed als verdwenen, hoewel die ook hun charme hadden. Als je iets met liefde en passie doet, dan hoef je het niet ver te zoeken.’

U organiseert met Libertus al een aantal jaren comedy in de McDonald’s. Hoe zijn jullie daar beland?
‘Ik was op zoek naar een zaaltje waar we onze comedy night konden laten doorgaan. Een oude schoolvriend was manager van de McDonald’s van Leuven. Die had nog een zaaltje dat quasi nooit gebruikt werd boven en zo zijn we daar in 2009 terecht gekomen.’

Mist Leuven een echte comedy-club?
‘Eigenlijk wel, we zijn onder andere met Nathalie Kamers van de Roadkill en Walter Croux van Comedy in Rotselaar aan het praten om misschien eens een grotere comedyavond te doen, dat zal nog lukken. Maar een club waar je wekelijks comedy doet, is moeilijker. Wel ben ik al even aan het denken om met de Erasmusstudenten een English comedy night te organiseren.’

Libertus

Hoe was uw eigen studentenleven?
‘Ik heb het studentenleven gekend, maar ik werk al sinds mijn achttiende, dus ik heb nooit gestudeerd. Ik heb zelfs mijn middelbaar niet kunnen afmaken. Ik ging vaak uit tot drie, vier uur om daarna thuis een paar uur te slapen en dan te gaan werken. Dus ik dronk niet veel want ik woon niet in Leuven maar in Tervuren. Ik moest altijd met de auto terug naar huis.’

U bent ook jarenlang preses geweest van de vrijzinnige studentenclub Libertus, wat maakt die club anders dan andere clubs?
‘Libertus is een beetje ontstaan uit een vacuüm voor een toffe andere studentenclubs. De kringen waren heel traditioneel en er werd te veel geregelneukt. Daarom hebben wij zo weinig mogelijk regels.’

‘Bijvoorbeeld op cantussen: als mensen een belangrijke oproep verwachten, mogen ze rustig naar buiten gaan. We doen niet mee aan dingen als plasrijmpjes, al kan dat wel leuk zijn. We hebben al cantussen gehad waar we meer verteld hebben dan echt liederen gezongen hebben. Ook cantussen op rare locaties maakt het altijd leuk: zo hebben we ‘gecantust’ in alle parkings van Leuven, op de dijleterrassen, in een camionette en zelf op een vlot.’

Ook jullie doopritueel is anders dan wat gebruikelijk is?
‘De doop wilden we ook anders aanpakken. Gewone dopen: dat is eerder mensen belachelijk maken. De ontgroeningsopdracht is wel persoonlijker omdat we dan die mensen al beter kennen. Dat zijn dan opdrachten die heel grappig zijn of waar de club iets aan heeft, maar ze zijn nooit vernederend. Het moet plezant blijven en dat vergeten sommige clubs soms wel eens.’

Moeten clubs en kringen op een meer ludieke manier dopen gaan organiseren?
‘Ze mogen misschien wel meer onderlinge verandering hebben. Je moet niet altijd iemand vuil maken om te dopen. Bijvoorbeeld bij lokale clubs kan men iets doen met hun streekproducten.’

U hebt verschillende zaken en doet comedy bookings, hoe hou je dat vol?
‘Ik ben niet graag niet bezig. Ik ben constant aan het zoeken naar nieuwe invalshoeken en dingen om te verbouwen; als het budget er is natuurlijk. Het toekomstige budget is in mijn hoofd al op. (lacht) Je hebt ook goede partners nodig die verder denken maar mij ook kunnen tegenhouden als ik weer te ver durf gaan.’