Biostek, tuinieren aan de Kulak

Het is misschien een cliché, dat beeld van de West-Vlaamse landbouwer die elke dag zijn veld bewerkt en ’s avonds na een bord stevige kost indommelt aan de haard. Dat boerenbloed moet nu kennelijk ook door de groene vingers van de KULAK-studenten stromen. Naast hun Kortrijkse Alma ligt immers de BioStek of ‘Biologische Studentikoze moestuin aan de Kulak’. De rode bieten, pompoenen, radijzen en snijbonen lijken er als vanzelfsprekend uit de grond te schieten. Nochtans had het project heel wat voeten in de aarde.

Eigen kweek

“Enkele vrienden en ik wilden al een tijdje met een moestuin beginnen,” vertelt Noah Fuhrmann, bio-ingenieursstudent en bezieler van de BioStek. “Ons grote probleem was echter de tijd. De tijdsrekening van een moestuin valt niet samen met onze studentenkalender. Net in zo’n cruciale periode als de zomer zijn wij niet op post. We kozen dus voor gewassen die we konden kweken in het vroege voorjaar en oogsten vóór de zomer.”

Bovendien twijfelde de KULAK of het project wel opgevolgd zou worden. “We waren dan ook nog groen achter de oren,” lacht medeoprichter Quinten Coucke. “Toen we de eerste keer wilden spitten, konden we zelfs nauwelijks met onze spade overweg.” Gelukkig kregen de studenten professionele hulp van professor Koenraad Muylaert en moestuindeskundige Frank Petit-Jean. “Na hun advies gingen we echt van start. We verzamelden een twintigtal studenten met wie we wekelijks samenkwamen. In het voorjaar begonnen we te spitten en zaaien en eind mei konden we oogsten. Na die eerste oogst hadden we zo veel overschotten dat we even een BioStek-salad bar in de Alma wilden oprichten. Helaas mocht dat niet.”

Stujardin

Het idee van een studentenmoestuin is niet geheel nieuw. Gent heeft bijvoorbeeld StuJardin, een studenteninitiatief dat jaarlijks verschillende evenementen rond het thema organiseert, zoals een tuinier-op-kotavond en een speeddate met tuinexperten. In 2013 opende het een moestuin op de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, waar studenten en academici hun groenten, fruit en kruiden komen kweken.

Bij de vraag of ze hun BioStek zien uitgroeien tot iets gelijkaardigs, blijven de oprichters voorzichtig. “Voor een groter project als StuJardin moeten we eerst onze opvolging verzekeren. Momenteel is ons opzet drieledig. Ten eerste willen wij studenten laten kennismaken met biologisch tuinieren. Daarnaast hopen we hen via de BioStek dichter te brengen bij de oorsprong van het voedsel op hun bord. Ten slotte is er het sociale aspect. Onze moestuin biedt KULAK-studenten de kans om elkaar op een andere manier te leren kennen.”

De BioStek in Leuven?

De bezorgdheid om opvolging is niet onterecht. Aan de KULAK studeren de meesten twee of drie jaar, waarna ze richting Leuven vertrekken. Komt daar dan een tweede BioStek? “Als iemand met zo’n project naar ons komt, zullen wij dat zeker aanmoedigen,” stelt LOKO-mandataris Duurzaamheid Caroline Hermans. Vicerector Duurzaamheid aan de KU Leuven Katlijn Malfliet merkt op dat er nu al heel wat gaande is. “Het Ecoteam van de faculteit Sociale Wetenschappen en LivingCampus hadden al plannen om in de Parkstraat aan stadstuinieren te doen. Onze Groendienst kan daar aan meewerken. Verder telt ons personeel enkele enthousiaste bijenkwekers en appelplukkers. Een moestuin is hier dus niet ondenkbaar.”

Fuhrmann, die zelf al de oversteek maakte, houdt de focus op Kortrijk. “Daar valt nog genoeg te vernieuwen. We willen innovatieve groene technieken uittesten en onze groenten inzetten voor een studentenmaaltijd die de KULAK voor het goede doel organiseert. Het is verleidelijk om nu snel aan een tweede en grotere BioStek te denken, maar kwaliteit gaat boven kwantiteit.”