analyse> Koloniaal verleden is nooit ver weg, ook niet aan de universiteit

Uitgebreid arsenaal aan koloniale relicten verspreid over de KU Leuven

Het debat rond koloniaal erfgoed flakkerde begin dit jaar op met de ophef rond standbeelden van oud-kolonialen. Maar de verzameling koloniaal erfgoed aan de KU Leuven gaat veel verder dan een beeld.

De KU Leuven en Congo

De oprichting van Congo-Vrijstaat, het persoonlijke project van koning Leopold II, bracht een enorme wetenschappelijke interesse bij de Belgische universiteiten teweeg. Tot diep in de twintigste eeuw vlogen missionarissen heen en weer in naam van wetenschap én geloof. ‘In het voetspoor van [de] apostelen wilde de elite [...] het licht van hun westerse wijsheid uitstralen over Congo’, schrijft Ruben Mantels in zijn boek Geleerd in de tropen: Leuven, Congo & de wetenschap, 1885-1960.

In de jaren van Belgisch-Congo, nadat de Belgische staat het uit de handen van de koning had genomen, waren er zowel op Leuvense als Congolese bodem allerlei initiatieven om het nationale koloniale beleid ook binnen de academische invloedssfeer te brengen. Zo kon men vanaf de eeuwwisseling Koloniale Wetenschappen gaan studeren, als tandem bij Handelswetenschappen.

De universiteit, toen nog UCLouvain, richtte talrijke onderwijs- en onderzoeksinstellingen op in Congo. Daarvan zijn de FOMULAC (tropische geneeskunde) en de CADULAC (landbouwwetenschappen) de voornaamste. Maar dat was niets tegenover wat er in 1954 stond te gebeuren: op het Leuvense rectoraat had men het moeilijke plan bedacht de eerste katholieke universiteit in Afrika op te richten.

Enkele jaren later werd Lovanium ingehuldigd, die niet alleen steun kreeg van de UCL en de Belgische staat, maar ook van Washington, en de families Ford en Rockefeller. Het zou uitgroeien tot een van de grootste en beste universiteiten in Afrika, met bekende alumni als Étienne Tshisekedi, driemaal premier van de Democratische Republiek Congo en tegenstander van president Joseph Kabila. In 1971 fuseerde Lovanium met twee Congolese universiteiten tot UNAZA, wat het einde betekende van de Leuvense invloed in Congo.

Sinds de dood van George Floyd, en de Black Lives Matter-beweging die hieruit voortvloeide, is het vraagstuk rond dekolonisering pertinent aanwezig in het publieke debat. Ook de KU Leuven stelt zich steeds meer vragen bij haar koloniaal erfgoed.

Het erfgoed van het Leuvense koloniale verleden bevindt zich niet enkel in België. Zo worden onder meer archieven over Lovanium, de eerste Congolese universiteit opgericht door de KU Leuven, later omgedoopt tot de Université de Kinshasa, bewaard in Kinshasa zelf. 'Er is meer samenwerking met Congolese instanties vereist om een beeld te krijgen van ons koloniaal verleden', vertelt professor Geert Vanpaemel, directeur van de dienst Academisch en Historisch Patrimonium.

Het doel was een etnografisch museum op te richten met de verzamelde stukken uit Congo

De term koloniaal erfgoed dekt veel meer dan enkel borstbeelden van toenmalig Koning Leopold II. Het gaat van een etnografische collectie kunst- en gebruiksobjecten tot archiefstukken, schoolboeken, kaarten, publicaties over bouwkundig erfgoed en wetenschappelijke collecties. Veel archiefmateriaal ligt ook opgeborgen in KADOC - Documentatie-en Onderzoekscentrum voor Religie, Cultuur en Samenleving -, onder andere over missieordes die actief waren in Congo.

Afrikaanse kunst

Anne Verbrugge, beheerder van het Kunstpatrimonium van de KU Leuven, vertelt over de kunstcollectie Mayombe uit voormalig Belgisch-Congo: 'De Afrikacollectie is een etnografische collectie verzameld in de eerste helft van de twintigste eeuw.' De collectie werd verzameld op vraag van professor Edouard De Jonghe door voornamelijk pater Bittremieux, die verbleef als missionaris in de voormalige kolonie.

Het doel was een etnografisch museum op te richten met de verzamelde stukken in context van de Hogere Handelsschool, de voorloper van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen. De stukken zouden dienen als didactisch materiaal voor toekomstige kolonialen. 'Die collectie is verzameld in de context van onderwijs en onderzoek en valt dus voor ons onder de noemer van academisch erfgoed', vertelt Verbrugge.

In 2011 schonk verzamelaar en alumnus Karel Timmermans-Haems-Ons, die tijdens zijn reizen door Congo verschillende kunstobjecten aankocht, een collectie van een dertigtal stukken aan de KU Leuven. De verzameling bestaat uit maskers en beelden. De collectie Timmermans-Haems-Ons en een deel van de stukken uit de collectie 'Bittremieux' worden permanent tentoongesteld in de Jubileumzaal van de Universiteitshal; de rest zit opgeborgen in een magazijn.

Verborgen Belgisch-Congolese ster

Een subtieler relict, daterend uit de koloniale periode, is het Mariabeeld boven de ingang van de grote leeszaal in de universiteitsbibliotheek. Professor Koloniale Geschiedenis Isdebald Goddeeris vertelde tijdens een gesprek in juli dat dit beeld geschonken werd door het Belgisch mijnbedrijf Union Minière du Haut Katanga – het huidige Umicore – dat actief was in de voormalige kolonie en daar kostbare grondstoffen exploiteert.

Waarom zou zo'n bedrijf schenkingen doen aan de KU Leuven? 'Privébedrijven schenken zaken aan universiteiten om de band te versterken. Het onderzoek dat ze voeren kan hun immers ten goede komen', zegt Joris Snaet, vertegenwoordiger van de divisie Monumenten en Bouwkundig Onderhoud.

Er is ook een afbeelding van de Belgisch-Congolese vlag terug te vinden in de inkomhal van Pangaea, al ligt deze verborgen onder een mat. De residentie boven Pangaea, Home Vesalius, werd gebouwd met onder andere sponsoring door kolonialen en bedrijven actief in het voormalige Congo en diende toen als studentenresidentie voor de 'société coloniale', dat zijn kinderen van Belgische kolonialen en de eerste zwarte studenten die aan een universitaire opleiding begonnen.

Commissie moet soelaas bieden

De wereldwijde controverse over beelden van figuren die betrokken waren bij het Europees imperialisme trof ook de Leuvense universiteit. Onderwerp van de ophef was een borstbeeld van Leopold II in de Universiteitsbibliotheek. De KU Leuven nam daarom de beslissing het beeld te verwijderen.

De manier waarop al het erfgoed bij ons terecht kwam is niet in alle gevallen even transparant

De commissie Koloniaal Erfgoed en Koloniaal Verleden, opgericht naar aanleiding van de ophef rond het borstbeeld van Leopold II, moet nagaan hoe de KU Leuven kan omgaan met haar koloniaal verleden. Volgens vicerector Erfgoedbeleid Bart Raymaekers heeft de commissie twee opdrachten.

Ten eerste moet ze oplijsten wat er aan koloniaal erfgoed aanwezig is in de KU Leuven. Ten tweede moet er worden nagedacht over wat met dat erfgoed te doen en in welke mate historische contextualisering vereist is. De commissie wilt daarmee een debat over dekolonisering in ruimere kring op gang brengen, zo mogelijk in heel de universitaire gemeenschap en daarbuiten.

De manier waarop al het erfgoed bij ons terecht kwam, is niet in alle gevallen even transparant. Soms gaat het om schenkingen, zoals de collectie van Timmermans-Haems-Ons, maar in evenveel gevallen is de weg naar de Leuvense universiteit helemaal niet duidelijk. De commissie probeert ook in deze kwestie klaarheid te scheppen. Ze hoopt tegen het einde van dit jaar haar eerste rapport klaar te hebben; daarin zal ze concrete adviezen geven aan de beleidsmakers van de KU Leuven.

Dekolonisering?

Hoe doe je aan dekolonisatie van een universiteit? 'Dat is eerst en vooral stilstaan bij een verleden dat fundamenteel onrechtvaardig is geweest. Dekolonisering is dat al durven erkennen', vertelt Nadia Nsayi, politicologe en auteur van Dochter van de dekolonisatie.

Het debat rond dekolonisatie en contextualisering wordt meer en meer gevoerd: 'Het is hoog tijd om een visie te ontwikkelen rond hoe we omgaan met al dat erfgoed', zegt Raymaekers. 'Maar met een standbeeld van zijn sokkel te halen verander je de geschiedenis niet.'

Die mening deelt ook Joris Snaet: 'Eerst moet je je inlezen en niet een oppervlakkige discussie houden over het al dan niet verwijderen van beelden als fysieke getuige van de kolonisatie. Door het verwijderen van een beeld, is de geschiedenis erachter volledig verdwenen en uit het oog verloren.'

'Het is niet zo dat er op een eenzijdige manier van alles moet worden weggehaald, maar er moet een participatief project ontstaan om over zo'n zaken na te denken op een meerstemmige manier. Het mag niet enkel een verhaal zijn van professoren en onderzoekers', vult Nsayi aan.

Powered by Labrador CMS