longread> "Wapens zijn een concept van de vorige eeuw"
Onderhandelen als er levens op het spel staan
Onderhandelen op het slagveld of tijdens een gijzeling. Tom Van der Spiegel en An Baeyens zijn beiden experts in onderhandelingen waar mensenlevens op het spel staan.
Tijdens een lezing georganiseerd door de Leuvense studentenvereniging LCM SA getiteld "High Risk Negotiation" deden beiden onderhandelaars uit de doeken hoe je in crisissituaties alsnog mensen kan overtuigen. Onderhandelen is vaak de eerste lijn van verdediging, zowel tegen terreur als op het slagveld in Afghanistan.
“The United States do not negotiate with terrorists”, zou president Bush ooit gezegd hebben. Is het mogelijk om een oplossing te vinden zonder te onderhandelen?
Tom Van der Spiegel: "Ik denk dat dat heel moeilijk is, maar ik denk eerst dat je die uitspraak van Bush moet nuanceren. In zoverre het nuanceren van Bush überhaupt al mogelijk is."
"Ik denk dat je een heel groot onderscheid moet maken in conflictbeheersing tussen de verschillende partijen en ‘de terroristen’."
"De definitie van terreur of terrorisme is heel specifiek. Een terroristisch netwerk is ingewikkeld. Ze gebruiken angst en terreur om een politiek standpunt in te nemen omdat ze al weinig achterban hebben en weinig draagvlak hebben, moeten ze zich tot zulke middelen wenden."
"En daar ga je meestal niet mee beginnen onderhandelen. Dat is ook heel moeilijk, zeker als je naar de huidige terreur -ik denk dan aan ISIS- kijkt. Die zijn ideologisch zo sterk geïndoctrineerd en ook niet bang om te sterven."
"Dan is het heel moeilijk daar even mee om tafel te zitten. Anderzijds is dat maar een klein segment binnen een gewapend conflict."
"Ik denk bijvoorbeeld aan de Taliban in Afghanistan, dat is geen terroristische beweging. Dat is een opstand die vanuit de bevolking is gekomen met toch een redelijk sterke achterban."
"De belangen die die mensen hebben, de doelstellingen die ze nastreven, zijn meestal politieke doelstellingen. En realistische doelstellingen waarbij we wel common grounds kunnen vinden, met zulke mensen kan je uiteindelijk aan tafel gaan zitten."
"Met terroristen onderhandelen is inderdaad heel moeilijk. En dan nog, je gaat nog altijd negotiëren om mensenlevens te redden, bij een gijzelingsactie bijvoorbeeld. Bij strijdende partijen, als we common grounds vinden, kunnen we altijd aan tafel gaan zitten. Er zijn dan altijd opties."
Is het moeilijk om met mensen te onderhandelen die weinig geven om hun leven?
Van der Spiegel: "Dat zijn fanatici, de belangen die ze nastreven en hun doelstellingen die staan zo ver van de onze. Als er geen common grounds zijn, geen enkel puntje waar we het over eens zouden kunnen zijn, is het heel moeilijk om te beginnen onderhandelen."
"Dan denk ik dat het enige alternatief is daadwerkelijk die mensen hun slagkracht ontnemen. Ze monddood maken. Ik denk zelfs, ze volledig vernietigen. Dat wordt nu meer en meer gezegd. Hen gewoon proberen te vernietigen om hen in een positie te brengen waar ze uiteindelijk gaan onderhandelen voor hun eigen leven."
"Maar die groepen hebben wel een invloed op andere elementen in de samenleving -die niet IS zijn maar misschien wel door IS worden beïnvloed- en daar kunnen we misschien wel mee aan gaan tafel zitten. En daar gaan mogelijke tegenstanders plots een bondgenoot worden omdat je een common ground gevonden hebt in de vorm van een gemeenschappelijke vijand."
"Bijvoorbeeld wat er nu gebeurt in Syrië. Drie jaar geleden was het ondenkbaar om met Rusland aan tafel te gaan zitten om een akkoord over inzet in Syrië rond te krijgen. Er wordt zelfs gepraat met radicale bewegingen zoals het Al-Nusrafront (Syrische tak van Al-Qaeda,red.) over een gezamenlijke aanpak tegen ISIS. Het was ondenkbaar dat de Verenigde Staten met wat zij “de Satatanstaat Iran” noemen, min of meer de plooien zouden hebben gladgestreken."
"Het feit dat er druk is aan een kant, opent dan ook de deuren aan de andere kant. Met IS zie ik niet direct wat de opening zou zijn om met die mensen rond tafel te gaan zitten. De vraag die we ons moeten stellen is: willen we met zulke mensen rond tafel gaan zitten? Ik denk dat dat de eerste essentiële vraag is die we ons moeten stellen voor we gaan kijken hoe realistisch het is."
An Baeyens: "Je kan altijd proberen onderhandelen, elke mens heeft nood aan menselijk contact en het grootste bewijs dat niet elke terrorist effectief zijn leven wil opofferen zijn de mensen die wij recent hebben aangehouden."
"Salah Abdeslam en Mohamed Abrini. Die werden verondersteld van ook zichzelf op te blazen en die hebben dat toch niet gedaan. Dan moet er iets zijn geweest dat hen van gedacht heeft doen veranderen."
"In een land als Afghanistan is er zoveel corruptie, dan ga je op zoek naar de personen die het minst corrupt zijn."
Tom Van der Spiegel, onderhandelaar bij Defensie
Wat is dan de spreekwoordelijke “kier in de deur” waarmee u probeert bij dat soort mensen binnen te geraken?
Baeyens: "Bij de aanslagen in Brussel hebben we geen kans gehad, de aanslagen waren voorbij."
Van der Spiegel: "Zeker op persoonlijk niveau kan je proberen contact te maken. Ik denk dat je een onderscheid moet maken afhankelijk van de context. Bij een gijzeling heb je weinig keuze, je moet toch in dialoog proberen treden om mensenlevens te redden."
Baeyens: "Ik ben van de mening dat je toch meestal moet proberen om contact te leggen. Zoals bij de twee broers die zich na de aanslagen in Parijs zich verschansten in die drukkerij. Dat was geen gijzeling. Daar is contact geweest met die mensen, via de pers die gewoon belde naar het adres van die drukkerij. Zij hebben geantwoord."
"En er is altijd wel een kier. Je kan onder elkaar afspreken van een bepaalde actie te doen maar dan toch laten uitschijnen dat uw motivatie dezelfde is maar er zijn altijd verschillen. En die verschillen, ook mede door de achtergrond, kunnen helpen."
Hoe moeten we ons zulke onderhandelingen voorstellen?
Van der Spiegel: "Dat kan op alle mogelijke niveaus. Dat kan op een zeer hoog niveau waar je echt met een lokale of nationale overheid over reconstructie en ontwikkeling en veiligheid afspraken gaat maken. Maar dat kan heel goed zijn dat je hele kleine deals sluit op een heel tactisch niveau, gewoon om de omgeving te “shapen”, om latere vertrouwensrelaties en latere grotere deals te kunnen sluiten."
'Voor hetzelfde geld zit ik met een lokale dorpsoudste ergens in het midden van een woestijn op een tapijt om te spreken over de veiligheid en hoe we daar samen kunnen aan werken in dat dorp, op dat kleine niveau. Dat zijn informele leiders op een laag niveau, die mensen zullen qua geletterdheid, qua taalkundigheid alleen maar hun eigen moedertaal machtig zijn."
"Ik mag zoveel talen machtig zijn als ik wil, je zal met het obstakel zitten dat je met een tolk zal moeten werken omdat er zoveel dialecten zijn. Dat heeft een aantal nadelen maar tegelijkertijd is dat een realiteit waar ofwel wij of zij daar gewoon aan zijn geraakt in bijvoorbeeld Afghanistan dat al een tiental jaar aansleept. Beide partijen hebben daar een modus vivendi gevonden en zijn gewoon om met een tolk te werken."
"Als je op hoger niveau terecht komt, hoop je om een soort lingua franca te vinden om dat rechtstreeks contact te kunnen hebben. Je gaat die relatie opbouwen in een gemeenschappelijke taal, maar als dat dan echt over de details gaat en de inhoud, dan ga je er alsnog een tolk bij halen om zeker te zijn dat we de nuances goed begrijpen."
Denkt u dat het onderhandelen op al die niveaus onderschat wordt?
Van der Spiegel: "Ik ben ervan overtuigd dat dat onderschat wordt. Bij onderhandelen denken veel mensen in de eerste plaats aan die hele grote deals. Een vredesonderhandeling, een staakt-het-vuren. Dat zijn een aantal uitschieters die in de media komen, daar gaan heel vaak honderden, duizenden deals gesloten door tientallen verschillende mensen vooraf die ervoor hebben gezorgd dat die grotere deal en vertrouwensrelatie überhaupt mogelijk is."
"In een conflictgebied zijn de militairen vaak de enigen die aanwezig zijn. En we krijgen het mandaat om de wapens te doen zwijgen en we krijgen het mandaat om stabiliteit en veiligheid te brengen in bepaalde regio’s maar het wordt vaak al onderschat hoe weinig dat gebeurt door het gebruik van vuurkracht. Om er een arbitrair cijfer op te plakken: in vijf procent van de gevallen zullen we een effect proberen te bereiken door wapens te gebruiken."
"Heel vaak verkrijgen we effecten gewoon door invloed uit te oefenen door de juiste mensen in een netwerk te identificeren, proberen daar een vertrouwensband mee op te bouwen, trachten common grounds daarmee te vinden. Dat is onderhandelen, wij hebben een belang, zij hebben een belang en we proberen dan daarover de discussiëren. Maar dat kan evengoed zijn dat twee partijen in een gebied belangen hebben waarvan we denken: als we die laten overlappen, dan brengen we die gewoon bij mekaar en dan kunnen wij een stap achteruit zetten."
"Tachtig procent van mijn werk bestaat uit netwerken uitbouwen, mensen identificeren en daar invloed proberen op uitoefenen zodanig dat we tot overeenkomsten kunnen komen. Ik denk dat dat dagelijks gebeurt gewoon. De einddoelstelling van een militaire tussenkomst is altijd dezelfde, namelijk we zouden moeten op voorhand al weten wanneer we er kunnen uit gaan en we gaan er uit wanneer er een veilige, stabiele samenleving zich heeft opgebouwd, met of zonder onze hulp."
"Een samenleving die ook veerkrachtig is, zodanig dat ze ook aan externe shock kan weerstaan als wij weg zijn. Dat ga je niet alleen doen met wapengeweld."
"Om een tijdelijke vrede op te leggen ga je soms geweld moeten gebruiken, maar een eindoplossing bereiken door wapens is een concept van de vorige eeuw en de eeuw ervoor. We zitten nu in een nieuw paradigma waarbij we zoiets hebben van: de oorlogen vandaag worden gewonnen in de harten en zielen van de bevolking. En soms jammer genoeg een pact sluiten met de duivel zoals men dat dan zegt, maar dat is nog altijd beter dan met geen enkele partner aan tafel te gaan zitten. In een land als Afghanistan is er zoveel corruptie, dan ga je op zoek naar de personen die het minst corrupt zijn."
Als er zoveel onderhandelingen gebeuren, is het dan niet de taak van elke militair om een onderhandelaar te zijn?
Van der Spiegel: "Uiteindelijk is dat zo, en dat concept is vrij recent. Dat zijn lessen geleerd in Afghanistan en andere recente conflicten. Het profiel van “de soldaat” is er zo op gemaakt dat je mensen hebt die kunnen werken in heel vijandelijke omgevingen, niet noodzakelijk een goede onderhandelaar. Maar dan moet je op zoek naar die mensen binnen Defensie die daar goed in zijn. Dan moet je er ook voor zorgen dat degene die de deal sluit niet door een collega wordt verpest doordat die reageert op een totaal verkeerde manier. Dat is een uitdaging, want niet elke soldaat staat open om in discussie te gaan met alles en iedereen."
Heeft België genoeg expertise daarin?
Baeyens: "Ja maar niet iedereen kan zomaar postuleren voor een job als onderhandelaar. In België hebben we onze eigen opleiding (we hebben geen centra, we organiseren onze onderhandelaarsopleiding zelf, binnen de eigen eenheid). De Amerikaanse FBI ligt aan de basis van de methoden en technieken die vandaag door bijna de hele Westerse wereld gebruikt worden."
Ervaren jullie een grotere werklast sinds terreurdreiging?
Baeyens: "Ja en neen, onze onderhandelaars zijn geen full time onderhandelaars; ze hebben daarnaast dus nog een 'andere' politiefunctie. Ze zijn dus niet noodzakelijk ingezet geweest in hun rol van onderhandelaar, maar dan wel in hun andere functie. De vermoeidheid was er sowieso."
Van der Spiegel: "Ja, en bovendien ook, door die extra druk zijn er een aantal mensen die misschien niet gespecialiseerd zijn in bepaalde zaken en die we wel moeten inzetten om aan die werklast te voldoen. We moeten de werklast verdelen over een grotere groep, waarbij er mensen zitten die daar niet elke dag mee bezig zijn. Wij staan nu met 1300 militairen op straat in België, dat kunnen niet allemaal elitesoldaten van het eerste uur zijn."
Baeyens: "Bij de acties die er de voorbije weken hebben plaatsgevonden waren weinig onderhandelaars betrokken. Iedereen heeft sowieso te veel overuren geklopt, maar that’s part of the game. Ik moet wel zeggen dat wij op een gegeven moment dachten: dat er nu maar geen gijzeling gebeurt want dan moeten we eens goed nadenken hoe dat we dat moeten klaarkrijgen."
Het beste dat iemand kan zeggen tegen een onderhandelaar is: “je bent nu de eerste die me eens echt begrijpt"
An Baeyens, onderhandelaar federale politie
Zien jullie de wereld door een andere bril?
Baeyens: "Waarschijnlijk wel. Je focust veel meer op de nuances. Mensen kunnen boos zijn en boos zijn. Het beste dat iemand kan zeggen tegen een onderhandelaar is: “je bent nu de eerste die me eens echt begrijpt.”
Van der Spiegel: "Dat kan niet anders. Deze job heeft vooral de manier veranderd op dewelke ik mensen zie en hoe ik communiceer. Mijn familie en vrienden hebben me daar al meermaals op gewezen. Je gaat automatisch veel meer luisteren, niet horen, maar echt luisteren."