artikel> 'Het was tegen mijn wil, maar...'

Juridische benadering van consent en verkrachting

Nog altijd roept het woord ‘verkrachting’ een beeld op van ongure mannen in steegjes van nachtelijk Brussel. Clichés ten spijt, dekt het juridische begrip verkrachting een veel grotere lading.

Wat is verkrachting?

Artikel 375 van het strafwetboek definieert verkrachting als elke daad van seksuele penetratie gepleegd op een persoon die daar niet in toestemt. Concreet stelt de wet over die toestemming dat die er met name (en dus mogelijk ook in andere gevallen) niet is ‘wanneer de daad is opgedrongen door middel van geweld, dwang, bedreiging, verrassing of list of mogelijk is gemaakt door een onvolwaardigheid of een lichamelijk of een geestelijk gebrek van het slachtoffer.’

Wat stelt het Draaiboek Grensoverschrijdend Gedrag van de KU Leuven?

De KU Leuven focust in haar aanpak van seksueel misbruik op de subjectieve beleving van wie zich slachtoffer voelt van grensoverschrijdend gedrag. De kwalificatie grensoverschrijdend gedrag wordt dus aanvaard voor iedereen die een bepaalde gedraging als zodanig ervaart, los van de juridische definities. De aanpak is dan ook niet gefocust op de schuldvraag, wel op het helpen van zij die zich seksueel misbruikt voelen.

Verkrachting is de seksuele penetratie van iemand die daar niet mee instemt. De betekenis van die seksuele toestemming of ‘consent’ is vaak een punt van discussie. ‘Het is zeldzaam dat mensen vragen: ‘Wil jij seks met mij hebben?’ en dat de ander dan antwoordt: met ‘ja, graag’ of ‘nee, bedankt’. Menselijke interactie is veel complexer dan dat’, aldus Liesbet Stevens, prof seksueel strafrecht aan de KU Leuven.

Verzet?

In de vroegere definitie van verkrachting stond geweld centraal: het slachtoffer in kwestie moest zich verzet hebben. Tegenwoordig wordt de toestemming beoordeeld op basis van de vraag: had het slachtoffer op het moment zelf nog de mogelijkheid om het seksuele gedrag te beëindigen?

Wie bijvoorbeeld bewusteloos is ten tijde van de daad, heeft volgens de wet een duidelijk geestelijk gebrek en zal dus steeds slachtoffer zijn van verkrachting. Opmerkelijk: voor aanranding geldt wel nog de traditionele visie dat er sprake moet zijn van geweld of dwang.

Een nee heb je, een ja kun je krijgen

De interpretatie van ‘toestemming’ blijft evenwel controversieel binnen het recht. Moet de dader weten dat er géén toestemming is, of dat er wél toestemming is? Momenteel gaat men uit van het ‘zwijgen is toestemmen’-principe. Als de persoon in kwestie op geen enkele manier heeft laten weten niet toe te stemmen, terwijl hij of zij daar wel de mogelijkheid toe had, dan lijkt het erop dat de rechtspraak oordeelt dat de ander ervan mag uitgaan dat er toestemming is.

‘Dat is in tegenspraak met wat we weten over seksuologie en over hoe mensen reageren in seksueel stresserende situaties’, hekelt Stevens. Zeker jonge studenten met nog weinig seksuele ervaring riskeren immers een verstar-reactie bij ongewenste avances.

Tegenwoordig omvat het recht echter een heel ruime definitie van verkrachting. Anders dan velen denken, gaat het bijvoorbeeld ook om orale penetratie en penetratie met de vingers. Bovendien kunnen ook modernere varianten daardoor onder het zwaarbeladen begrip vallen.

Zo kan men denken aan het Zweedse recht, dat tegen de afspraak in geen condoom gebruiken strafbaar stelt. Het is perfect mogelijk dat artikel 375 strafwetboek op termijn in die zin geïnterpreteerd wordt. Er kan immers sprake zijn van een list. ‘Het is dan kwestie om de rechter ervan te overtuigen dat je echt geen seks zou hebben gehad, mocht je hebben geweten dat het zonder condoom was.’

Herkennen en benoemen

‘Toch merk je dat het woord een zeer specifieke connotatie en afkeuring heeft. Terecht trouwens’, zegt Stevens. De grote vraag daarbij blijft of het niet tot verwarring leidt dat de juridische betekenis van het begrip 'verkrachting' ruimer is dan de betekenis in het gewone taalgebruik. Stevens denkt dat het nuttig zou zijn om meerdere categorieën van inbreuken op de seksuele autonomie te hebben. ‘Ik ben er zelf ook een grote voorstander van om het woord verkrachting los te laten’, aldus Stevens. ‘Want ik denk dat dat het ook moeilijker maakt voor mensen om te herkennen en benoemen van wat hen overkomen is.’

Een probleem dat in vele getuigenissen terugkomt. Zo vertelt Loes* over hoe ze aan het knuffelen en zoenen was met een jongen. Ze had hem uitdrukkelijk gezegd geen seks te willen, maar even later penetreerde hij haar toch. ‘Het was tegen mijn wil, maar er zat geen slechte intentie achter langs zijn kant. Een verkrachting zou ik het dus niet willen noemen, wel een overtreding van mijn intieme integriteit.’

Powered by Labrador CMS