artikel> Marketingcampagne van KU Leuven moet lokale problemen oplossen

Externe campussen verliezen studenten

Het aantal nieuwe inschrijvingen gaat op een meerderheid van de campussen achteruit. De KU Leuven maakt zich echter “geen zorgen”.

INSCHRIJVINGEN NIEUWE STUDENTEN IN VERGELIJKING MET VORIG ACADEMIEJAAR

DALERS*

  • Sint-Andries: - 10,48 procent
  • De Nayer: -16,4 procent
  • Geel: - 6,04 procent
  • Oostende: -18,45 procent
  • Technologiecampus Gent: -14, 35 procent
  • Brussel: -15,22 procent
  • Aalst: -11,76 procent
  • Leuven: -2.16 procent
  • Kulak: -2,18 procet

STIJGERS

  • Sint-Lucas Brussel: + 9,03 procent
  • Groep T: + 20,55 procent
  • Brugge: + 14,77 procent
  • Carolus: + 5,81 procent
  • Sint-Lucas Gent: + 12, 34 procent

* Enkel de cijfers van campus Diepenbeek ontbreken en werden dus niet verwerkt in dit artikel. Door de structurele samenwerking met de UHasselt op de campus konden de correcte cijfers nog niet worden achterhaald.

Tien van de vijftien campussen van de KU Leuven zagen dit jaar het aantal nieuwe inschrijvingen dalen in vergelijking met het vorige academiejaar (zie kader). Bij grote broers campus Leuven en Kulak is de schade met een daling van 2 procent slechts verwaarloosbaar.

Sommige kleinere campussen zien echter meer dan een tiende van hun nieuwe studenten verdwijnen in vergelijking met vorig jaar. De integratie van de opleidingen in de KU Leuven lijkt dus ook een keerzijde van de medaille met zich mee te brengen.

“Toch is het niet eenvoudig om in het verhaal van de integratie zomaar algemene lijnen te trekken en factoren te zoeken die de algemene trends verklaren,” zegt Marc Depaepe, academisch beheerder van campus Oostende, Brugge en Kortrijk. “De campussen zijn zo specifiek dat je echt moet kijken naar contextgebonden factoren. Technologiecampus Gent zit bijvoorbeeld in een moeilijke markt met de UGent. Ook het wegvallen van de historische naam kan een belangrijke factor zijn.”

"Onze eerste doelstelling is niet kwantiteit, maar kwaliteit"

Rik Torfs, rector

Wij zitten in een overgangsperiode. Dat er hier en daar problemen zouden zijn, wisten we dus,” nuanceert rector Rik Torfs. “Wij maken ons absoluut geen zorgen. Onze eerste doelstelling is niet de kwantiteit, maar de kwaliteit.”

“We zijn in de eerste plaats bezorgd om goede studenten aan te trekken, zij die een academische opleiding aankunnen,” vult Rik Gosselink, vicerector Studentenbeleid aan. “Het is vooral belangrijk naar de doorstroom te kijken, niet alleen naar wat er binnenkomt.”

“Al zijn er natuurlijk wel campussen waar we ons afvragen of we toch geen studenten gemist hebben die naar de KU Leuven hadden kunnen komen en toch voor een andere instelling gekozen hebben,” bekent de vicerector. “Er lopen op dit moment enkele nieuwe marketinginitiatieven die hopelijk binnenkort hun vruchten zullen afwerpen.”

"Je kunt niet rekruteren uit de zee"

Marc Depaepe, academische beheerder Brugge

Campussen sluiten is volgens Gosselink op dit moment echter nog niet aan de orde. “We gaan zeker niet meteen consequenties trekken. Mocht die trend echt blijven, zullen we ons beleid mogelijk moeten aanpassen”

Oostende

Grootste zorgenkindje van de KU Leuven lijkt op dit moment campus Oostende met een daling van bijna 20 procent. Al is de geplande verhuis van de zeedijkcampus naar de gloednieuwe gebouwen op campus Brugge waarschijnlijk grotendeels verantwoordelijk voor de slechte cijfers.

“De goedbedoelde verhuiscampagne van de vorige ploeg is als het ware de kroniek van een aangekondigde dood geworden,” vertelt Depaepe. "Wij willen daar nu een positief verhaal tegenover zetten met het nieuwe gebouw in Brugge.”

“Uiteraard zaten we ook met een ander probleem, je kunt namelijk niet rekruteren uit de zee,” grapt de academisch beheerder. “Dat zal wel verbeteren in Brugge, al kan dat nog een paar jaar duren.”

Professionele bachelors

Afgezien van de aparte situatie in Oostende, kampen nog kleine campussen met een daling tussen de 10 en 15 procent. Zowel campus De Nayer in Sint-Katelijne Waver als campus Aalst en Brussel verliezen significant in vergelijking met academiejaar 2014-2015.

"We hebben altijd wel wat geschommeld"

Flora Carrijn, campusbeheerder Geel

Ook de technologiecampus in Geel blijft licht achteruitgaan, al is de daling daar wel ongeveer gehalveerd in vergelijking met 2013-2014. “Op campus Geel hebben we altijd wat geschommeld,” vertelt academisch beheerder Flora Carrijn. “Onze grootste uitdaging is dat we op een gemengde campus zitten met de hogescholen. Er is namelijk een tendens om het zekere voor het onzekere te nemen en eerst voor een professionele bachelor te kiezen. We moeten de studenten echter meteen op de juiste plaats proberen te krijgen.”

Die lokale concurrentie met de hogeschoolopleidingen zou ook op de campussen in Aalst, Brussel en Sint-Katelijne-Waver de inschrijvingsproblemen kunnen verklaren. Daar huist de KU Leuven namelijk samen met opleidingen van Odisee en Thomas More.

"Ik hoor dat de UA het niet altijd zuiver speelt op SID-ins"

Flora Carrijn, academisch beheerder Geel

“We zitten op de campussen vaak met zowel hogescholen als KU Leuven. Dat is niet gemakkelijk,” bevestigt ook Isabelle Van Geet van de Dienst Marketing van de KU Leuven. “Al merk ik op de infodagen wel al een vooruitgang in vergelijking met een jaar geleden. Steeds meer mensen vragen aan het onthaal heel gericht waar ze informatie over de KU Leuven kunnen vinden. Men begint te beseffen dat wij er ook zitten.”

Universitaire competitie

Naast de hogescholen, moet de KU Leuven in Antwerpen en Gent uiteraard concurreren met de lokale universiteiten. Dat is nog moeilijker, aangezien de instellingen in dezelfde vijver aan academisch potentieel vissen.

“In Geel zijn we de enige universiteit, maar in Antwerpen ligt dat natuurlijk helemaal anders,” vertelt Carrijn, die ook academisch beheerder is van campus Carolus en Sint-Andries. “We zitten daar in een enorm competitieve omgeving.”

"Je hebt geen mensenleven nodig om een product in de markt te zetten"

Rik Torfs, rector

“Ik hoor af en toe dat de collega’s van de UA het bovendien niet altijd even zuiver spelen op SID-ins en dergelijke,” legt ze uit. “Mensen komen ons dan vragen of het echt wel KU Leuven is op onze campussen.”

Campus Carolus lijkt weinig hinder te ondervinden van de onderlinge concurrentiestrijd. Letterencampus Sint-Andries daarentegen moet het met 10 procent nieuwe inschrijvingen minder stellen.

“Die daling is al een tijdje aan de gang,“ vertelt Carrijn. “We zitten natuurlijk ook met een complexe voorgeschiedenis, aangezien we vroeger eerst Lessius waren en dan Thomas More. Anderzijds zien we ook een algemene daling in de studenten toegepaste taalkunde, dat is niet eigen aan onze campus,” nuanceert ze.

Over de naamsverwarring maakt Rik Torfs zich alvast niet veel zorgen. “Een studentenleven is betrekkelijk kort. Zulke zaken zetten zich betrekkelijk snel terug recht. Je hebt geen mensenleven nodig om een product in de markt te zetten.”

"Mijn advies is rustig af te wachten"

Isabelle Van Geet, marketingdienst KU Leuven

Technologiecampus Gent

Ook op de technologiecampus in Gent moet de KU Leuven opboksen tegen de lokale universiteit. “De opleiding industriële wetenschappen aan de UGent sluit naadloos aan bij de opleiding tot burgerlijk ingenieur (ze vallen onder dezelfde faculteit, red.),” legt vicerector Gosselink uit. “Dat maakt het voor zij-instromers gemakkelijker om daar de overstap te maken dan bij ons.”

“in Gent geniet de UGent natuurlijk een zeer hoge naamsbekendheid. KU Leuven in Gent klinkt nog niet zo vertrouwd in de oren,” bevestigt campusvoorzitter Lieven De Strycker.

Toen technologiecampus Gent nog campus Sint-Lieven heette, lag die naamsbekendheid echter een stuk hoger. Een terugkeer naar de oude naam, zou volgens sommigen daarom een oplossing kunnen zijn voor de inschrijvingsdaling.

“Ik vind het een beetje gevaarlijk die beslissing nu al te nemen,” nuanceert Van Geet. “Het zou nog eens een naamswissel zijn terwijl stabiliteit toch ook belangrijk is. Als het al gebeurt, zal dat pas voor het academiejaar 2017-2018 zijn, aangezien we nu al in onze laatste communicatiefase zitten met de huidige 17- en 18-jarigen. Mijn advies is voorlopig nog rustig af te wachten.”

Bovenaan de lijst met stijgers prijkt groep T

GROEP T

Het is uiteraard niet enkel een slechtnieuwsshow op de campussen. Sommigen doen het net opvallend goed. Bovenaan de lijst met stijgers prijkt Groep T, met een groei van bijna een vijfde aan nieuwe inschrijvingen.

De belangrijkste verklaring hiervoor ligt volgens Van Geet in het feit dat de campus in Leuven ligt. “Het verhaal van de integratie is daardoor gemakkelijker aan de man te brengen,” legt ze uit. “Aangezien de stad in onze merknaam verwerkt zit, biedt dat een enorm voordeel voor Groep T.”

Bovendien wijst Van Geet ook op de moderne infrastructuur op de campus en het duidelijk gedifferentieerde programma. “Groep T heeft een duidelijke focus op internationale programma’s en is meer managementgericht. Op andere campussen is die specifieke eigenheid vaak een stuk minder duidelijk.”

"Campus Brugge is een enorm succes"

Marc Depaepe, academisch beheerder Brugge

Brugge

Daarnaast doet ook campus Brugge het opvallend goed. In totaal schreven er zich bijna 15 procent meer nieuwe studenten in dan vorig jaar. “Campus Brugge is een enorm succes,” vertelt academisch beheerder Marc Depaepe. “We hebben nauwelijks concurrentie op de kinesitherapiemarkt in West-Vlaanderen. Ook ons jonge dynamische team spreekt enorm aan.”

Depaepe is er echter niet van overtuigd dat de integratie met de KU Leuven aan de oorsprong ligt van de grote groei: “Of het etiket van de KU Leuven echt heeft geholpen om het aantal studenten te doen stijgen is niet meteen duidelijk.”

Toch vindt hij het een goede zaak dat de universiteit nu ook in Brugge een campus heeft: “West-Vlaanderen behoeft geen autonome universiteit. We willen niet het verhaal van de UHasselt overdoen. Al zou het evenzeer dom zijn als de provincie West-Vlaanderen de expertise van de KU Leuven niet zou omarmen.”

Powered by Labrador CMS