analyse> Dossier: de balans na 4 jaar Sels
EVALUATIE DIVERSITEIT EN DUURZAAMHEID - Met kleine en grote stappen op weg naar verandering
De sociale aspecten van het beleid hebben vaak betrekking op complexe dossiers over gevoelige thema's. De wil en roep om verandering is hoog, maar de eindmeet lijkt soms veraf.
- De KU Leuven blijft worstelen met de juiste tonen in haar diversiteitsbeleid. Er is veel goede wil en ambitie, maar de omslag blijft voorlopig uit.
- Er zijn belangrijke stappen gezet voor studenten met een functiebeperking. Covid gooide daar echter veel roet in het eten.
- Het netelige dossier rond studiekost lijkt eindelijk een uitweg te vinden. Het is afwachten hoe de faculteiten het rapport van de werkgroep studiekost onthalen.
- Een eerste duurzaamheidsrapport moet de universiteit op weg zetten naar een duurzame transitie. Die weg is echter lang, en een tweede stap omvat een uitbreiding van de meer onzichtbare domeinen binnen de problematiek.
Diversiteit: nood aan cultuuromslag
Vicerector diversiteits- en studentenbeleid Hilde Feys nam in september 2019 de fakkel over van Chantal Van Audenhove, in het midden van de ambtstermijn. Geen makkelijke opdracht, want zo werd Feys plots het hoofd van diversiteits- én studentenbeleid met een enorm aantal dossiers die om inwerking vroegen. Daarbij kwam dan ook nog eens de coronacrisis die vroeg om crisismanagement op zaken onder haar bevoegdheid, zoals het aanbod rond mentaal welzijn van studentenvoorzieningen.
Naast deze context is diversiteitsbeleid sowieso een complexe materie. Het is een kwestie van steeds ambitieus te blijven en het is belangrijk nooit te stoppen met streven naar meer diversiteit. Over het algemeen zijn er zeker stappen in de juiste richting gezet, en zijn er actiepunten uit het beleidsplan uitgevoerd. Zo werd er bijvoorbeeld een meldpunt grensoverschrijdend gedrag opgericht, dat steeds wordt geëvalueerd en waar ook een uitbreiding voor lopende is, vertelt Hilde Feys.
Op vlak van genderbeleid zijn ongetwijfeld stappen gezet in de positieve richting. Rector Luc Sels hecht daar veel waarde aan, wat ook bleek uit de genderparitaire bestuursploeg. Bovendien zijn 40% van onze nieuwe professoren vrouwen, terwijl slechts 30% van de kandidaten vrouw is en ook bij de bevorderingen wordt nauwgezet toegekeken op gelijke kansen.
Ook op vlak van etnische diversiteit worden stapjes gezet: zo werden er onder meer onthaaldagen georganiseerd die focussen op instroom van een diverse groep studenten. De term 'inclusie' is het laatste jaar een kernbegrip geworden in het diversiteitsbeleid: zo was er de speech van de rector over een inclusieve universiteit begin dit academiejaar met het 'Pact voor meer respect'. Als een actie in het beleidsplan wordt met name gewerkt rond een charter over de inclusieve universiteit. Rond inclusie is er dan wel veel gebeurd, toch is er ruimte voor verbetering: 'We hebben nog een weg te bewandelen, maar ik hoop dat we vanuit de huidige insteken verder kunnen werken', vertelt vicerector Feys.
'Diversiteitsbeleid staat niet apart van andere beleidsdomeinen zoals onderzoek en onderwijs, maar moet er een onderdeel van zijn'
Heidi Mertens, Dienst Diversiteitsbeleid
Maar toch blijft rond de KU Leuven een spook van homogeniteit hangen, misschien ook mede door het lage aantal zichtbare professoren of academisch personeel met een migratieachtergrond, of andere diversiteitskenmerken.
'Alle universiteiten die ik ken hebben een diversiteitsprobleem als je dat definieert als het antwoord op de vraag of ze een afspiegeling van de samenleving vormen. Neen, daar zijn we nog ver vandaan. Maar ik hou van positieve boodschappen. Vandaag is één op drie van onze instromende studenten een student met een migratieachtergrond, een beursstudent of een pionierstudent. Is dat veel of is dat weinig? Het getuigt in elk geval van openheid', licht rector Luc Sels toe.
Men kan zich afvragen of er voldoende middelen zijn om een breed diversiteitsbeleid te voeren dat écht verschil maakt. Off the record horen we hier en daar dat dat niet zo zou zijn, en het diversiteitsteam mag dan wel bestaan uit ambitieuze mensen, er is zeker en vast nood aan lokale inbedding en verdere integratie, zoals dat nu onder Hilde Feys al meer en meer gebeurde. 'Diversiteitsbeleid staat niet apart van andere beleidsdomeinen zoals personeel-, studenten-, onderwijsbeleid en internationalisering, maar moet er een onderdeel van zijn', vertelt Heidi Mertens van de Dienst Diversiteitsbeleid.
'Er is een cultuuromslag bezig naar een inclusievere universiteit'
Heidi Mertens, Dienst Diversiteitsbeleid
Er mag dan wel een Diversiteitsraad bestaan, niet onbelangrijk is dat de leden ervan vrijwilligers zijn, en deze taak uitvoeren bovenop hun andere job aan de universiteit. De vraag rijst of je zo niet enkel een groepje samenbrengt van uiterst geëngageerden, terwijl een universiteitsbreed draagvlak nodig is om zo'n veranderingen door te voeren. Op het terrein horen we het volgende over de facultaire diversiteitsteams, die ook bestaan uit vrijwilligers: 'Er worden heel veel initiatieven ontwikkeld op universitair en facultair niveau, maar de schaalbaarheid is niet voldoende: het blijft soms steken bij kleine groepjes in een soort pilotfase.'
Heidi Mertens ziet hier zeker een waarheid in: 'Er is een cultuuromslag bezig naar een inclusievere universiteit, maar we merken ook dat dit engagement steeds gevoed moet worden en dat vraagt inzet. We voelen dat daar een vraag is naar versterking en het inzetten op erkennen van lokale teams.'
Dat de wil er is, valt niet te ontkennen. Al blijft het belangrijk te investeren en gedurfde keuzes te maken die ook op het terrein meer en meer zichtbaar zijn. Directeur van studentenvoorzieningen Ann Gaublomme vat het mooi samen: 'Diversiteit is voor mij een constant aandachtspunt. Dat was het gisteren, is het vandaag en zal het morgen ook zijn. Het kan altijd beter.'
Functiebeperkingen: overschaduwd door corona
Bij diversiteit sluit mooi het deel aan over de studenten met een functiebeperking. Dit is een alomvattende term voor studenten met bijvoorbeeld een leerstoornis of een motorische beperking. Het aantal studenten met een functiebeperking is over de jaren heen gestegen: in het academiejaar van 2019-2020 hadden zo'n 5,4% van alle KU Leuven studenten een functiebeperking, tien jaar eerder was dat zo'n 2,4%.
Op dit terrein werden ook enkele belangrijke zaken verwezenlijkt. Zo werd er een werkgroep digitale toegankelijkheid opgericht die een website ontsloot met allerlei informatie over digitale toegankelijkheid. Een voorbeeld is het ondertitelen van online lessen.
Daarnaast werd er binnen studentenvoorzieningen zelf ingezet op 'peer-werking' van studenten met een functiebeperking, en werd er gewerkt rond het digitaal aanvragen van het statuut. Ook niet onbelangrijk zijn de inspanningen rond de facultaire refertelijsten voor examenfaciliteiten.
Belangrijke nuance hier, is dat door de huidige coronasituatie er een terechte focus is ontstaan op het mentaal welzijn van studenten. Zo zijn bepaalde belangrijke veranderingen die op de agenda stonden, misschien in tempo vertraagd. Denk dan aan de verdere integratie en samenwerking tussen studentenbegeleiding en begeleiding op vlak van onderwijs, vindt Ann Gaublomme.
Studenten met een functiebeperking dragen bij tot een diverse universitaire gemeenschap en zoals steeds op dat domein, kan er altijd meer instroom én zeker doorstroom zijn. Ook de KU Leuven Acces Guide, die een overzicht biedt van de fysieke toegankelijkheid van KU Leuven gebouwen, kan bijvoorbeeld uitgebreid worden naar fakbars, horen we bij LOKO.
'Je voelt op Vlaams niveau dat studiekost een steeds belangrijker punt wordt'
Liesbet Heyvaert, vicedecaan onderwijs Letteren
Studiekosten: zucht van opluchting
In 2016 verscheen in Veto een stuk rond de vraag naar meer transparantie omtrent studiekosten. Dat zijn kosten die bovenop het inschrijvingsgeld uit de portemonnee van de student of ouder verdwijnen en waar lange tijd onduidelijkheid over bestond hoe hoog die kosten exact liggen per opleiding. Cruciaal om als universiteit gelijke kansen aan te bieden, is duidelijkheid scheppen over hoeveel zo'n opleiding écht kost.
Vier jaar na een advies van Vlor, de Vlaamse Onderwijsraad, is er effectief redelijk wat verwezenlijkt op dit terrein, al ging dat zeker niet zonder slag of stoot. Het debat verliep soms hobbelig door de angst voor het invoeren van een maximumfactuur. Verschillende professoren vreesden dat deze maatregel de kwaliteit van het onderwijs nadelig zou beïnvloeden, doordat er een grens zou bestaan rond de prijs van handboeken, bijvoorbeeld.
Deze eis om meer transparantie stond al in het beleidsplan van de vorige beleidsploeg, maar het voorstel dat toen werd uitgewerkt, botste toen op te veel protest bij de faculteiten zelf. Tine Baelmans, vicerector Onderwijsbeleid zette dit opnieuw op de agenda en in de schoot van de onderwijsraad werd een nieuwe werkgroep opgericht. De nota die zij schreef, werd in 2020 goedgekeurd op de Academische Raad. Momenteel is er een nieuwe werkgroep bezig met de uitrol van het project.
'Voor sommige studenten maakt tien euro wel degelijk een groot verschil, we moeten echt blijven zoeken naar goedkope oplossingen'
Liesbet Heyvaert, vicedecaan onderwijs Letteren
Een belangrijke doorbraak dus onder de vleugels van deze beleidsploeg: er komt duidelijkheid over studiekosten en dat zowel voor de opleiding in het algemeen als op OPO-niveau in de ECTS-fiche. 'Je voelt op Vlaams niveau dat dit een steeds belangrijker punt wordt. Het hangt ook vast aan de kwestie van diversiteit en zorgen dat je als universiteit de toegankelijkheid voor alle studenten blijft bewaken. Wat transparantie van studiekost betreft denk ik dat we nu alvast op de goede weg zijn', licht Liesbet Heyvaert toe, die het project mee trok.
Er mag dan wel een doorbraak zijn, het werk stopt niet op dat punt. Sensibilisering blijft enorm belangrijk, zodat alle docenten zich bewust zijn van de kosten van hun eigen vak en duidelijk beslissen welke boeken noodzakelijk zijn. 'Voor sommige studenten maakt tien euro wel degelijk een groot verschil, we moeten echt blijven zoeken naar goedkope oplossingen', klinkt Heyvaert. Ook zorgen voor meer handboeken in bibliotheken, of online versies beschikbaar stellen en het tweedehands verkopen van handboeken zijn zaken die onder sensibilisering vallen.
Volgend academiejaar zou het project echt zichtbaar moeten worden in de ECTS-fiches, dan zouden docenten voor het eerst de kans moeten krijgen om de kostprijs van hun vakken te vermelden en opleidingen kunnen dan op een extra tab in het programmaboek wijzen op meer algemene kosten verbonden aan de opleiding. Er lopen ook gesprekken met onder meer Acco en onderwijsdiensten over een efficiënte uitrol, al wordt het vermoedelijk een proces van meerdere jaren om voor alle vakken de studiekostprijs zichtbaar te krijgen.
Duurzaamheid: op de goede (groenere) weg
Vicerector Gerard Govers is nog maar de tweede vicerector die zich bezighoudt met duurzaamheidsbeleid, naast zijn andere hoofdtaak Wetenschap en Technologie. Govers is van opleiding geograaf en bezit duidelijk een pak kennis over de klimaatproblematiek die hij dan ook op uitstekende wijze toepast op zijn aanpak aan de KU Leuven.
Net zoals diversiteitsbeleid is het moeilijk het huidige duurzaamheidsbeleid als voldoende te classificeren. Beide beleidsdomeinen zijn zo belangrijk en actueel dat het een kwestie is van streven naar meer, en altijd ambitieus te blijven. Al wil dat niet zeggen dat er de voorbije jaren geen stappen vooruit zijn gezet in de positieve richting.
Zo is er een nieuw opleidingsonderdeel in het leven geroepen: 'Globale uitdagingen voor een duurzame samenleving'. Het vak ging pas begin dit semester van start maar trok al meer dan 1200 geïnteresseerden aan, ook van buiten de universiteit. Belangrijk volgens vicerector Govers in dit debat is het verspreiden van accurate kennis om het debat te kunnen voeren: 'Keer op keer merk je dat mensen onvoldoende kennis hebben van hoe de wereld er echt voor staat, en vanuit die frustratie is er een vak ontstaan.'
'Keer op keer merk je dat mensen onvoldoende kennis hebben van hoe de wereld er echt voor staat'
Gerard Govers, vicerector Duurzaamheidsbeleid
Ook de verplichte klimaatbijdrage voor academisch personeel was een grote stap: het personeel kan er wel uitstappen indien ze dat zelf wensen, mits ze de reden voor de uitstap vermelden. 'Zo kunnen we aanvoelen wat de redenen zijn waarom iemand daar niet in mee zou willen gaan', klinkt Govers.
Ook een realisatie op vlak van duurzaamheidsbeleid is het duurzaamheidsrapport dat verscheen in 2018, het was meteen het eerste duurzaamheidsrapport ooit. Verschillende ambitieuze doelstellingen werden geschetst, sommige al behaald, anderen staan op de planning voor lange termijn.
Uit de omgeving van Govers klinkt een positief geluid: hij voerde veranderingen door, ging in dialoog en toonde een passie voor zijn domein. Al is er altijd ruimte voor verbetering en meer duurzaamheid aan de KU Leuven: Zo vertelt Nikkie Melis van de Dienst Duurzaamheid dat het voedingsbeleid aan de universiteit nog aangescherpt kan worden, bijvoorbeeld.
Huib Huyse, hoofd van de onderzoeksgroep duurzame ontwikkeling aan HIVA, wijst op een ander interessant aspect van duurzaamheidsbeleid waar meer en meer getracht wordt veranderingen in door te voeren. Het gaat over de sociale aspecten van duurzame ontwikkeling: denk dan bijvoorbeeld aan goede werkomstandigheden bij de onderleveranciers van de KU Leuven in lage- en middeninkomenslanden die onderdelen van computers produceren. Universiteiten kopen jaarlijks voor honderden miljoenen producten en diensten, die sociaal duurzamer maken is een grote uitdaging. 'Er is een serieuze inhaalbeweging rond deze thema's bezig', vertelt Huyse.
Waar de verschillende structuren zoals Ecoteams nog werden uitgerold onder de vorige vicerector, zijn deze nu al wat meer ingebed. Iemand zoals Gerard Govers, met een hele hoop expertise over de klimaattoestand, op dit beleid zetten was een goede zet. Al kan alles altijd beter, zoals de interactie met de samenleving zelf over duurzaamheid, zegt Govers zelf.
Conclusie
De optelsom is dat er op heel veel vlakken heel veel inzet is van zeer gepassioneerde en ambitieuze mensen. De wil naar vooruitgang en een betere universiteit voor iedereen is er zeker en vast. Toch zijn er cruciale zaken die moeten veranderen vooraleer dat zich ook zal tonen in de cijfers, zoals meer lokale inbedding en integratie van bepaalde beleidsdomeinen. Al moet het toch gezegd worden dat zowel vicerector Govers als vicerector Feys hun uiterste best uit gedaan hebben in deze moeilijke situatie, en dat op zich verdient al een pluim.