artikel> Splinter
Plaatsen van gebeuren
Vorige week kon u bij Veto nog lezen hoe het academiejaar luisterrijk werd geopend met de ietwat pompeuze stoet der togati.
Na een rustige eerste week trekt de locomotief die het academiejaar heet zich echter volledig op gang. Tussen al de toekomstige papers, feestjes en extracurriculaire engagementen door, word je als student bovendien nog eens in de les verwacht.
Deze splinter gaat dan ook over de hoorcolleges. Hier geen metafysische beslommeringen of politiek gloeiend heet nieuws. Ik wil u, lezer, simpelweg overtuigen om naar de les te gaan. Ondanks die overvolle agenda. Ondanks zij die beweren dat je kunt slagen zonder colleges bij te wonen. Ondanks al het materiaal dat online beschikbaar is.
Elk jaar zijn er namelijk weer pedagogen die in een hoerastemming de hoorcolleges dood verklaren. Voortaan zet men beelden van de les online, de cursus en slides gooit men op Toledo, communiceren gebeurt via forums en sociale media. Elk fysiek contact is klaarblijkelijk uit den boze. Driewerf hoera voor de digitale wereld!
Voor de studenten die het al hebben opgegeven om naar de les te gaan, klinkt dit als muziek in de oren. Dertien weken leven als een bon vivant en dan een maandje cursussen memoriseren, meer is er niet nodig voor een diploma. Het lijkt me echter dat ook zij, net als degenen die de hoorcolleges dood verklaren, voorbij gaan aan de essentie van een universitaire opleiding.
Waarom dan? Allereerst is een hoorcollege een trefplaats tussen studenten onderling en tussen studenten en professoren. Het sociale contact staat daarbij centraal – een niet onbelangrijk gegeven in onze online maatschappij waarin jongeren meer dan ooit kampen met depressies en eenzaamheid. Laat jongeren niet achter hun computer naar opgenomen colleges kijken. Laat de professoren afdalen uit hun ivoren toren om in dialoog te treden met niet-vakspecialisten.
Nog veel belangrijker is de doelstelling van een universitaire opleiding. Onze rector zal instemmend knikken, maar de essentie is om studenten te vormen tot zelfbewuste en mondige burgers. Een cursus leren kan iedereen en overal. Een syllabus inleiding tot X brengt je feitelijke kennis bij, maar verrijkt je persoonlijkheid daarom niet, maakt je nog niet tot een kritische burger. Er is dan ook niemand die in januari tijd heeft om stil te staan bij de leerstof, om te reflecteren, om af te dwalen op de gedachten van een filosoof, om de schoonheid van een wiskundige formule te aanschouwen. Dat gebeurt allemaal tijdens een hoorcollege – de boksring waarin bestaande ideeën klappen krijgen of tenminste op de proef worden gesteld.
De verrijking en ontplooiing van je persoonlijkheid, de essentie van eender welke opleiding, vindt plaats voor de blokmaand. Het doet er niet toe hoeveel kennis je meeneemt uit de les. Het gaat om die charismatische, begeesterende en inspirerende professoren. Zij die je altijd bijblijven, die je aanzetten om te denken, die je omver blazen met hun kennis en die je uitdagen om anders naar de dingen te kijken. Het zijn de professoren – of dat horen échte professoren te doen – die je persoonlijkheid vormen. Niet een handboek.
Ga daarom naar de les. Laat je inspireren. En durf vooral vragen stellen. In het echt, aan de professor. Ja, vooral dat.