OPINIE SPLINTER
Our body, our choice: een feministisch pleidooi tegen de individualisering van abortus
Het huidige liberale discours rondom abortus schiet tekort. Een overmatige focus op individuele keuzevrijheid maskeert onderliggende ongelijkheden.
De afschaffing van het grondwettelijk recht op abortus in de Verenigde Staten op 24 juni 2022 lokte veel reactie uit bij het Amerikaanse democratische kamp. De daaropvolgende dagen kwamen pro-choice-protestanten massaal op straat om de beslissing van het Hooggerechtshof aan te vechten.
Tijdens de protesten onderstreepten de verdedigers van abortus vooral het belang van individuele keuzevrijheid en lichamelijke autonomie. Ze benadrukken dat de keuze voor abortus persoonlijk is. De staat heeft geen inzage in de kwestie. De bekende slagzin 'My Body, My Choice' vertolkt dit standpunt. In ons eigen land is de Nederlandstalige tegenhanger 'Baas in eigen buik' even populair.
Deze focus op het liberale subject dat vrij beschikt over het eigen lichaam en zelf beslissingen maakt, is niet onlogisch in een klimaat waarin de lichamelijke autonomie van vrouwen fragiel is. We moeten immers onze vrijheid benadrukken waar die ons dreigt afgenomen te worden.
Abortus is niet simpelweg een kwestie van keuzevrijheid.
Toch is abortus niet simpelweg een kwestie van keuzevrijheid. Het is niet omdat men in theorie toegang heeft tot abortus, dat iedereen in de praktijk probleemloos de procedure kan ondergaan. Er zijn een heel aantal factoren die een 'vrije' toegang tot abortus kunnen bemoeilijken: taalbarrières, financiële tekortkomingen, legale status, stigma, enzovoort.
Bijvoorbeeld in België wordt abortus bij mensen zonder papieren 'systematisch belemmerd', rapporteerde de ngo Dokters van de Wereld een kleine maand geleden. Door een resem aan administratieve obstakels is het aanvragen van een zwangerschapsonderbreking een race tegen de klok, klinkt het.
Op dit moment is er in de liberale pro-choice-beweging geen ruimte om deze ongelijkheid aan te kaarten. De strijd voor lichamelijke autonomie is gereduceerd tot een zwart-wit discussie tussen zij die voor of tegen abortus zijn. De ervaring van personen wiens toegang tot abortus systematisch bemoeilijkt wordt, wordt zo over het hoofd gezien.
Lichamen staan nooit op zichzelf
Om dit probleem aan te kaarten introduceerde een collectief zwarte vrouwen, bekend onder de naam Women of African Descent for Reproductive Justice, reeds in 1994 het concept 'reproductieve rechten'. De term wijst op het recht van elk individu om vrij te beslissen over reproductie zonder enige discriminatie.
Het collectief beschouwt abortus als een mensenrecht, een integraal deel van de gezondheidszorg.
Zwangerschapsonderbrekingen moeten veilig, tijdig, en betaalbaar uitgevoerd kunnen worden door iedereen. Om dat te bereiken, moet de reproductieve zorg zorgvuldig gereguleerd worden. De staat speelt dus een cruciale rol in het tot stand brengen en waarborgen van het recht tot abortus. Lichamen staan immers nooit op zichzelf: als we ziek zijn, verwachten we dat er een dokter of specialist tot onze beschikking zal staan. Bij een persoon die voor abortus kiest, is dat niet anders.
Hoe meer de toegang tot abortus onder druk staat, hoe belangrijker het wordt om politici en beleidsmakers te herinneren aan hun plicht om gelijke toegang tot abortus te voorzien voor iedereen. Het discours van lichamelijke autonomie dreigt er een te worden waarin we de staat ontzien van die verantwoordelijkheid.
Het individualistische credo volstaat niet meer
Na een korte heropflakkering van het debat over de abortuskwestie in ons land is het onderwerp stilletjes naar de achtergrond verdwenen. Toch is dit vraagstuk prangender dan ooit tevoren. Onder de toenemende invloed van extreemrechtse groeperingen wereldwijd brokkelt het abortusrecht beetje bij beetje af.
Hoog tijd dus dat we onze eis tot het abortusrecht op andere manieren gaan uitdrukken. Het individualistische credo volstaat niet meer: laten we elkaar herinneren aan onze wederzijdse plichten ten opzichte van elkaar. It's our body. It's our choice.