splinter> Splinter
Opinie: Uitgaan of afgaan
Een donderdagavond in je eentje op kot spenderen? Zielig!
Na een semester nog steeds niet alle fakbars van binnenuit gezien? Een gat in je cultuur! Geen vriendenkring tot in Tokyo? Sukkeltje dat je bent! Stilte boven een goei schijf prefereren? In het klooster is er nog plek!
Opboksen tegen de – veelal onuitgesproken – verwachtingen van anderen is geen sinecure. Als eerstejaarsstudent in Leuven juicht niet alleen een uitdagende studie je toe, maar ook nieuwe sociale conventies. Van de Oude Markt je natuurlijke habitat maken bijvoorbeeld.
Je wil bewijzen dat je stevig in je schoenen staat, ook al heb je je zelfvertrouwen in de eerste trein naar de nog onbekende studentenstad laten liggen. Je voelt de drang om koste wat kost aansluiting te vinden bij je studiegenoten. Trouw aan de gedachte dat je vooral niet uit de toon wil vallen, stort je je in het uitgaansleven. Of je daar werkelijk zin in hebt, doet er niet zo toe.
Aan beeldmateriaal op Facebook ten bewijze van onvergetelijke feestjes geen gebrek. De zotste en zatste verhalen getuigen van veelal ongeveinsd amusement en verspreiden zich ’s anderendaags moeiteloos. Laat ze gerust, weliswaar in onschuldige vorm, de leute van het nachtleven vergroten.
Subtiel installeren ze echter een norm waaraan niet elke student wil of kan voldoen. Het stigma van seut of strever loert om de hoek als een goed boek je voorkeur geniet op donderdagavond. In hoeverre dringen de heersende conventies een gevoel van eenzaamheid op aan de thuisblijver, die zich toch maar een beetje raar hoort te voelen?
Echte eenzaamheid onder studenten, met onder andere eerstejaars als een extra kwetsbare groep, is een zwaar onderschatte problematiek. Een rijk sociaal leven is zonder twijfel een belangrijke bouwsteen voor eenieders mentale gezondheid. Maar voor de invulling daarvan bestaan geen vast omlijnde voorschriften. Waarom toch de terughoudendheid om een minder extravert studentenleven als even waardevol te presenteren en beleven?
Eens om de zoveel maanden beland ikzelf als een alien op de dansvloer, en precies omwille van de uitzondering amuseer ik me dan meestal wel. Mijn gehoor pruttelt evenwel steevast tegen: de stem van een gesprekspartner van de muziek en het geroezemoes onderscheiden, zuipt energie. Veel liever investeer ik die in een diepgaand een-op-eengesprek in een café waar het decibelniveau beperkt blijft.
Naast die lange dialogen met vrienden geniet ik intens van de tijd die ik alleen doorbreng. Die geeft me de kans om de alledaagse drukte van me af te laten glijden. Eenzaam noch asociaal voel ik me daarbij – integendeel, de rust om me heen schept creativiteit.
Als je oprecht plezier haalt uit een avondje stappen, prima. Maar als uitgaan betekent dat je stelselmatig je eigenheid verloochent, hou er dan mee op. Je gaat op de lange duur krom staan door jezelf steeds maar in bochten te wringen. De moed om jezelf te zijn, brengt je daarentegen ver.
De Splinter bevat een persoonlijke mening. Ze bevat niet de mening van de redactie of van Veto.