splinter> Splinter

Opinie: 'Lang leve de osteopaat!'

Het smartphonegebruik neemt kwalijke proporties aan. Slimme gsm's zouden op lange termijn wel eens het sociale leefklimaat in het gedrang kunnen brengen.

Gepubliceerd

Het zijn Leuvense taferelen die me telkens droef te moede stemmen: passanten, cafégangers, studenten in de aula of zelfs fietsers die gekluisterd naar een 5x7-schermpje zitten te staren alsof het een lieve lust is. Terwijl allerhande applicaties hun aandacht opslorpen, vervaagt de wereld rondom hen. Ze stoppen hun smartphone in hun broekzak, om hem na vijf minuten getriggerd door verveling, gezoem of gepling opnieuw vast te grijpen. Het is een iteratief en minstens even nutteloos proces.

De ergens rond 2007 op de markt gebrachte smartphones zijn vandaag wereldwijd gemeengoed, hebben zich als term in Van Dale genesteld, en fungeren hoe langer hoe meer als verlengstukken van mensenhanden. Waarom? Om de eenvoudige reden dat ze ons leven een stuk eenvoudiger maken. In geen tijd zoek je de weg naar een voorheen onbekende plaats of plaats je een bestelling bij pak 'm beet een Oost-Timorese juwelier. Ook ik moet als cynische Nokia-gebruiker - zij het krampachtig - het nut van smartphones beamen. Maar dat neemt niet weg dat je evengoed de weg kan vragen of de juwelierszaak om de hoek kan bezoeken.

'Neem dan niet deel aan het mobiele circus', is een gegrond tegenargument, ware het niet dat ik me steeds meer genoodzaakt voel om er wél aan deel te nemen. De smartphone is tot in diepe sociale vezels binnengedrongen: winkeliers die naast cash geld enkel betaling via applicaties aanvaarden, conversaties die gedomineerd worden door ervaringen op Tinder, gesprekspartners op wier interesse je slechts kan rekenen als hun smartphone opgeborgen zit, proffen die hun stof interactief toetsen aan de hand van mobiele toepassingen. Het lijkt wel alsof de maatschappij je verplicht over een smartphone te beschikken om mee te kúnnen draaien in de carrousel. De smartphonelozen delven het onderspit. En daar heb ik de pest aan.

Het is nochtans een logische wisselwerking: de mens creëert technologie, technologie beïnvloedt de mens. Mijn vrees is alleen dat de balans wel eens naar het tweede zou kunnen doorslaan. In dat geval is het maar zeer de vraag of we ons nog uit die technologische houdgreep kunnen losrukken. Willen we optimaal de vruchten plukken van de mogelijkheden die smartphones te bieden hebben, dan mogen we het humane aspect, weg van de smartphone, niet uit het oog verliezen. Mij goed dat je je vakantiefoto's met één vingertoets op sociale media kan delen, maar verlies niet uit het oog dat zulke gepolijste content ook nefast kan zijn voor het geluksgevoel van anderen. Mediapsychologen zullen het met mij eens zijn.

Die discussie over sociale media is, hoewel relevant voor smartphones, een zijsprong die ik hier niet verder wil aanraken. Wel is het mijn betrachting om u, de lezer, even te doen stilstaan bij uw (overmatige) smartphonegebruik. Als de ober op restaurant het eten voorschotelt, wens je disgenoten dan 'smakelijk eten' toe in plaats van meteen een foto te willen nemen van je lekker ogende bord. Zie je 's nachts een dronken student onbeholpen door de Muntstraat zwabberen, film hem dan niet, maar help hem op weg. Ga je op café met vrienden, laat die smartphone dan eens op kot. Het zal u én anderen deugd doen.

Mocht mijn moraalridderige queeste naar meer mens, minder smartphone toch op niets uitdraaien, dan heb ik nog een goede raad in huis voor de generatie van morgen: volg de opleiding tot kinesist of osteopaat. Binnen twintig jaar zullen er meer dan genoeg zere nekken en duimen te behandelen zijn. Incluis de uwe(?).

Powered by Labrador CMS