editoriaal> Editoriaal
Opinie: De (on)macht van onze gedachten
Een student die heel het semester is opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, iemand die twee dagen per week therapie volgt, een ander wiens vader stierf aan zelfdoding …
Een student die heel het semester is opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, iemand die twee dagen per week therapie volgt, een ander wiens vader stierf aan zelfdoding … dit zijn slechts enkele persoonlijke verhalen van de tienkoppige redactie van Veto.
De cijfers over psychische gezondheid bij studenten tonen aan dat we daarin niet alleen zijn. Zo zegt de helft van de eerstejaarsstudenten psychische klachten te hebben. Ook jij kent en/of bent dus iemand met psychische moeilijkheden, al weet je dat misschien zelf nog niet.
Momenteel staan psychische problemen gelijk aan psychische ziekten. Dat is een foutief beeld. Als we ons willen los schudden van het stigma rond psychische problemen, moeten we focussen op psychische gezondheid en niet alleen op pathologieën.
Van een kort dipje tot een zware depressie. Van een eenmalige inzinking tot een eetstoornis die je leven beheerst. Het is een continuüm waarop we ons allemaal bevinden.
Elke student worstelt vroeg of laat met de (on)macht van zijn of haar gedachten. Dat is geen schande. Het hoort bij het leven.
Toch blijkt het moeilijk om daarover te praten. Over psychische gezondheid hangt nog te vaak een sluier van onwetendheid en stilzwijgen. Een sluier die als een betonnen omhulsel weegt op psychiatrische patiënten en studenten die het moeilijk hebben.
Die sluier van gewapend beton kan desastreuze gevolgen hebben. Studenten met problemen blijven nog te lang stil. De drempel naar ondersteuning (die niet per se curatief hoeft te zijn) is voor hen nog vaak te hoog.
Die sluier afwerpen gaat niet van vandaag op morgen. Een mentaliteitswijziging is een werk van lange adem, maar wij hopen dat onze generatie de bunker verder doet afbrokkelen. Daarvoor moeten we luisteren naar elkaar en onze eigen kwetsbaarheid durven uit te spreken.
Een vijftiental moedige studenten toonden die durf voor dit dossier. Julie vertelt waarom zij getuigde: ‘Ik vind de persoonlijke verhalen het belangrijkste. Zo normaliseer je het en voelen mensen aan dat het oké is om het daarover te hebben. Het kan echt iedereen overkomen.’
Julie is een fictieve naam, want alle getuigen getuigen anoniem. Het etiket dat aan iemand kleeft met psychische problemen is nog te groot en moeilijk afwasbaar. Wij, studenten, willen geen etiket. Wij hebben soms problemen in onze kop en komen daar bewust voor uit. We hebben allemaal een verhaal.
Het editoriaal bevat een mening die gedragen wordt door de redactie.