artikel> Kortverhaal
Kortverhaal: Bladeren blazen
De stad is nog stil. De nacht sluimert als dikke mist boven de huizen, enkel blaadjes dwarrelen erdoorheen. Achter een venster knipt het licht aan.
Een vrouw gaat op de vensterbank zitten en drinkt haar thee. De lucht voelt fris en kalm. Onder haar is de stoep bezaaid met kleurrijke bladeren, fel in het schijnsel van de straatlantaarns. Ze bestrijken auto’s, rioolroosters en vuilbakken. Niets is opgewassen tegen de roekeloosheid van de herfst, de achteloosheid die een vaste waarde zich kan permitteren. Even is de menselijke controle verbroken en heerst de natuur in de straten. Maar de mens is macht en onmacht is onwenselijk. Om de hoek komt een man met fluorescerende strepen. Met een bladblazer op de rug trotseert hij de straten, vastbesloten de orde te herstellen.
Het geraas vult de straat, zwelt op als een ballon. De bladeren wijken dansend uit. Ze draaien om elkaar heen en dwarrelen samen weer neer. Niet in staat onvoorspelbaarheid te omarmen, wordt die haastig ingetoomd. Uit angst voor anarchie wordt al het oncontroleerbare vermeden. Er is geen plaats voor hopen bladeren, schijnbaar een uiting van tomeloze emotie en wispelturigheid. Het toevallige (het mooie) van het leven wordt ontkend zodat de mens weloverwogen zijn routine kan hervatten.
Een kale straat blijft achter. De hemel wordt lichter en de stad ontwaakt. Ze heeft van de chaos niets gemerkt. Werkmensen in kostuum vullen de straten, lopen behendig om plassen water heen. De vrouw sluit het venster en gooit het theebuiltje weg. Ze is dankbaar voor de vroege morgen, de man blies met de bladeren al het schone weg.