editoriaal> Editoriaal

Help, ik sta op de wachtlijst voor hulp

'Van de ene op de andere dag dacht ik: hier is een nieuw ding dat ik ga doen: gewoon eten en dan overgeven. Dat was dan mijn routine voor een maand', vertelt een getuige aan Veto.

De coronacrisis heeft al sinds de eerste lockdown een impact op het mentale welbevinden van de mensen. Het isolement en de dagelijkse negatieve nieuwsberichten wogen zwaar door, zeker voor studenten die alleen op kot zaten.

Je neemt nieuwe routines aan om de uren nuttig te vullen. Sommigen leerden breien of wiezen, sloegen aan het kokkerellen of beoefenden een nieuwe sport. Anderen probeerden de depressieve gevoelens te verzachten met problematisch eetgedrag.

Volgens een enquête van Sciensano liep zo'n achttien procent van de Belgische jongeren het risico om een eetstoornis te ontwikkelen: een stijging van elf procent sinds 2018. De opnames in psychiatrische ziekenhuizen volgen de trend van de dalende coronacijfers nog niet.

Het zijn niet alleen herstelde patiënten die hervielen in hun verstoorde eetgewoonten. Ook jongeren zonder voorgeschiedenis dreigden een ongezonde relatie met voeding op te bouwen doordat sociale controle wegviel. De verschijnselen waren gelijkaardig aan de eetstoornissen voor de crisis, maar de lockdown zorgde voor een versnelling van het ziektebeeld.

De klinieken konden de piek van ernstige gevallen niet aan. In Vlaanderen bevinden er zich slechts drie gespecialiseerde opnamecentra voor volwassenen met een eetstoornis. Psychiater Elske Vrieze legt uit dat psychiatrische patiënten meer vatbaar zijn voor het COVID-19-virus, waardoor niet alle bedden gevuld konden worden.

Ook diensten als pediatrie en endocrinologie kenden een toename van patiënten, doordat de snel ontwikkelende eetstoornissen gepaard gaan met heel wat andere problemen. Er is nog steeds een ellendig lange wachtlijst om een residentiële plaats op de ziekenhuisafdeling te bemachtigen.

Als gevolg wordt er noodgedwongen een onderscheid gemaakt tussen mensen die (nog) geen levensbedreigend risico lopen – en dus kunnen doorverwezen worden naar ambulante netwerken – en mensen in een kritieke toestand.

Dat is problematisch, omdat de verstoorde gedachtegang niet wordt aangepakt en de nieuwe routines wennen. Het is belangrijk om te onthouden dat je naast professionele hulp ook altijd kan rekenen op je sociale omgeving. Nu we elkaar weer mogen zien, vastpakken, maak daar best gebruik van.

Daarnaast kan je ook terecht bij de vereniging Anorexia Nervosa (ANBN), een ontmoetingsplaats in Leuven voor zelfhulp. Een team van ervaringsdeskundige vrijwilligers staat daar klaar om meer informatie te geven over eetstoornissen en je eventueel door te verwijzen naar hulpverleners. Dat is een laagdrempelige eerste stap, zonder ellendig lange wachtlijsten.

Manon Cools is redacteur student. Het editoriaal wordt gedragen door de volledige redactie.

Powered by Labrador CMS