editoriaal> Editoriaal
Er is altijd een alternatief
Er zijn altijd andere opties. Laat u nooit iets anders wijsmaken.
"L'homme est condamné à être libre," schreef de altijd inspirerende Sartre. Simplistisch uitgelegd: je moet altijd keuzes maken en die verantwoordelijkheid afschuiven is niemand gegund.
Op naar vorige dinsdag. Craig Calhoun, Director of London School of Economics, geeft een lezing over solidariteit. Een statige man, met een titel waar je onmiddellijk ontzag voor moet hebben. Alsof de opeenvolging van woorden op zichzelf de nodige gravitas overbrengt.
De lezing laat weinig ongemoeid. De link tussen cosmopolitanisme en Sex and the City. De klassenmaatschappij van de Frequent Flyers en veranderende opvattingen over solidariteit. Wereldburgers en de blinde vlekken van sociologie. Allemaal komt het aan bod.
Het interessantste komt evenwel pas in het interview dat volgt (zie p. 20): "Het belangrijkste van sociologie is het steeds opnieuw aantonen dat andere keuzes mogelijk zijn."
Pijnlijk, want als leider van een van de meest prestigieuze universiteiten van de wereld, kan ook Calhoun niet ontsnappen aan de prestige-economie die alles in het hoger onderwijs reduceert tot een eendimensionale ranking. Die bovendien nog eens sterk gecorreleerd is met het geld dat uitgegeven wordt per student. Maar, zo stelt hij met een schoorvoetende stoutmoedigheid, die vele academici kenmerkt: “.”
Gelijk heeft hij. Te vaak houden we onszelf voor dat het niet anders kan, dat de weg die we ingeslagen zijn, de enige mogelijke weg is. In deze mondige en vrijgevochten tijden zijn we blijkbaar toch te onzeker en comfortabel om andere opties serieus te nemen. O ironie.
De gevolgen van zo’n beperkt blikveld zijn legio. Van jongeren die al het perspectief verliezen en meer risico lopen op depressie (zie p. 13) tot diezelfde studenten die slikken dat hun inschrijvingsgeld verhoogt onder leuk klinkende boutades als “besparen om te investeren in de toekomst (copyright Hilde Crevits).” Alsof er geen andere besparingsmogelijkheden zijn in een begroting waar minder dan 2 procent naar het hoger onderwijs gaat (trouwens een stuk onder het OESO-gemiddelde, maar geen andere optie zeker?).
Ik vraag me trouwens af of de Leuven Vlaams beweging van 1968 zoiets getolereerd zou hebben. Die boys engirls gingen met plezier overnachten in de cel om hun communautaire overtuigingen te laten zegevieren (zie p.5). Helden. Niet omdat ze per se gelijk hadden, maar omdat ze het lef hadden zich vol overgave in te zetten voor iets wat ze als verbetering zagen.
Verdere voorbeelden liggen voor het rapen. Studenten die zo geobsedeerd zijn met hun diploma dat ze plagiëren om toch maar wat meer punten te behalen (zie p. 3). Alsof leven zonder een diploma of met een minder aantrekkelijk Latijns zinnetje op dat diploma zo een ramp zou zijn.
Een universiteit die een andere onderwijsorganisatie steeds uitstelt omdat… Wel, ik heb eigenlijk geen idee. Onlangs vertelde een decaan me dat professoren meer tijd steken in examineren dan doceren. Hilarisch, toch? Maar wees gerust, het rectoraat heeft een werkgroep opgericht, dus het zal wel in orde komen.
Ik pleit hier niet voor een Sturm und Drang-houding die koppig elke andere mening negeert. Dat we beslissingen nemen in onderlinge dialoog is goed. Toch laten we ons - zelfs in discussies - te vaak overtuigen dat er slechts één reële optie is. Zo’n discours is nefast, want het stelt dat je gedachten geen andere weg meer mogen inslaan. Dat je niet meer mag doorvragen. Dat is dus uitdrukkelijk een pleidooi tegen het fatalisme dat overal inkruipt, dat onbewust mensen beheerst. Dat u meegaat in een richting die anderen voor u uitgestippeld hebben, is uw keuze. Maar weet dit: er is altijd een alternatief.