OPINIE KLIMAAT
COP27 dreigt op een fata morgana uit te draaien
Doordat internationale klimaatactivisten bewust wegblijven en veel Afrikaanse activisten geen toegang krijgen, mist de eerste Afrikaanse klimaatconferentie sinds het Akkoord van Parijs haar doel.
Gaan of niet gaan? Niet de beslissingen die op tafel liggen, maar of we al dan niet aanwezig moeten zijn op de klimaatconferentie in Sharm-El-Sheikh (COP27) lijkt de meeste stemmen te beroeren. Dat is een kwalijk feit aangezien de klimaatcrisis in recordtempo dreigt te escaleren en de tijd om de transitie naar een duurzame economie in een stroomversnelling te brengen, snel slinkt. De oplossing is niet om die vraag naar al dan niet gaan te negeren, maar om ervoor te zorgen dat ze voor de komende edities irrelevant is.
Sharm-El-Sheikh is een resort voor buitenlandse toeristen in het zuiden van de Sinaï-woestijn. De stad is een autorit van ruim 500 km van Egyptes hoofdstad Caïro verwijderd en is in de praktijk bijna alleen bereikbaar met het vliegtuig. Die keuze was uiteraard niet toevallig. De conferentie biedt publiciteitsmogelijkheden voor het land, maar president al-Sisi is de activisten en journalisten liever kwijt dan rijk. Zijn regime wordt gekenmerkt door mensenrechtenschendingen en neemt het niet zo nauw met de vrijheid van demonstratie.
Aan de vooravond van COP27 dikte het lijstje van thuisblijvers dan ook steeds verder aan. Activisten als Anuna De Wever en Greta Thunberg gaven aan uit protest weg te blijven en ook Vlaams minister van Energie Zuhal Demir stuurde haar kat. De meeste redenen die ze daarvoor aanhalen kunnen ook bij mij op begrip rekenen, maar door hun bewuste afwezigheid slinkt ook de marge voor succes. In het geval van Zuhal Demir lijkt het eerder een schijnmanoeuvre om haar gebrek aan ambitie te verbergen.
Ook journalisten zijn in kleinere getale aanwezig dan bij de vorige conferentie in het Schotse Glasgow. Openbare omroepen sturen kleinere redacties en onafhankelijke journalisten laten de conferentie vaker links liggen dan in Glasgow het geval was. Net dat raakt een gevoelige snaar. Onafhankelijke journalistiek maakt een inherent onderdeel uit van het democratische proces dat de COP zou moeten zijn.
De COP is namelijk meer dan wat er op de conferentie tussen wereldleiders beslist wordt. Het is een jaarlijks terugkerend evenement waar de klimaatbeweging de kans krijgt om regeringsleiders ter verantwoording te roepen. Zonder voldoende journalisten om die stemmen een platform te geven, blijft het ironisch genoeg bij preken in de woestijn.
Activisten en journalisten, in het bijzonder uit gebieden die reeds getroffen worden door de klimaatcrisis, moeten massaal aanwezig kunnen zijn
Dat betekent echter niet dat conferenties als de COP voortaan enkel door westerse landen zouden mogen georganiseerd worden. De klimaatcrisis is een wereldwijd probleem en heeft een wereldwijde aanpak nodig. Er moet wel gezorgd worden dat activisten en journalisten, in het bijzonder uit gebieden die reeds getroffen worden door de klimaatcrisis, massaal aanwezig kunnen zijn. Het is lovenswaardig dat elk continent op zijn beurt de kans krijgt het jaarlijks verhuizende klimaatcircus te ontvangen, maar dat mag niet ten koste gaan van de aanpak van de crisis.
Bovendien is een Egyptische COP niet per se in het voordeel van Afrikaanse activisten. Zo is het voor Egyptenaren zeer moeilijk om naar de conferentie af te reizen. Ook andere Afrikaanse activisten zijn al tegengehouden op de luchthaven door Egyptische security en werden toegang tot de COP ontzegd.
In de aanloop van de COP27 werd deze conferentie nog in de markt gezet als de 'Afrikaanse COP' waar de gevolgen van klimaatverandering voor dat continent eindelijk centraal zouden staan. Om die belofte waar te maken is de aanwezigheid van Afrikaanse activisten belangrijker dan het continent waar het plaatsvindt. Degene die het meest getroffen worden door de klimaatcrisis moeten namelijk gehoord worden wanneer hun leven letterlijk op het spel staat.
Volgend jaar valt de beurt aan Azië en wordt de conferentie in de Verenigde Arabische Emiraten georganiseerd. Die locatie is eveneens een doorn in het oog van de klimaatbeweging. Het land is als lid van het OPEC-kartel (de organisatie van olie-exporterende landen) mee verantwoordelijk voor het in stand houden van onze olieverslaving en maakt geen tot weinig aanstalten om daarmee op te houden. Daarnaast respecteert het land evenmin politieke vrijheden. Activisten worden er nog regelmatig gearresteerd.
Locaties als Sharm-El-Sheikh en Dubai staan in schril contrast met wereldsteden als Parijs, Kyoto en Kopenhagen waar de belangrijkste stappen gezet zijn. Als student-journalist en klimaatactivist baart deze tendens me ontzettende zorgen. Het klimaat is te belangrijk om af te laten hangen van landen op zoek naar een opgeschoonde reputatie.
Heb jij ook een mening die de wereld moet horen? Stuur een mail met je idee of stuk naar opinie@veto.be en word gepubliceerd schrijver.