ANALYSE DOSSIER CHINA
Samenwerkingen met Chinese partners niet eenvoudig: 'Het woord "propaganda" moest worden vervangen'
Terwijl artikels in de media, staatsveiligheid en de federale overheid ons attent blijven maken op de gevaren van Chinese spionage in het onderwijs, zet de KU Leuven sterk in op nieuwe samenwerkingen met Chinese topuniversiteiten. Hoe ervaart het academisch personeel zelf die samenwerkingen?
Volgens Peter Lievens, vicerector Internationaal Beleid aan de KU Leuven, kunnen we China als groeiende academische speler niet negeren. 'Wel moet de kennisveiligheid gewaarborgd blijven, en houden we vast aan onze waarden wanneer we samenwerkingen aangaan', zegt hij.
Daarom heeft de universiteit de ethische commissie 'dual use, military use and misuse of research’ opgericht. Zij beoordelen of nieuwe onderzoeksovereenkomsten verantwoord zijn, en kunnen een samenwerking tegenhouden.
Controle tot op zekere hoogte
Volgens professor en vicerector Humane Wetenschappen Reine Meylaerts worden er geregeld onderzoeken afgewezen, maar vaak ook niet. Zo blijkt dat Meylaerts zelf in het verleden nog heeft samengewerkt met de Beihang universiteit, die onderdeel is van de beruchte Seven Sons of National Defence Universities. Die universiteiten zijn omstreden vanwege hun nauwe banden met het Chinese leger en de staat, en ook vanwege hun spionagepraktijken in het buitenland.
'In een autoritair regime zijn machthebbers geen vertegenwoordigers van de burgers. Dat moet een argument zijn om een wetenschapper niet zomaar te laten samenvallen met zo'n regime'
Reine Meylaerts, vicerector Humane Wetenschappen
In 2020 werd het risico van samenwerkingen met die universiteiten sterk benadrukt in de media, waarop de KU Leuven in De Morgen reageerde en terugkwam op haar stappen. Toch hebben er na die uitspraak nog verschillende, individuele samenwerkingen plaatsgevonden tussen onderzoekers.
Aan het begin van het nieuwe kalenderjaar heeft de federale overheid een financieringsverbod ingesteld op de samenwerking met deze zeven universiteiten. Lievens benadrukt dat dat niet noodzakelijkerwijs betekent dat individuele samenwerkingen niet meer kunnen plaatsvinden. 'In sommige disciplines is de dreiging voor het stelen van belangrijke kennis immers groter dan in anderen', vertelt hij.
Prettig, inclusief en belangrijk
Uit de ervaringen van de professoren blijkt inderdaad dat de ene samenwerking met Chinese onderzoekers de andere niet is. Zo geeft Meylaerts aan graag samen te werken met Chinese onderzoekers, hoewel ze opmerkt dat ze over het algemeen minder kritisch zijn.
Bovendien acht de vicerector het onverstandig om alle samenwerkingen in China over dezelfde kam te scheren. 'Anders dan in een democratie zijn de machthebbers in een autoritair regime geen vertegenwoordigers van de burgers. Dat moet altijd een argument zijn om een wetenschapper niet zomaar te laten samenvallen met zo'n regime.'
'In mijn onderzoeken ben ik kritisch: soms gebeurt het dat ik de titel uit mijn lezing moest veranderen'
Carine Defoort, professor Chinese studies
Ook docent Letteren Lut Lams, die onderzoek doet naar het Chinese discours, merkt op dat het waardevol is om onderzoekspartners te hebben die de moedertaal spreken. 'Bovendien is het altijd verrijkend om een andere stem te horen', voegt ze eraan toe.
Lievens stemt daarmee in en benadrukt: 'Een zekere mate van voorzichtigheid is begrijpelijk, maar juist vanwege de verschillende culturen kunnen we veel van elkaar leren door onderzoekssamenwerking en uitwisseling. Het biedt een ideale kans om onze waarden te delen.'
Geopolitiek bepaalt een samenwerking
Sinoloog Carine Defoort benadrukt het belang van samenwerking om een dieper begrip van China te behouden. 'Denk bijvoorbeeld aan de klimaatproblematiek', legt ze uit. 'China speelt daarin een cruciale rol. Als we de taal niet spreken en hun denkwijze niet begrijpen, kunnen we dat nooit gezamenlijk aanpakken.' Daarom is ze positief over het feit dat Europa niet significant minder fondsen aanneemt en uitkeert voor samenwerkingen met China.
Die trend heerst volgens Defoort sterker in Amerika, vanuit geopolitiek belang. 'China is een economische en ideologische bedreiging voor Amerika', vertelt Defoort. Daarom benadrukken ze de Chinese spionagepraktijken en proberen ze samenwerkingen te vermijden. 'Belangrijk te vermelden daarbij is dat de Verenigde Staten natuurlijk zelf ook spioneren.'
'Je hebt ook Chinese partners die vast lijken te zitten in hun ideologische denkkader'
Reine Meylaerts, vicerector Humane Wetenschappen
Toch benadrukken ook sommige Amerikaanse topuniversiteiten het belang van samenwerking met China. Zo verscheen onlangs in de Times een artikel waarin de president van Ivy Leage University Brown stelde dat Chinese kennis van aanzienlijk toegevoegde waarde is in academisch onderzoek naar bijvoorbeeld ziektes en economische ontwikkelingen.
Moeilijkheden en dreiging
Ondanks de vruchtbare ontwikkelingen die de samenwerkingen opleveren, hebben ze ook een keerzijde, wat niet los kan worden gezien van de politieke context. In China heerst natuurlijk een autoritair regime waarin sprake is van censuur. Zo nam China in 2020 nog de nationale veiligheidswet voor Hong Kong aan.
Wat er precies in staat, is geheim. Wel is duidelijk dat Chinezen onder de veiligheidswet een levenslange gevangenisstraf kan worden opgelegd vanwege 'afscheiding', 'ondermijning', 'terrorisme' en het 'heimelijk samenspannen met buitenlandse strijdkrachten.' 'Mede daardoor heerst onder Chinese onderzoekers een angst om kritisch te zijn voor het eigen regime', vertelt Lams.
Volgens Lams is die angst minder sterk aanwezig bij Chinese onderzoekers die in het buitenland wonen, en daar ook blijven. 'Sommigen staan open voor alternatieve bronnen maar blijven voorzichtig terwijl anderen meer open staan om verschillende stemmen te horen.' Volgens Lams is het makkelijker samen te werken met die laatste groep, om zich niet te moeten beperken en het onderzoek in volle onafhankelijkheid te kunnen uitvoeren.
Het gebruik van de term 'propaganda' is in China afgeschaft sinds 2023, en veranderd naar de term 'national publicity'
'Je hebt ook Chinese partners die vast lijken te zitten in hun ideologische denkkader en, in overeenstemming met het discours van het staatsapparaat, een alternatieve visie op de wereldorde voorstaan', vertelt Lams. Die groep past binnen het plaatje van wat de Chinese overheid verwacht van Chinese woordvoerders, media, en academici: "Tell China’s story well."
Dat houdt in dat China het verhaal van China op een wervende manier wil vertellen zodat ze goed overkomt bij rest van de wereld. Lams legt uit dat het daardoor lastig kan zijn om met Chinese onderzoekers samen te werken.
Sommige onderzoekers willen bijvoorbeeld het woord propaganda niet gebruiken in academische teksten. Het gebruik van die term is in China afgeschaft sinds 2023 en veranderd naar de term 'national publicity.'
'Verwijder dit: geen goed beeld van China'
Er zijn nog meer voorbeelden. 'Ik heb een doctoraat gezien van een Chinese onderzoeker die het Chinese discours onderzocht over de klimaatkwestie', vertelt Lams. Het was hoofdzakelijk een positief verhaal zonder enige kritiek op China als vervuiler.
'Ook heb ik weleens een opmerking ontvangen van een Chinese hoofdredacteur bij een academisch artikel dat vermeldde dat de Chinese media verwacht worden een educatieve rol te spelen: "Verwijder dit, dit komt niet ten goede aan het imago van China."'
Ook Defoort geeft aan tegen moeilijkheden te zijn aangelopen. 'In mijn onderzoeken ben ik kritisch en heb ik het doel om clichés in vraag stellen; soms gebeurt het dat ik de titel uit mijn lezing moet veranderen.'
Ondanks de verschillende ervaringen met Chinese onderzoekers staat één zaak buiten kijf: 'Mogelijke spionage zit altijd in het achterhoofd. Maar dat geldt niet alleen voor samenwerkingen met Chinese universiteiten', aldus Lievens. Hij besluit: 'Het is te allen tijde belangrijk om in samenwerking met buitenlandse universiteiten waakzaam te blijven.'