artikel> Voorlopige balans van proefdoorloop Cobra

Nieuw systeem voor kwaliteitszorg komt op stoom

Het nieuwe kwaliteitszorgsysteem COBRA kronkelt rustig verder. Aan de faculteiten is de proefdoorloop aan de gang. Ondanks enkele organisatorische problemen, lijkt alles relatief vlot te verlopen.

WTF? COBRA

COBRA is het nieuwste systeem om de onderwijskwaliteitszorg aan de KU Leuven te waarborgen. Tot vorig jaar gebeurde de kwaliteitscontrole door middel van opleidingsvisitaties. Het COBRA-plan van vicerector Onderwijsbeleid Didier Pollefeyt moet de universiteit nu in staat stellen om zelf haar onderwijskwaliteit te garanderen. Dit is belangrijk om door de instellingsreview te raken.

Dit academiejaar is aan heel wat faculteiten een proefdoorloop gestart. COBRA telt drie fases. In eerste instantie komt de stem van studenten, docenten en medewerkers aan bod middels georganiseerde gesprekken. In fase twee en drie worden die resultaten dan besproken op respectievelijk facultair en universitair niveau. Vooral de organisatie en het verzamelen van minstens acht studenten per richting blijkt geen sinecure.

VRAGENSET

Tijdens de gesprekken proberen de studenten met behulp van onderstaande vragenset de opleiding te evalueren. Telkens is het de bedoeling om zowel de zwakke als sterke punten te behandelen.

  1. Daagt de opleiding je uit om je tot [x] te ontwikkelen?
  2. Bespreek de doelen van de opleiding.
  3. Bespreek de opbouw van de opleiding.
  4. Bespreek de evaluatie van studenten (examens).
  5. Ervaar je de opleiding als een plek tot brede vorming als persoon?

COBRA is de ietwat kunstzinnige naam voor het nieuwe onderwijszorgsysteem aan de KU Leuven. De eerste fase van dat project is volop aan de gang (zie kader). Daarin worden studenten en docenten aan het woord gelaten. Vicerector Onderwijsbeleid Didier Pollefeyt wil zo een andere weg inslaan. “Met COBRA willen we een echte cultuuromslag realiseren. We willen het eigenaarschap teruggeven aan de primaire actoren van het onderwijs en dat zijn de studenten, docenten, bestuurders en medewerkers. Met elkaar praten over onderwijs in de taal van de eigen discipline: dat is de uitnodiging.”

Alle faculteiten organiseren dit semester een eerste proefversie. Niettemin zijn sommige faculteiten, zoals Theologie en Bio-ingenieurswetenschappen, vrijgesteld, omdat ze recentelijk nog volledig zijn gevisiteerd. Het stemt Pollefeyt echter tevreden dat ook zij meedoen. “Het toont aan dat iedereen wel begaan is met kwaliteitszorg en de instellingsreview.”

DATAMANAGERS

Het organiseren van de COBRA-gesprekken brengt natuurlijk een hele administratieve last met zich mee voor de faculteiten. Liesbet Heyvaert, vicedecaan Onderwijs bij Letteren, voorzag dat probleem. “Onze faculteit heeft er daarom voor gekozen om een halftijdse COBRA-medewerker aan te werven, omdat wij zagen dat het een heel complex iets zou worden aan onze faculteit. Wij hebben namelijk veel studierichtingen en vier campussen.”

“Bij ons zijn studenten sowieso niet echt involved in onderwijs”

Charlotte Gils (onderwijsverantwoordelijke Ekonomika)

Die medewerker is Stijn Ceulemans. Hij onderschrijft de complexe organisatie: “65 gesprekken organiseren op een semester is enorm veel. Als dat er zoveel blijven, dan schrik ik toch wel een beetje.”

Pollefeyt weet dat de aanpak van Letteren niet uniek is. “Ik denk dat alle faculteiten dezelfde strategie volgen door een datamanager aan te stellen.” De taken van die persoon lijken echter sterk te verschillen per faculteit. Dat komt mede door een nauwe samenwerking met de studentenkringen die een aantal taken op zich nemen.

Alle kringen zorgen om te beginnen voor de gespreksleiders. Die krijgen daarvoor een speciale opleiding van de Studentenraad KU Leuven (Stura). Pollefeyt is alvast zeer tevreden over hun medewerking. “Een dikke proficiat voor wat Stura hier neerzet. Zij hebben gezorgd voor de opleiding van de gespreksleiders en leveren schitterend werk.”

Bepaalde kringen verzorgen daarnaast een groot deel van de organisatie. “Met de faculteit is afgesproken dat de kring Ekonomika ervoor zorgt dat de studenten gecontacteerd worden en dat de lokalen gereserveerd zijn. De faculteit heeft wel de documenten opgesteld die wij dan doorsturen, maar het praktische deel doen wij dus,” zo licht Charlotte Gils, vicepreses Onderwijs bij Ekonomika toe.

Aan de faculteit Wetenschappen gaan ze nog een stap verder. Ingrid Wevers van de overkoepelende studentenraad Scientica verklaart: “Onze gespreksleiders organiseren alles zelf: de studenten aanspreken, lokalen reserveren, … Wij zijn de enige faculteit waar de gespreksleiders zelf hun gesprekken organiseren.”

500 EURO

Om de administratieve last te verzachten, voorziet de universiteit voor elk geslaagd gesprek vijfhonderd euro en honderd euro extra per betrokken campus. Jasper Daniëls, die namens Stura zetelt in de Onderwijsraad, bevestigt. “Een faculteit krijgt per gesprek een vaste som. In zekere mate is elke faculteit vrij om met dat geld te doen wat ze willen.”

Krijgen de studentenkringen dan een deel van dat geld voor hun medewerking? Zeker aan de faculteit Wetenschappen lijkt die vraag gerechtigd. Wevers doet haar verhaal: “We werken heel graag samen met onze faculteit en het is zo afgesproken met hen dat we dat zelf zouden organiseren. Het geld gaat weliswaar naar de faculteit, maar zij voorziet ook eten en drinken.”

Aan de faculteiten Economie en Letteren is er geen versnapering voor de studenten voorzien tijdens de gesprekken. “Van het geld gaat alles volledig naar de COBRA-medewerker. En we stellen vast dat die eigenlijk een te klein mandaat heeft om dit rond te krijgen. Die persoon is zich al weken te pletter aan het werken, er is dus geen marge om met dat geld iets anders te doen,” dixit Heyvaert.

“500 euro blijft een bescheiden compensatie”

Luc Sels (decaan Economie en Bedrijfswetenschappen)

Bovendien mag die 500 euro niet overschat worden, vindt Luc Sels, decaan Economie en Bedrijfswetenschappen. “Het blijft een bescheiden compensatie voor een complexe multicampusfaculteit, die zelf zwaar moet investeren in een eigen kwaliteitsmanagementaanpak met het oog op internationale accreditaties.”

Sels plaatst bovendien enkele vraagtekens bij het systeem. “Zo een op dialoog gebaseerd systeem is eerder geschikt om na te gaan of de onderwijsvisie verankerd is in opleidingen, en minder om te garanderen dat de kwaliteit in orde is." Toch schaart Sels zich achter de vernieuwing. “Als faculteit voeren wij loyaal uit wat er collegiaal beslist is. Je moet elk nieuw systeem de kans geven om zich te bewijzen.”

MOTIVATIE

Verder blijkt het niet eenvoudig om voldoende gespreksdeelnemers te vinden. De selectie mag niet gemanipuleerd worden. Men hoopt steeds op acht gespreksdeelnemers. Charlotte Gils van Ekonomika verklaart: “Er zijn heel veel gesprekken niet doorgegaan. Op de campus Leuven hadden wij vijftien gesprekken, waarvan er vijf of zes zeker zijn doorgegaan, de rest niet.” Dat probleem is echter niet aan COBRA te wijten. “Bij ons zijn economiestudenten sowieso niet echt involved in onderwijs.”

Een te lage opkomst is evenwel niet dramatisch. “Elk gesprek tussen studenten over de kwaliteit van onderwijs is positief. Om een representatieve groep te bereiken moeten er wel minstens vijf studenten op het gesprek aanwezig zijn. Als er niet genoeg studenten gevonden worden dan kan er een nieuwe datum gezocht worden,” legt Jasper Daniëls uit. De faculteit Letteren selecteert nu eenvoudigweg meer mensen zodat er zeker acht studenten komen opdagen.

Toch blijft het moeilijk. “Het is zo dat wij bepaalde opleidingen hebben die zeer klein zijn. Dan is het zelfs niet haalbaar om aan acht studenten te komen”, aldus Heyvaert. “De vraag is of die complexiteit aan onze faculteit voldoende begrepen wordt,” voegt Heyvaert er nog aan toe. Ook een gezamenlijk moment vinden voor docenten blijkt lastig.

Niettemin verloopt alles in een constructieve sfeer. Heyvaert benadrukt de goede wil van de faculteit en hoopt daarna op een open dialoog om het proces te optimaliseren. Pollefeyt springt daarin bij. “Het gaat om een proefdoorloop. We testen een systeem dat nog nooit heeft gedraaid. De bedoeling is om mankementen te detecteren en waar nodig bij te sturen.” Diezelfde conclusie trekt ook Luc Sels. “Wij zullen na de eerste ronde alles kritisch evalueren en aandringen op correcties waar nodig.”

Powered by Labrador CMS