artikel> De KU Leuven gaat vanaf 2019 in zee met 7 volwassenonderwijscentra

Lerarenopleiding KU Leuven over heel Vlaanderen

Vanaf 2019 kan je een ‘educatieve master’ aan de KU Leuven behalen in minstens 7 verschillende CVO’s over heel Vlaanderen. Het gaat om de vroegere lerarenopleiding die hervormd is.

Over welke CVO’s gaat het?

CVO LIMLO in Diepenbeek, CVO KISP in Gent en Aalst, CVO HIK in Geel, CVO VIVO in Kortrijk, CVO VTI in Leuven, CVO VTI in Brugge en CVO TNA in Antwerpen.

Vorig jaar in maart kondigde minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) de eerste stappen van de hervorming van de lerarenopleiding in Vlaanderen aan. Voor de student aan de KU Leuven betekent dit concreet dat je vanaf 2019 twee opties hebt om leraar te worden in het secundair onderwijs: ofwel volg je aan de KU Leuven na je bachelor een ‘educatieve master’ (tussen 90 en 120 studiepunten) en kan je daarna les geven, ofwel volg je na je ‘gewone’ master een verkorte educatieve master. Die laatste, de verkorte educatieve master, zal je kunnen volgen aan een Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO), al blijft het een universitair diploma.

Hoewel de conceptnota nog in decreten moet worden gegoten, sloeg de KU Leuven in juli de handen in elkaar met zeven van de negen katholieke CVO’s. Zij vormen nu een ‘consortium’, een soort permanent overlegorgaan. Het consortium heeft twee doelen: enerzijds wil de KU Leuven de uitwerking van de conceptnota met zoveel mogelijk gewicht in de schaal de richting in sturen die zij wil. Anderzijds richt de KU Leuven een soort nieuwe ‘associatie’ op: de universiteit zal met deze zeven CVO’s een éénjarige educatieve master inrichten.

Veel vragen open

Concreet wil dat zeggen dat het vanaf 2019 mogelijk wordt op zeven verschillende plaatsen in Vlaanderen een universitair diploma in de lerarenopleiding te volgen aan een CVO. Dit diploma wordt dan uitgegeven door de KU Leuven.

‘De bedoeling is om tussen een aantal partners die elkaar gevonden hebben rond een aantal kwaliteitsstandaarden een gemeenschappelijke visie rond onderwijs te ontwikkelen’, reageert vicerector Onderwijsbeleid Didier Pollefeyt. ‘Nu kijken we hoe we in aanloop naar het decreet een samenwerking vorm zullen geven. Op die manier hopen we een positieve bijdrage te geven aan het uitschrijven van het decreet.’

‘Er zijn nog heel veel vragen open’, vindt Pollefeyt. ‘Het is door aan de slag te gaan dat je je de vraag stelt: Hoe zou je dat kunnen doen? Hoe kan je het organiseren of inrichten?'

Wat ook meespeelt om met de katholieke CVO’s in zee te gaan, is het project van de katholieke dialoogschool (het project van het katholiek onderwijs om identiteit en diversiteit met elkaar te combineren binnen het secundair onderwijs). ‘We willen graag een lerarenopleiding met alle katholieke lerarenopleidingen die voorbereidt op die dialoog tussen identiteit en diversiteit’, aldus Pollefeyt.

Andere universiteiten hebben nog geen dergelijk samenwerkingsverband opgericht, althans niet publiek. Of de KU Leuven er vroeg bij is? ‘De overheid zegt: begin maar met constructies in elkaar te steken’, reageert Pollefeyt. ‘Andere universiteiten zijn ook volop bezig.’

Toch is de snelheid waarmee de universiteit handelt opvallend. De conceptnota werd in maart voorgesteld. Twee maanden later publiceerde De Standaard een open brief, getekend door een veertiental CVO’s, waarin diezelfde CVO’s zich tegen de hervorming van de Onderwijsminister kanten. Twee van de veertien ondertekenaars waren CVO VTI Brugge en CVO VTI Leuven. Weer twee maanden later sluiten deze twee CVO’s zich aan bij het KU Leuven-consortium, dat zich expliciet voorstander toont van de conceptnota. Een bocht van 180° in twee maand tijd. De overredingskracht van de KU Leuven is groot, zo blijkt.

Powered by Labrador CMS