ACHTERGROND INTERNATIONALISERING
Hoger onderwijs kritisch over minder internationalisering in Vlaams regeerakkoord: 'Dit is kortzichtig'
De Vlaamse regering wil de internationalisering van het hoger onderwijs fors terugschroeven. Experts zijn kritisch: 'Wij hebben dat menselijk kapitaal nodig op de arbeidsmarkt.'
Het regeerakkoord van de nieuwe Vlaamse regering wil de internationalisering van het hoger onderwijs stevig terugdringen. Zo zal de financiering van studenten buiten de Europese Economische Ruimte (EER) beperkt worden tot 2 procent van de totale studentenpopulatie per instelling. Daarna zullen universiteiten zelf in de kosten moeten voorzien die niet door het inschrijvingsgeld gedekt worden.
Onder meer voor de KU Leuven en de VUB zou dat een probleem vormen. Beide universiteiten zitten al over die twee procent met respectievelijk 8,4 procent en 7 procent van hun studenten die niet uit Europa komen. 'We zullen die bijkomende kosten ofwel op de student moeten verhalen, of heel restrictief zijn in wie we toelaten. We gaan ons daarover beraden', zegt rector van de VUB Jan Danckaert.
Ook zullen uitzonderingen op de equivalentievoorwaarde – die stelt dat elke anderstalige opleiding in Vlaanderen ook een Nederlandstalig alternatief moet hebben – niet langer mogelijk zijn. Een maatregel die zijn doel voorbijschiet, zegt Lieven Buysse, de campusdecaan van de faculteit Letteren in Brussel: 'Die uitzonderingen worden nu al heel gericht en sporadisch toegelaten.'
Kenniseconomie
De maatregelen kunnen gevolgen hebben voor de welvaart in Vlaanderen. De baten van een internationale student zijn gemiddeld immers groter dan de kosten ervan, blijkt uit onderzoek van onder meer onderwijseconoom Kristof De Witte (KU Leuven). Na hun studies blijven zij vaak nog enkele jaren wonen en werken in Vlaanderen, waardoor ze ook bijdragen aan de Vlaamse economie.
'Wij zijn een kenniseconomie die het moet hebben van haar menselijk kapitaal', zegt De Witte. 'De arbeidsmarkt smeekt om zulke hoogopgeleide profielen, voornamelijk in de STEM-sectoren. We kunnen die niet voldoende aanleveren vanuit de eigen bevolking en moeten daarom kijken naar buitenlandse profielen. Door deze maatregelen zit Vlaanderen in de war for talent met een handicap opgezadeld.'
'Al die Nederlandse equivalenten kosten geld, terwijl het vaak om niche sectoren gaat waarin Engels toch al de voertaal is'
Lieven Buysse, campusdecaan Letteren Brussel (KU Leuven)
De Vlaamse overheid wil wel inzetten op zogenaamde 'kennismigratie', zo blijkt uit het regeerakkoord. Dat ze tegelijkertijd probeert om de internationalisering in het hoger onderwijs terug te dringen, vindt Danckaert tegenstrijdig: 'Bedrijven mogen die kenniswerkers dus aantrekken, maar de Vlaamse universiteiten mogen ze niet meer opleiden.'
De Witte beaamt dat en ziet de maatregelen als contraproductief: 'Als je die mensen zelf opleidt, kan je de verworven diploma's beter inschatten en kunnen zij hier al een sociaal leven opbouwen en zich integreren. Het zorgt voor een betere binding met ons land.'
Ook Luc Sels had er in zijn toespraak bij de opening van het academiejaar aandacht voor: 'Stel dat we een manier vinden om kostenefficiënt én effectief aan arbeidsmigratie te doen. Stel dat we instromers streng selecteren aan de grens en in de selectie focussen op beloftevolle kenniswerkers. Stel dat we de kandidaat-migrant ook nog eens een stevig toegangsticket laten betalen. En ze vervolgens meenemen in een meerjarig inburgeringstraject. Zou u zulk plan niet steunen?', richtte de rector van de KU Leuven zich tot de beleidsmakers.
Nederlandse toestanden
Bovendien is de internationalisering in Vlaanderen minder hard doorgedreven dan elders in Europa. 'Het is een debat dat in veel landen speelt, bijvoorbeeld in Nederland en Denemarken', zegt De Witte. 'In zekere zin surfen we dus mee op die golf, maar in Vlaanderen zijn er al strenge regels rond bijvoorbeeld het aanbieden van anderstalige opleidingen.'
'Het is een kortzichtige beslissing om die drempels nog verder op te hogen', zegt Buysse. 'Het doemscenario dat wordt afgeschilderd, zoals in Nederland het geval is (waar in vele universiteitssteden het merendeel van de opleidingen in het Engels wordt aangeboden, red.), is nog veraf. De Vlaamse universiteiten vragen ook helemaal niet om die weg op te gaan.'
'Wij hebben dat internationale menselijk kapitaal nodig om hier bedrijven aan te trekken en innovatief te blijven'
Kristof De Witte, onderwijseconoom (KU Leuven)
Door nu geen uitzonderingen meer mogelijk te maken op die zogenaamde equivalentievoorwaarde zadelt de overheid de universiteiten op met extra kosten. 'Dat zal voor een aantal rare gevallen zorgen waarin er toch een equivalente opleiding in de lucht gehouden wordt voor relatief weinig studenten', zegt Buysse. 'Zoiets kost geld, terwijl het vaak om dermate niche sectoren gaat waarin Engels toch al de voertaal is.'
Het kan bovendien negatieve effecten hebben op Europese samenwerkingsverbanden. Daarin wordt kennis en expertise over de instellingen heen gebundeld. Dat wordt moeilijker wanneer een opleiding in zo'n kader ook een Nederlandstalige equivalent moet hebben. 'Dat is heel jammer', zegt Buysse. 'Het kan een rem vormen op mogelijke initiatieven. Nu zullen de Vlaamse universiteiten misschien voorzichtiger worden, terwijl Vlaanderen daar net een leidende rol in zou kunnen spelen.'
Visie
Jan Danckaert, die ook voorzitter is van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), merkt op dat een regeerakkoord altijd een kwestie van evenwichten is: 'Het luik over wetenschappelijk onderzoek spreekt de ambitie uit om van Vlaanderen een toonaangevende kennisregio te maken, wat ik apprecieer.'
Onderwijsjurist Kurt Willems merkte echter eerder in Veto een tegenstelling op tussen die ambitie en de maatregelen rond internationalisering: 'Excellentie en welvaart zal je niet bereiken zonder internationalisering.' Iets dat ook De Witte erkent: 'Wij hebben dat menselijk kapitaal nodig om hier bedrijven aan te trekken en innovatief te blijven. Het is belangrijk dat een overheid ook daar strategisch nadenkt over wat we nodig hebben.
'Het Nederlands als wetenschapstaal gaat niet plots een remonte kennen door deze beslissingen'
Lieven Buysse, campusdecaan Letteren Brussel (KU Leuven)
'De grote visie ontbreekt', zegt Buysse. 'Waar willen we naartoe met Vlaanderen als kennisregio? Willen we ons terugplooien op het Nederlands, of de blik open houden naar de wereld. Het Nederlands als wetenschapstaal gaat niet plots een remonte kennen door deze beslissingen, wat niet wegneemt dat elke opleiding – ook de Nederlandstalige – werk moet maken van een stimulerend taalbeleid.'
Verengelsing
Twee academiejaren geleden kwam het ook al tot een aanvaring over taalregels. Toenmalig Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) weigerde toen een hele reeks Engelstalige masteropleidingen. Rector Luc Sels wees er op dat door de onderfinanciering van het hoger onderwijs het vaak niet haalbaar is om gespecialiseerde opleidingen in zowel het Nederlands als het Engels aan te bieden.
Sels liet vorig academiejaar in zijn openingsrede verstaan dat hij tegen 2040 graag het aantal anderstalige opleidingen zou willen verdubbelen. 'Wetenschap kent geen grenzen, en zou er ook geen mogen kennen', klonk het. Dat pleidooi lijkt in de wind te zijn geslagen, nu de regels alleen nog maar zullen verstrengen.
Nederlandstalige bacheloropleidingen mogen slechts voor maximaal 18 procent van de studiepunten uit anderstalige vakken bestaan. Bij masteropleidingen gaat het om 50 procent van de studiepunten. Gaat een opleiding over die grenzen, dan telt ze als anderstalig en moet er dus een Nederlands equivalent worden ingericht.