analyse> Dossier: de balans na 4 jaar Sels

EVALUATIE ONDERWIJSBELEID - 'Veel tijd verloren'

Studenten sneller aan de slag: dat was het devies van Sels. Vier jaar later is daar nog niet veel van in huis gekomen, ook al ligt er grondwerk. De pandemie als schuldige, of als welkome zondebok?

Gepubliceerd

Het rapport van Sels

Hoe ging Veto te werk?

De evaluatiereeks van Veto kwam tot stand aan de hand van gesprekken met 44 professoren, beleidsmakers en studentenvertegenwoordigers. Daarnaast peilden we ook naar de algemene tevredenheid binnen de universiteit aan de hand van een survey, waaraan 206 anonieme personeelsleden uit de faculteiten Geneeskunde, Ingenieurswetenschappen, Wetenschappen, Letteren en Rechten deelnamen.

COVID-19: Efficiënte oorlogsmachine

Het rectoraat krijgt een pluim voor de covidaanpak, zeker bijvoorbeeld bij de examenorganisatie. 'Daar is voor de gulden middenweg gekozen', vindt Inge Zink van de faculteit Geneeskunde. Het beleid koos niet voor dure en privacygevoelige proctoring-software, maar voor herkenbare examens op de campus.

De aandacht voor het mentaal welzijn kwam trager op gang, 'maar de signalen kwamen ook pas na een tijdje', stelt Zink. Nu maakt de rector zich oprecht zorgen, horen we. Dat valt ook te merken in zijn pleidooien voor meer les op de campus dit semester.

Over de lange mails van de rector is er minder tevredenheid. Het beleid werkt daar bewust niet met bullet points, legt vicerector Onderwijsbeleid Tine Baelmans uit: 'We willen de informatie op een persoonlijke manier overbrengen en onze werkwijze terdege uitleggen.' Maar er komen steeds meer signalen dat studenten die mails amper lezen. ‘Ze zijn zo lang en er wordt zoveel in gezegd dat de informatie verloren gaat', stelt een prof.

De rectoraatsbezetting in 2018 was gênant genoeg dag op dag een jaar na Sels' verkiezing​

Tegelijk zijn er positieve stemmen te horen. In Veto's peiling is meer dan driekwart van het ondervraagde personeel (eerder) eens dat er duidelijk gecommuniceerd is. 'Ik vind de rector begeesterend', stelt Veerle Foulon van de faculteit Farmaceutische Wetenschappen. 'Hij schrijft goed. Maar nu merk ik ook wel dat ik zelf wat scroll door de tekst.'

Herindeling academiejaar: Belabberde start

De ploeg miste hier zijn start niet – of juist wel. Sels was een paar weken aan het werk toen hij zijn herindelingsplannen in de pers bracht. Die zaten nooit in zijn visietekst of campagne, maar waren het resultaat van een universiteitsbrede werkgroep die net klaar was.

Het plan oogstte niet veel steun: volgens onze peiling is slechts 20% van het personeel voorstander – 48% is het (eerder) oneens. Studenten kwamen in protest tegen de autoritaire werkwijze van de ploeg, wat culmineerde in een 'bezetting' van het rectoraat in 2018 – gênant genoeg dag op dag een jaar na Sels' verkiezing.

'Het was voortschrijdend inzicht van de beleidsploeg dat de discussie over meer dan de kalender gaat'

Veerle Foulon, vicedecaan Onderwijs faculteit Farmaceutische Wetenschappen

De onvrede was minstens even groot bij (vice)decanen, die een jaar lang weerwerk boden tegen de drastische aanpak. De doodsteek van het dossier kwam uiteindelijk van de collega's uit Gent: een kalender veranderen doe je niet in je eentje.

De schuld van de pers

Vicerector Baelmans wijst naar de rol van de pers: 'De herindeling is heel prominent opgepikt in de pers in het begin. Daarmee was de toon gezet – terwijl de kalenderdiscussie maar een element was in het bredere plaatje.'

Met die visie gaan de meesten niet akkoord. 'Het was voortschrijdend inzicht van de beleidsploeg dat de discussie over meer dan de kalender gaat', stelt Veerle Foulon. Iedereen had het gevoel dat de herindeling er moest komen.

'Ik vind dat de debatten rond de herindeling van het academiejaar zeer goed gevoerd zijn'

Luc Sels, rector

Uiteindelijk is het dossier opgekapt in deeldomeinen. Luc Sels zelf reageert opvallend positief: 'Het is echt een oprecht antwoord, maar ik vind dat de debatten rond de herindeling van het academiejaar zeer goed gevoerd zijn. Ik kan begrijpen dat niet iedereen dat zo ziet, maar er zijn mooie resultaten geboekt: de mijlpaal, de focus op activerend onderwijs …'

Activerend onderwijs: Goede initiatieven

Een overgang van 'luisteren en blokken' naar 'actief construeren en bezitten': dat wilde de ambitieuze ploeg. 'KU Leuven Learning Lab' valt daarbij meteen in het oog, volgens vicerector Baelmans 'een schot in de roos' – het is moeilijk haar ongelijk te geven.

Het Learning Lab verenigt bestaande expertise bij faculteiten, centrale diensten en technici, zonder daarbij een hele nieuwe dienst te creëren. 'We wilden ons geld meteen bij de docenten, opleidingen en faculteiten leggen', benadrukt vicerector Piet Desmet. Het netwerk heeft zijn diensten vooral bewezen in de covidcrisis, toen het op grote schaal informatie, training en coaching gaf.

Het is nu vooral hopen dat docenten ook op de Learning Lab-website blijven hangen eens ze hun 'Collaborate in drie stappen' hebben gedownload. De organisatie zal zich de komende jaren moeten bewijzen: hoeveel impact kan ze maken tot in de aula?

'Ik wil nog meer werk maken van de reductie van het aantal vakken'

Luc Sels, rector

De universiteit gaf een paar miljoen uit aan nieuwe medewerkers en nieuwe projectsubsidies, maar activerend onderwijs blijft veel mensen en middelen vragen. Sels geeft aan dat hij nog meer werk wil maken van de reductie van het aantal vakken. 'Zo kunnen we docenten meer activeren voor een beperkt aantal vakken. Daarin vind ik dat we onvoldoende vooruitgang hebben gemaakt.'

Verbredende vorming

De ploeg legde de nadruk op verbredende vorming via een nieuw universiteitsbreed vak dat dit jaar van start ging. Het nieuwe project 'KU Leuven Engage' moet dan weer leiden tot meer maatschappelijk engagement.

Het dossier van het I-Portfolio, dat studenten ook moet attesteren voor maatschappelijk engagement, is deels ingebed in KU Leuven Engage. Echt afgerond is het echter nog steeds niet – opmerkelijk, want de ploeg sleept het dossier al mee van onder Torfs.

Andere dossiers zijn blijven liggen. Rond toetsbeleid waren bijvoorbeeld teksten klaar, maar daar is niets meer mee gebeurd. Ook in taalbeleid (zie evaluatie Studentenbeleid) zijn geen stappen gezet.

Startersdagen: Onontgonnen potentieel

Het beleid had nog een herindeling light in het hoofd: de startersdagen. De bedoeling was om eerstejaarsstudenten en schakelstudenten een week vroeger te laten starten in het academiejaar en om hun volledige eerste semester anders aan te pakken.

Ondanks geduw, is dat niet gelukt. In 2019 waren er startersdagen, al stelden die aan de meeste faculteiten nog weinig voor. Het gemeenschappelijke onderdeel – een hoop strandstoelen en standjes in het Stadspark – werd lauw ontvangen.

Het blijft de vraag of Sels de escalatie met studentenvertegenwoordigers niet had kunnen vermijden

2020 moest een doorstart zijn voor de startersdagen, maar dat is om evidente redenen niet gelukt. Toch erkent iedereen dat er veel potentieel in de startersdagen zit. 'Aanvankelijk dacht ik ook: dit stelt niet veel voor', vertelt Liesbet Heyvaert van de faculteit Letteren. 'Maar ik moet toegeven dat er een dynamiek rond is ontstaan.'

Studenteninspraak: Moeilijke start, mooier einde

De vaststelling is hier dat Rik Torfs vier jaar lang geen studenten aan zijn rectoraat had, en Sels al na één jaar. Dat ligt deels aan de geïmplodeerde Studentenraad in 2017-2018, al blijft het de vraag of Sels de escalatie niet had kunnen vermijden.

De jaren erna liep de samenwerking goed. Sels vervulde zijn verkiezingsbelofte en gaf studenten een vast zitje in het Gemeenschappelijk Bureau. Alleen in het dossier van de mijlpaal is vorig jaar wat misgelopen: 'Het was jammer dat in de blokperiodes telkens belangrijke tussentijdse nota's zijn geland over zo'n belangrijk onderwerp', vindt Lotte Delemarre, oud-Sturavoorzitter. Tegelijk waren studenten wel vanaf dag één betrokken in het dossier.

'Het is voor iedereen duidelijk dat op het decanenoverleg bepaalde afspraken worden gemaakt'

Robbe Van Hoof, oud-voorzitter Studentenraad

Daarnaast wijzen studentenvertegenwoordigers op het belang van het decanenoverleg. Daar komen decanen en vicerectoren maandelijks bijeen – studenten niet uitgenodigd. Dat zou op zich niet problematisch zijn, als de decanen samen niet de meerderheid hadden in officieel het hoogste orgaan van de universiteit, de Academische Raad.

Baelmans spreekt hier over deontologie: 'Het decanenoverleg dient om te kijken naar wat haalbaar is voor faculteiten, zoals ook bij een informeel overleg met studenten. Het is een kwestie van deontologie dat je daar nog geen voorafnames maakt op beslissingen die op een Academische Raad moeten worden genomen.'

Toch blijven de bezorgdheden bij studenten. 'Het is voor iedereen duidelijk dat daar bepaalde afspraken worden gemaakt', stelt Robbe Van Hoof, oud-voorzitter van de Studentenraad.

Kwaliteitszorg: Flexibeler, maar nog steeds zwaar

Sels wou het kwaliteitszorgsysteem Cobra flexibeler en minder drukkend maken, wat gelukt is via een paar versoepelingen. Tegelijk is Cobra nog niet wat het hoort te zijn. Klaas Collin, voorzitter van de Studentenraad, vindt dat kwaliteitszorg nog te weinig wordt gezien als iets positiefs: 'Het uitgangsprincipe in veel opleidingen is nog verkeerd. Cobra wordt als een last gezien, terwijl het project een heel mooi uitgangpunt heeft.'

'De ploeg heeft geleerd om de organen maximaal te laten renderen, in plaats van hen als tegenkanting te zien'

Liesbet Heyvaert, vicedecaan Onderwijs faculteit Letteren

De zware uitwerking van Cobra zal een knelpunt blijven de komende jaren. Inge Zink: 'Nu voelen we soms dat we extra werk doen voor Cobra dat niet echt nuttig is voor kwaliteitszorg zelf, maar eerder om het lijstje af te vinken.'

Centralisering: Goede intenties

Als decaan van een grote faculteit legde Luc Sels in zijn campagne de nadruk op facultaire vrijheid. Op dat vlak was de kalenderdiscussie geen goede start, 'maar hij heeft geleerd doorheen de jaren', klinkt het alom. 'De ploeg heeft geleerd om de organen maximaal te laten renderen, in plaats van hen als tegenkanting te zien', stelt Liesbet Heyvaert.

72% van het ondervraagde personeel is het (eerder) eens dat het rectoraat genoeg ruimte laat voor facultair beleid. Toch lijkt die vrijheid wat doorgeschoten bij het dossier van het campusplan van Letteren, waar de faculteit Sociale Wetenschappen heel laat aan de alarmbel heeft moeten trekken omdat de nieuwe opleidingen in hun vaarwater komen.

Sels geeft toe dat Sociale Wetenschappen sneller betrokken had moeten worden bij Letterens campusplan

Bronnen binnen Sociale Wetenschappen spreken van een vertrouwensbreuk met het rectoraat. 'Wat beter had gekund, is een snellere betrokkenheid van de faculteit Sociale Wetenschappen', geeft Sels toe. 'Dat is een bezorgdheid die ik begrijp en dat is ook waarom ik het op dit moment zelf heel sterk opvolg.'

Vlaamse samenwerking: Grote stappen vooruit

Sels kondigde aan dat hij weg wilde van het KU Leuven first-discours, zoals hij Rik Torfs' houding tegenover andere universiteiten noemde. Via samenwerking hoopte Sels meer gedaan te krijgen bij het Vlaamse beleid. Op die manier is er bijvoorbeeld meer geld gekomen voor het Bijzonder Onderzoeksfonds of het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek, vertelt Tine Baelmans.

De rectoren lieten zich ook gezamenlijk horen in het maatschappelijk debat, al verliep dat niet altijd vlekkeloos – bijvoorbeeld toen Sels zich terugtrok uit de open brief over de ouders van peuter Mawda. Ook in de covidcrisis liep het even mis, toen Sels gezamenlijk afgesproken maatregelen communiceerde namens de KU Leuven. De tegenbrief van zijn collega-rectoren was lastig voor Sels, voorzitter van de Vlaamse Interuniversitaire Raad.

'De mijlpaal is goed becijferd, dat moet je wel toegeven'

Lotte Delemarre, oud-voorzitter Studentenraad

Belangrijk daarnaast: Sels blies nieuw leven in de Associatie KU Leuven, het samenwerkingsverband tussen de KU Leuven en vijf hogescholen. De organisatie is aan de slag gegaan met een heel aantal nieuwe werven, zoals levenslang leren, (her)oriëntering of internationalisering. De vooruitgang gaat traag, maar er is veel potentieel.

Studievoortgang: Stokpaardje van de ploeg

Het dossier van de eerste mijlpaal is in recordtempo rond geraakt, zelfs in de pandemie. 'Het is goed dat ze niet hebben toegegeven aan de roep om het dossier uit te stellen', vindt Veerle Foulon. Gevolg is dat volgend jaar al de eerste studenten in het systeem vallen.

Studentenvertegenwoordigers werkten mee vanaf de eerste werkgroepen, ook al bleef de Studentenraad tegen het principe van de mijlpaal. Het beleid ging grondig te werk: 'De mijlpaal is goed becijferd, dat moet je wel toegeven', stelt Lotte Delemarre.

'Op dit moment blijven schakelprogramma's de moeilijkste vakken in de slechtste roosters'

Robbe Van Hoof, oud-voorzitter Studentenraad

Maar wat wordt de impact van de nieuwe regels echt? Dat weten we pas binnen een paar jaar. Het grote werk ligt nu nog bij de opleidingen: zij moeten hun eerste bachelor grondig bekijken en struikelvakken onder handen nemen – anders valt de mijlpaal deels in het water. Foulon pleit voor meer flankerende maatregelen: 'Waarom koppelen we aan de mijlpaal geen vorming van de docenten in de eerste bachelor?'

Oriëntering: Nog werk op de plank

Het beleid kondigde een nieuw kader aan voor ijkingstoetsen, maar dat is er nog niet. Er is wel een werkgroep aan de slag voor ijkingstoetsen in de humane wetenschappen, waarmee de KU Leuven opnieuw het voortouw neemt in Vlaanderen.

Er zijn weinig (verplichte) ijkingstoetsen bijgekomen de voorbije jaren. 'We hebben draagvlak gecreëerd bij de andere Vlaamse universiteiten', stelt Baelmans. 'De verplichte toetsen breiden langzaam, maar gestaag uit. Dat is omdat we goede validering belangrijk vinden.'

Dan is er nog de problematiek van de schakelstudenten, die typisch kampen met lage slaagcijfers. 'Daar is nog heel veel mogelijk', zegt Robbe Van Hoof. 'Op dit moment blijven schakelprogramma's de moeilijkste vakken in de slechtste roosters.'

De verdere ontwikkeling van 'learning dashboards' wordt uitgesteld

De mijlpaal zal ook gelden voor schakelstudenten, stipt Baelmans aan. 'En op associatieniveau hebben we een aantal schakels al bekeken en gaan we verder aan de slag met zowel de programma's zelf als de afstemming op de vooropleidingen.'

Nieuwe learning dashboards voor studieloopbaanbegeleiders zijn klaar en worden sinds deze zittijd ingezet, zegt vicerector Piet Desmet. Via die datagedreven tools kunnen faculteiten hun studenten beter helpen oriënteren. De verdere ontwikkeling ervan wordt nu uitgesteld: 'Onze middelen gaan in covidtijden prioritair naar andere zaken', aldus Desmet.

Tenslotte heeft de universiteit het junior colleges-project aanzienlijke steun gegeven. Daarmee kunnen middelbare scholieren proeven van de universiteit en zien of de lesmethode hen ligt. Het is echter de vraag wat de precieze impact is van het project. Nog niet alle faculteiten doen mee.

Educatieve technologie: Kwantumsprong blijft uit

In de covidcrisis heeft het beleid grondig geschakeld, al kon dat volgens sommigen sneller. Aan de start van de pandemie beschikte de KU Leuven enkel over het verouderde Skype for Business en weblecturesoftware Kaltura Capture.

'De covidcrisis heeft er vaak voor gezorgd dat dezelfde methodieken naar online verhuizen'

Klaas Collin, voorzitter Studentenraad

Na een paar weken kwamen daar Blackboard Collaborate en uiteindelijk ook Microsoft Teams bij, maar Kaltura kampt nog steeds met klachten over de gebruiksvriendelijkheid. Livestreamingtechnologie anderzijds is erg snel op poten gezet, zonder grote problemen.

De infrastructuur is er ook heel sterk op vooruitgegaan, al liep het moeizamer op de campussen buiten Leuven. Qua serverbeheer deed KU Leuven het goed: het centraal systeem van de KU Leuven is nooit gecrasht.

Op vlak van online examineren kwam corona dan weer net een jaar te vroeg, geeft bevoegd vicerector Piet Desmet zelf toe. 'Dat is het enige domein waar we niet zo klaar waren als bij digitaal leren bij de start van de pandemie. Intussen is ook die component in volle uitbouw.'

Innovatief leren

Educatieve technologie was een van Sels' kernpunten en heeft voor het eerst een eigen vicerector. De bedoeling was om via technologie de onderwijsprincipes te veranderen, maar op dat vlak is duidelijk nog een lange weg te gaan. 'De covidcrisis heeft er vaak voor gezorgd dat dezelfde methodieken naar online verhuizen', stelt Klaas Collin.

De educatieve masters zijn te lang blijven liggen

Via projectsubsidies – goed voor zo'n vijftien projecten per jaar, aldus Desmet – heeft het beleid proeftuinen ondersteund in faculteiten, om ze daarna bij succes op te schalen. Dit jaar zijn die subsidies voorlopig stopgezet en vervangen door – breed gewaardeerde – jobstudenten om didactische teams te ondersteunen. Hiermee loopt het beleid een kleine vertraging op, net wanneer innovatief online lesgeven aan belang wint.

Sels' ploeg heeft sterk gewerkt aan de onderbouw voor innovatief digitaal leren, geeft Desmet meermaals aan: op technologisch, infrastructureel, juridisch en didactisch vlak. Maar die is vooralsnog vooral gebruikt voor noodonderwijs op afstand – nog niet waarvoor de onderbouw echt bedoeld was.

Educatieve masters: Late noodinspanning

De organisatie van de educatieve masters – de opvolgers van de specifieke lerarenopleidingen – was een huzarenstukje. Het hypercomplexe multicampusverhaal was al voorbereid door Sels' voorganger, maar vroeg nog heel veel aandacht in het eerste jaar van de beleidsploeg.

Als je genoeg uitzoomt, valt enkel de mijlpaal op als grote, opvallende beleidsmaatregel

Het dossier is lang blijven liggen, waarna een groep medewerkers in de centrale diensten het met een noodinspanning heeft moeten rechttrekken. 'Het toont aan hoe een schitterend middenkader aan administratief personeel de KU Leuven heeft', klinkt het. Het gevoel leeft dat er nog te weinig is geïnvesteerd in de educatieve masters. De inschrijvingscijfers aan de KU Leuven zijn dan ook nog niet denderend.

Conclusie

Als je genoeg uitzoomt, valt enkel de mijlpaal als grote, opvallende beleidsmaatregel van deze ploeg op. Toegegeven, er zijn heel wat kleinere initiatieven en er ligt nog veel meer klaar. Maar als je dat vergelijkt met de vorige ploeg: die behaalde de meet met zowel de 30% CSE-maatregel, de ontwikkeling van Cobra als de 'disciplinary future self' (de onderwijsvisie van de KU Leuven).

Hoe komt dat? Inge Zink wijst erop dat de ploeg het eerste jaar tijd heeft verloren: 'Bij een andere aanpak van het herindelingdossier was dat niet geweest.' De ploeg was heel ambitieus en werkte aan veel dossiers tegelijk, waardoor sommige zaken – denk aan het toetsbeleid – halfafgewerkt bleven liggen. 'De focus verschoof soms iets te snel', verwoordt Zink het.

Heel wat dossiers werden tegengewerkt door de pandemie. Hoeveel de ploeg gedaan had gekregen zonder corona? 'Dat weet je niet', is het standaardantwoord. De pandemie is op die manier niet enkel een rechtmatig excuus, maar evengoed een makkelijke zondebok.

Powered by Labrador CMS