analyse> Het 'kleindenken' van de Lage Landen
Opleidingen Nederlands in het buitenland populairder dan we denken
In meer dan veertig landen buiten het taalgebied wordt een opleiding Nederlands aangeboden. Dat hun taal zo'n breed bereik heeft, is iets waar moedertaalsprekers meestal niet van op de hoogte zijn.
De opleiding Nederlands aan het hoger onderwijs verliest binnen het taalgebied al enkele jaren aan populariteit. Buiten Nederland en Vlaanderen bestaan er echter ongeveer 135 opleidingen Nederlands, verspreid over meer dan 40 landen. Dat blijft niet beperkt tot onze buurlanden, maar strekt zich uit van New York tot Jakarta.
Volgens Karlijn Waterman, coördinator van het Nederlands als vreemde taal bij de Nederlandse Taalunie, wordt het internationale belang van onze taal door moedertaalsprekers eerst en vooral onderschat. Het Nederlands speelt niet alleen een rol bij politieke, culturele en economische contacten, maar wordt ook gebruikt als bronnentaal. Zo zijn er een heel aantal landen waar in de archieven Nederlands materiaal te vinden is. Dat is voornamelijk het geval in enkele vroegere kolonies, maar ook in Amerika wordt de taal gebruikt voor (kunst)historisch onderzoek.
Nederland wordt gezien als progressief, door het vroeg aanvaarden van het homohuwelijk en abortussen
Hoewel studenten zich vaak bewust zijn van de economische voordelen van het Nederlands in hun land, blijft de voornaamste motivatie om voor de opleiding te kiezen toch de interesse in de taal en cultuur. 'De Benelux komt uit de verf als een centraal gelegen gebied en bovendien een interessante maatschappij', bevestigt Andreas Nijenhuis-Bescher, professor Nederlands aan de Hankuk University of Foreign Studies in Seoul. Ook bij de Engelse studenten staat voornamelijk Nederland bekend als een progressief land, onder andere door het vroeg aanvaarden van het homohuwelijk en abortus. Het is een liberaal imago dat hen aanspreekt.
De houding van Nederlandstaligen
Voor veel moedertaalsprekers blijft het verrassend om te horen dat een anderstalige ervoor kiest Nederlands te studeren. Filip de Ceuster, docent Nederlands aan de universiteit van Sheffield, vertelt dat die houding voor studenten bepaald niet motiverend werkt. 'Het belangrijkste is dat wij als Nederlandstaligen moeten stoppen met ons af te vragen waarom iemand Nederlands studeert. Economisch is dat helemaal niet raar.' De meeste alumni vinden dan ook eenvoudig werk, onder meer in internationale bedrijven, vertaalkantoren of in de diplomatie.
Hoewel ze zich in veel landen bewust zijn van de economische voordelen van het Nederlands, lijken die bij de inwoners van ons taalgebied met moeite door te dringen. Zoals Henriette Louwerse, voorzitter van de Internationale Vereniging der Neerlandistiek, stelt: 'Het kleindenken, Nederlands-is-een-klein-taaltje-wie-zou-dat-willen-leren-en-het-is-trouwens-ook-veel-te-moeilijk, is hardnekkig.'
‘Als je kan laten zien dat je een kleinere taal gestudeerd hebt, valt dat op, zelfs als het niet nodig is’
Wijnie de Groot, docent Nederlands aan Columbia University
Het Nederlands is immers geen kleine, maar een middelgrote taal, die op de ranglijst van de meest gesproken talen rond nummer veertig staat. 'Nederland en Vlaanderen blijven maar doen alsof hun taal en cultuur zo klein zijn, maar dat is eigenlijk niet echt zo. Zo schiet je natuurlijk in je eigen voet,' vertelt de Ceuster (Sheffield). Bovendien kan het ook net een voordeel zijn dat het Nederlands minder bekend is dan grotere talen zoals het Spaans. Wijnie de Groot, docent Nederlands aan Columbia University in New York: 'Als je een baan zoekt en kan laten zien dat je zo'n kleinere taal hebt gestudeerd, dan valt dat op, zelfs als het niet nodig is.'
Gemiste kans?
Die aantrekkingskracht van het Nederlands is bij ons veel minder vanzelfsprekend. In internationale context lijken we onze eigen taal soms zowaar minderwaardig te vinden. Zo worden in Vlaanderen, maar vooral in Nederland, steeds vaker opleidingen in het Engels aangeboden. 'Ons grootste gevaar is dat Vlaanderen en Nederland de promotie van hun taal in het buitenland te lang niet serieus blijven nemen en steeds meer gaan focussen op het Engels', klinkt het bij Filip de Ceuster.
'Investeren in de promotie van de eigen taal en cultuur in het buitenland is slim omdat het relatief goedkoop is'
Filip de Ceuster, docent Nederlands in Sheffield
De belangrijkste ondersteuning voor opleidingen Nederlands buiten het taalgebied komt van de Nederlandse Taalunie, een overkoepelende organisatie voor Nederland en Vlaanderen. Ze houdt zich bezig met alles wat te maken heeft met de Nederlandse taal, waaronder spelling, maar ook onderwijs voor anderstaligen in het buitenland.
Aan die laatsten biedt de Taalunie niet alleen financiële, maar ook inhoudelijke ondersteuning. De laatste vijf jaar zijn de budgetten echter afgenomen naar aanleiding van besparingen. Dat is jammer, vindt Karlijn Waterman, aangezien het buitenlands onderwijs volgens haar veel oplevert.
Ook de Ceuster schaart zich achter dat standpunt: 'Investeren in de promotie van de eigen taal en cultuur in het buitenland is slim omdat het eigenlijk relatief goedkoop is.' Zo vervullen alumni van zo'n opleiding Nederlands vaak een belangrijke rol in het onderhouden van contacten met de Lage Landen vanuit de rest van de wereld of gaan ze werken in Vlaamse of Nederlandse bedrijven. Daarnaast is onderwijs van het Nederlands niet alleen een manier om je taal en cultuur te promoten, maar beïnvloed je ook het imago van je natie.
De toekomst van het Nederlands
Ondanks de vaak hoopgevende interesse in opleidingen Nederlands in het buitenland, is het voortbestaan ervan niet overal even vanzelfsprekend. De struikelblokken variëren van een gebrek aan financiële ondersteuning tot een tekort aan docenten of studenten. Daarbij komt ook nog kijken dat de populariteit van studies moderne talen in het algemeen afneemt.
'Ik word enthousiast als ik de passie zie die veel van onze studenten hebben voor de ver weg gelegen Benelux'
Andreas Nijenhuis-Bescher, professor Nederlands in Seoul
Toch zijn er ook heel wat faculteiten waar de studentenaantallen stabiel blijven of zelfs toenemen. Bij sommige opleidingen, waaronder die van Columbia University, is de vraag zowaar groter dan het aanbod. 'Ik durf aan mijn collega's van andere kleine talen bijna niet te zeggen dat ik in het eerste jaar 25 studenten heb en dan nog eens achttien op de wachtlijst. Dan zeggen zij: "Waar heb je het over?"', bekent de Groot. Ook de motivatie van zowel studenten als docenten valt op. Zo schrijft Nijenhuis-Bescher: 'Ik word zelf enthousiast als ik de passie zie die veel van onze studenten en alumni hebben voor de zo ver weg gelegen Benelux.'
Hoe de toekomst van de Neerlandistiek er dan precies uit zal zien is moeilijk te voorspellen. Een evolutie die op meerdere plekken wordt opgemerkt, is dat er een verschuiving is van de traditionele opleiding Neerlandistiek naar pure taalkennis. Toch valt die tendens niet zonder meer te veralgemenen. 'Nederlands speelt in verschillende landen een andere rol. De uitdaging zal zijn dat elke opleiding zich in zijn eigen omgeving positioneert en een zinvolle rol vervult', benadrukt Waterman.
Die positie moet niet overal dezelfde zijn, maar het is cruciaal om je als faculteit op een interessante manier te blijven verhouden tot een academisch aanbod dat steeds diverser wordt.
Geloof in het voortbestaan van de opleiding is er in ieder geval wel. Zo vertelt Waterman: 'Kennis van talen en culturen is zo fundamenteel dat het in allerlei contexten een belangrijke rol speelt. Dat zullen we altijd nodig hebben, dus in die zin moeten we eigenlijk heel hoopvol zijn.'