Internationale studenten krijgen portie ‘Intercultural Awareness’

Voor de cynici: hier geen ‘goedbedoelde’ raad als “in België kauwt men met de mond dicht” of “wacht je beurt af aan het loket”. Experte in interculturele communicatie, Gunilla De Graef, leidde de sessie in onder het relativerende motto: “the opposite of what you believe is also true”.

Op zeer on-Belgische wijze, startte de sessie een kwartiertje na de aangekondigde aanvangstijd. De studenten druppelden dan ook maar langzaam binnen, tot uiteindelijk een dertigtal van hen klaar waren voor een portie intercultureel bewustzijn. Het doel van de sessie was niet zozeer het geven van een crash course ‘hoe gedraag je je in België’, maar wel het creëren van een gemeenschappelijke taal die communicatie tussen verschillende culturen vergemakkelijkt. Ondanks de relatief lage opkomst, waren de deelnemers aangenaam verrast: “I didn’t know what to expect. I was afraid it would be kind of patronizing, but this was kind of nice. I think it was more about the group experience and getting to know people, though”, Ben (UK).

Sarah Gerard, medewerker van Pangaea, benadrukt dat de sessie nodig is. “We merken vaak uit de verhalen die ze vertellen dat interculturele communicatie echt wel een struikelblok is, ook al maken ze vaak die zelfreflectie niet. Er leven ook nog altijd heel veel vooroordelen, niet alleen bij Vlaamse studenten. Wat onbekend is blijft toch altijd vooroordelen met zich meebrengen. Binnen een universitaire gemeenschap zouden wij toch moeten gaan werken om dit tegen te gaan”, zegt Gerard. Daarom wil Pangaea zich vooral profileren als praktijkplatform. “De bedoeling is door middel van de dagdagelijkse ontmoeting langzaamaan de muurtjes tussen ons af te breken. Dat kan door gewoon een gesprek met elkaar te hebben, eens samen een koffie te drinken bijvoorbeeld. Om die reden mag de sessie ook geen theoretische uiteenzetting zijn. Het moet echt appelleren aan wat de studenten persoonlijk gaan meemaken”, legt Gerard uit.

De sessie wordt ook bewust al tijdens de Orientation Days aangeboden. “Je zou kunnen denken dat dit geen essentiële informatie is, zoals de sessie ‘Leven in Leuven’ waarin we het hebben over de buspas en hoe je moet inschrijven in het stadhuis bijvoorbeeld. Toch willen wij een duidelijk signaal geven door dit reeds in de Orientation Days op te nemen. Het gaat over hoe je je voelt, hoe je met anderen omgaat, hoe je een netwerk uitbouwt. We willen dan ook dat de universiteit dit als een belangrijk item opneemt”, aldus Gerard.