interview> Katelijne Boon houdt een pleidooi voor meer klassiek
‘We moeten meer mensen in verrukking brengen’
Elk jaar presenteert Katelijne Boon de Koningin Elisabethwedstrijd voor Canvas. De rest van het jaar hoor je haar op Klara, waar ze een breed publiek warm wil maken voor klassieke muziek.
Radio en televisie doen veel moeite om een jong publiek warm te maken voor de Elisabethwedstrijd. Daarom brengt al enkele jaren een panel van zes studenten verslag uit vanop de wedstrijd. ‘Als een leeftijdsgenoot je aanspoort om naar bepaalde muziek te luisteren, verlaagt dat de drempel. Zelf heb ik op die manier de Vier letzte Lieder van Strauss leren kennen.’
Maar of veel studenten naar de Elisabethwedstrijd kijken? ‘Ik vrees van niet, al hangt het af van het instrument. Piano wekt in het algemeen iets meer interesse, omdat meer jongeren zelf piano spelen. De groep studenten die bijvoorbeeld in het koorleven zit of zelf zingt, is kleiner.’
Kan de Elisabethwedstrijd toch helpen om een jonger publiek te bereiken?
‘Je kan maar hopen dat toevallige kijkers gegrepen worden door wat ze daar zien, ontroerd zijn door een bepaalde aria, en daarna meer gaan opzoeken. Onbekend is onbemind. Maar zodra je op YouTube begint te zoeken, krijg je steeds suggesties voor meer. De Elisabethwedstrijd is toch een momentum dat we moeten grijpen om mensen in verrukking te brengen, want het is de moeite waard.’
Waarom zouden jongeren afstemmen op klassieke muziek?
‘Klassieke muziek kan verrassen, is meer onvoorspelbaar. Ik ervaar ook een veel grotere klankrijkdom, voor mij gaat er niets boven het geluid van een mooi akoestisch instrument.’
‘Wat veel kijkers boeit tijdens een wedstrijd is het enorme vakmanschap en de beheersing van de muzikanten. Achter die twintig minuten onder de schijnwerpers zitten jaren van hard werken verscholen, van alleen zijn, zitten wroeten op stukken, op je stem en op je lichaam. Tijdens het Eurovisiesongfestival zingen kandidaten een lied van drie minuten, zangers van de Elisabethwedstrijd bereiden een programma voor van minstens een uur. Die maîtrise draagt een soort heroïek in zich.’
‘Wat mij ook erg boeit, is de cultuur die erachter zit. Klassieke muziek heeft voor mij een enorme diepgang die mij kan verrassen en verwonderen. De geschiedenis achter de werken, de literatuur, de verklankte poëzie… Hoewel ik ook in andere genres heel sterke singer-songwriters terugvind.’
‘Vroeger kon ik al eens meegesleept worden door een aria of lied. Pas later is dat intellectuele aspect er ook bijgekomen. Dan merk je pas dat klassieke muziek echt onuitputtelijk is.’
Is dat niet net het probleem? Klassieke muziek wordt vaak met hoogdravendheid geassocieerd.
‘Inderdaad, het valt mij op dat klassieke muziek altijd wordt verbonden met een soort serieux of ernst. Onlangs was ik te gast bij Annemie Peeters op Radio 1. Voor de uitzending zei ze nog snel dat ik het vooral niet te moeilijk moest maken.’
‘Dat merk ik ook in De Liefhebber (het programma op Klara dat Katelijne Boon presenteert, red.), waarin het ook net gaat over liefhebben, niet over wat je van bepaalde muziek kent. Zondag zag ik Phara De Aguirre. Al jaren probeer ik haar te strikken voor het programma, want zij gaat regelmatig naar concerten, maar tot nu toe weigerde ze steeds, vanwege de schrik er niets over te kunnen vertellen.’
‘‘Ik ken daar niets van’ is vaak de eerste reactie. Ik ken ook niet de finesses van het voetbal, maar ik kan daar wel geboeid naar kijken. Alles wat expertise en vaardigheid vraagt, heeft een eigen jargon, maar dat neemt niet weg dat je ook zonder dat jargon te kennen ervan kan genieten.’
Waarom blijft dat stoffige karakter toch kleven aan klassieke muziek?
‘Ik kan me voorstellen dat het ceremoniële aspect dat rond concerten hangt, daar een rol in speelt. Je mag niet klappen tussen de delen, iedereen zit daar opgedirkt. Dat houdt misschien de mythe in stand dat klassieke muziek iets voor de happy few is. Toch zijn er heel veel initiatieven om klassieke muziek bij een breder publiek te brengen. Als je dat wil, kan je klassieke muziek gaan ontdekken, en vaak nog aan een democratischere prijs dan een optreden in de AB of op Rock Werchter. Ik denk dat iemand die écht van muziek houdt, vroeg of laat ook geïntrigeerd kan raken door klassieke muziek.’