artikel> Theaterrecensie
Tweestrijd: You will accomplish nothing.
In Tweestrijd spelen Maarten en Julie de wedstrijd van hun leven. Het moet altijd sneller, beter en efficiënter, zoals de maatschappij het voorschrijft. Klinkt herkenbaar. Maar hoeveel is genoeg?
Dans of theater? Waar theater soms te verhalend en dans te abstract is, belooft collectief dOFt (dans OF theater) het snijvlak tussen de twee in te nemen. De voorstellingen zijn steevast een vereniging tussen beide disciplines. Het is theater maar met een strakke (en uiterst synchrone) choreografie die uitmondt in neurotische chaos. De combinatie werkt, zo blijkt.
Het podium is in twee speelvelden verdeeld en de meubels zijn conform gespiegeld. Elk vlak heeft zijn acteur: links is er Maarten (Jonas Vermeulen) en rechts Julie (Nele Vermeulen). Het duo wordt aangekondigd met de boodschap dat het ‘twee participerende burgers’ zijn in deze maatschappij.
Maarten of Julie? Tweestrijd is toneel, dans... en vooral duel. Het moet altijd ‘om ter best’ zijn, ‘om ter slimst’ of ‘om ter populairst’. De boodschap is - op het irritante af - duidelijk. De twee acteurs grijpen namelijk elke kans aan om een wedstrijdje uit te boksen. Serveer je je gasten tonijn of zalm? Zeg je ‘ruiken’ of ‘rieken’? Hou je werk en privé best gescheiden of bijeen? Collega’s op Facebook toevoegen: ja of nee? Ik doe het zus, jij doet het zo (maar onthoud altijd: ik doe het beter).
De stem van de maatschappij manifesteert zich in de vorm van een tergende ‘big brother’-voice en modereert het hele gebeuren. Hij - het is immers een mannenstem - stookt allerhande micro-wedstrijdjes op tussen Maarten en Julie. Onder minzaam gelach en denigrerende commentaar treitert hij: ‘Zou je dat wel doen, Julie?’, ‘Zijt ge daar zeker van, Maarten?’, ‘Het heeft allemaal te maken met je mindset’.
Knap hoe dit alles wordt aangevuld door allerhande lichteffecten, die aftellen naar de volgende aanvaring en die dienen als scorebord. Men waant zich in een vechtspelletje op de playstation.
De boodschap van het verhaal is zonneklaar, maar zeker niet zonder gevaar op brandwonden. De openingsscène bevat bijvoorbeeld erg veel dialoog en vervalt na een tijdje in vermoeiende patronen.
Dat wordt dan weer helemaal goed gemaakt door de scène daarop, waarin Maarten en Julie -zogezegd- gasten ontvangen voor een dinertje. Hilariteit alom wanneer de herkenbaarheid van de situatie het publiek te veel wordt. Tweestrijd tikt op komisch vlak alle vakjes af.
Ook het publiek ontsnapt niet aan de wurgende omhelzing van de samenleving. Een onzichtbare stem vraagt: ‘Als je twee honden ziet vechten om één been, wat gebeurt er dan?’ Spotlight op de zaal. Een ongemakkelijke stilte zijgt neer. ‘You will accomplish nothing. How badly do you want it?!’ eindigt het stuk.