KUNSTIGE PROFFEN JEROEN D'HOE

'TikTok? Natuurlijk is dat geen bedreig­ing voor popmuziek'

'AI kan misschien handig zijn als sparring partner, maar ook niet meer dan dat.'

In 'Kunstige Proffen' zoekt Veto professoren op die buiten hun vakgebied de tijd vinden om creatief bezig te zijn. Musicoloog én componist Jeroen D'hoe sluit de reeks af en deelt zijn uniek perspectief op popmuziek.

Gepubliceerd

'Op dit moment heb ik een ideaal evenwicht gevonden tussen onderzoek en muziek­praktijk', stelt Jeroen D'hoe vast, componist én professor Musicologie aan de KU Leuven en aan LUCA Muziek. 'Dat ik als componist creatief kan zijn, mét academische omkadering, ervaar ik als een enorm cadeau.' 

'Popmuziek als onderzoekstopic was onder musicologen lang controversieel'

Jeroen D'hoe wist als achttienjarige heel goed dat hij componist wilde worden, maar toch besloot hij eerst om Musicologie te studeren aan de KU Leuven. 'Er zijn genoeg componisten die denken het warm water weer eens uitgevonden te hebben, en dat vaak niet door hebben. Dat wou ik vermijden, door aan de universiteit een zo interessant mogelijk referentiekader te ontwikkelen om te gebruiken in mijn composities — de Musicologie.'

Raderwerken

D'hoe vond het interessant om de raderwerkjes achter muziek te ontdekken, en deelt die sinds enkele jaren als professor ook met zijn studenten. 'Het is fantastisch dat ik mijn studenten kan leren kennismaken met de mechanismen achter de muziek, zelfs bij een simpel popnummer.' In 2019 intro­duceerde de KU Leuven immers op specifieke vraag van de studenten het vak 'popmuziek', gedoceerd door Jeroen D'hoe, een primeur in Vlaanderen. 

'Voor een lange tijd was popmuziek als onderzoekstopic onder musicologen controversieel. Europa liep op dat vlak enkele decennia achter op de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk.' Toen D'hoe doctoreerde aan de prestigieuze Juilliard School in New York, gingen zijn ogen naar eigen zeggen open. 'Daar zaten ze toch enkele decennia vóór op Europa.'

'De AI-simulatie van Beethoven vond ik allerminst bevredigend'

'In heel de Angelsaksische wereld waren ze een stuk progressiever. De New York Philharmonic werkte bijvoorbeeld ook samen met artiesten als Elvis Costello — in Europa toen compleet ondenkbaar', lacht hij.

'Studenten schreven bij ons hun thesis bijna uitsluitend over klassieke componisten of klassieke topics, toen ik destijds Musicologie studeerde. Dat ik mijn masterproef over Kurt Weill mocht schrijven, een klassieke componist die de brug sloeg met musicals, was voor mij een buitenkans.' 

'Elke nieuwe technologie, creëert weer nieuwe muzikale vibes die interessant zijn om te bestuderen.'

Avant-garde

Dat D'hoe het mechanisme achter een popsong zo helder kan uitleggen, ligt natuurlijk ook aan het feit dat hij evenveel componist is, als musicoloog. Hoewel D'hoe al verschillende prestigieuze prijzen won voor zijn componeerwerk, ziet hij het als zijn missie om niet vanuit een ivoren muzikale toren te componeren. 'Ik ben geen avant-gardist. Als je mijn muziek hoort, hoor je duidelijk dat het muziek "van nu" is.'

Zelf beschrijft hij zich als hedendaags-klassiek componist, geïnspireerd door de traditie. 'Zo combineer ik bijvoor­beeld melodische en harmonische elementen, geïnspireerd door de (neo-)rom­antische klassieke muziek, waaruit ik vaak mijn inspiratie put, met eigentijdse sound­scapes, om het geheel hedendaags, verstaanbaar én toegankelijk te maken.'

Popmuziek als bedreigde diersoort

Als componist is D'hoe niet ongerust over de gevolgen van artificiële intelligentie. 'Of AI ooit succesvol zal zijn in de muziek? Daar is geen afdoend antwoord op. De AI-simulatie van Beethoven vond ik allerminst bevredigend. Zeker, AI maakt een verdienst­elijke stijloefening, maar de urgentie en originaliteit van Beethoven, kan het niet genereren. AI kan in de context van onderzoek misschien handig zijn als sparring partner, maar ook niet meer dan dat. Als componist zal ik AI alleszins nooit gebruiken.'

Zijn perspectief als klassiek geschoold componist combineerde D'hoe met zijn positie als 'popprof' — een roepnaam bedacht door De Standaard — in het boek Masters of pop. Daarin maakt hij een doorsnede van 150 jaar popmuziek, aan de hand van tien cruciale popalbums: van The Beatles tot Lauryn Hill. 

'TikTok zet de popmuziek juist op scherp'

Wanneer hij echter naar de toekomst kijkt, denkt D'hoe niet dat AI een gevaar is voor de toekomst van de popmuziek. Het is geen geheim meer dat platenmaatschappijen aan hun artiesten vragen om het refrein zo vroeg mogelijk in de song te steken, zodat er niet te snel weggeswipet wordt. 

'Maar ik denk dat dat de popmuziek juist op scherp stelt: artiesten moeten nu maximaal inzetten op de herkenbaarheid van hun liedje. Als een liedje versneld wordt afgespeeld of ingekort wordt is dat ook geen ramp, want uiteindelijk is er nog steeds de originele versie. Ik vind dat een heel natuurlijke ontwikkeling. Elke nieuwe technologie creëert weer nieuwe muzikale vibes die interessant zijn om te bestuderen.'

Masters of pop is verschenen bij Lannoo.

Powered by Labrador CMS