recensie> Uitbundigheid boven angst
The Cat Empire in Het Depot
Op donderdag 10 november pakte The Cat Empire met zijn Australische ska Het Depot in. Zo werd een regenachtige novemberavond voor even een broeierige festivalzomer. Iemand nog bang?
Een dag na 9/11 kwam The Cat Empire de boze geesten uit onze hoofden verdrijven. De vele Belgische fans konden hun lichtpunten van Down Under voor het eerst in Het Depot bewonderen. De Leuvense zaal verkocht uit en ging plat.
De Australische formatie bestaat al sinds 1999 en speelt ska met invloeden van funk, jazz, rock en latin. Toen nog met drie muzikanten, in Het Depot achtkoppig. Samen brengen ze een heerlijk swingend amalgaam van stijlen en dat blijkt een goede voedingsbodem voor een schare fans.
De set van The Cat Empire is slim opgebouwd door vakmanschap en ervaring
Met het openingsnummer Brighter Than Gold is de toon meteen gezet. Iedereen aan het dansen en in het publiek ontstaan meteen de eerste achtergrondkoren: ‘Owlaahéé, owlaahéé!’
De set van The Cat Empire is slim opgebouwd door vakmanschap en ervaring. Hun hits liggen mooi verspreid over de avond en de iets rustigere nummers vormen adempunten. Maar stilstaan? Dat nooit. Zoals het bij sommige kattenfilmpjes op YouTube onmogelijk is niet te lachen, zo is het ondoenbaar om stokstijf naar The Cat Empire te luisteren.
Het enigma McGill
Stuk voor stuk bestaat de band uit steengoede muzikanten. Het mooiste is dat ze ook genieten van elkaars virtuositeit. Telkens weer lijken ze verbaasd over wat de ander deze keer uit zijn saxofoon, conga of keyboard tovert.
De toetsenist Ollie McGill verbaast ons naast zijn virtuositeit ook door zijn gezichtsuitdrukkingen. Is hij geconstipeerd, autistisch of gewoon van een andere planeet? Zijn gelaat spreekt rare boekdelen wanneer hij musiceert, dus laten we het bij enigmatisch houden.
In How To Explain zingt de band: ‘Music is the language of us all’. Meer dan een universele taal heb je eigenlijk niet nodig om het enigma van McGill en zijn maten te verklaren.
Instrumenten als wapens
‘Op de radio krijgen jullie onze songs drie minuten te horen. Hier krijgen jullie een pianosolo van een kwartier!’ Zo ontbloot trompettist en zanger Harry James Angus de kroon, na een kabinetstukje van McGill. Met zijn heerlijke falset steekt Angus hoofdzanger Felix Riebl trouwens naar diezelfde kroon. In het koninkrijk van The Cat Empire heersen geniale solo’s en koperblazers die dialogeren tot een lange wulpse flow.
‘Op de radio krijgen jullie onze songs drie minuten te horen. Hier krijgen jullie een pianosolo van een kwartier!’
Harry James Angus, trompetist en zanger
Die flow wordt versterkt door de gekleurde draaiende molens naast de drummer. Samen met de muziek bezweren ze ons. De zangeres van het voorprogramma, Emily Lubitz, danste al als een derwisj en sindsdien blijven we tollen in deze uit de hand gelopen jamsessie.
Tot driemaal toe joelt de zaal dan ook om meer én speelt The Cat Empire meer. Geen verplichte nummertjes, maar echte synergie tussen artiesten en publiek. The Chariot wordt zo een echt lijflied: ‘Our weapons were our instruments, made from timber and steel’.
De achtergrondkoren zijn nu een groot gospelkoor geworden en overstemmen de muzikanten. We krijgen kippenvel, zoals bij de verkiezingsuitslag van over de plas een dag eerder. Uitbundigheid boven angst.