recensie> Onderhond: 'Starlet' van Sean Baker
Starlet, de hond onder de matras
We kijken allemaal wel graag eens porno, maar dat is niet het enige dat je in bed kan bekijken. Soms bestaan er van die films over honden van pornoactrices. En dan kijk ik daarnaar.
We kijken allemaal graag eens naar een grote film zoals Avengers, Transformers en andere, wat meer Oscarwaardige films in Kinepolis. Of we passeren langs Cinema Zed om de minder mainstream dingen mee te pikken zoals Under the Silver Lake of Girl. Maar soms lig ik in bed en voel ik me een indie kid van het eerste uur en kijk ik graag eens naar - de woorden van onze cultuurredacteur, niet de mijne - indie bullshit. En dan kom ik Starlet tegen.
Starlet is dan ook waar iedereen meteen aan denkt bij het horen van de term indie bullshit. Filmen met de losse hand, acteren met een knipoog en een verhaal vertellen dat ergens tussen genialiteit en complete bullshit ligt. Lekker vaag, zo hebben we het graag.
Op zijn doggy's
In deze film volgen we een jongedame, Tess, die enkele yard sales afstruint in de Los Angelaanse vallei en er $10.000 in een thermoskan vindt. Ergens tussen egoïsme en medeleven in, beslist ze dan maar de oude vrouw van wie de thermos is, te helpen met haar dagelijkse leven, zonder dat die laatste van het geld weet. Een opvallende vriendschap ontstaat. Oh ja, de jonge vrouw is een pornoactrice. En ze heeft een hond, Starlet, naar wie de film vernoemd is. Zeiden we al dat het een vage film is?
Maar ergens tussen al die vaagheid in zit ook een toets van genialiteit. Het gebrek aan expositie en het poneren van vraag en antwoord is iets dat deze film perfect uitspeelt. Heel de film lang trippelt het verhaal rond de job van Tess heen, om dan op een gegeven moment een pornoscène in ons gezicht te smijten waar Tess op zijn doggy’s wordt genomen. En daar bedoelen we geen kinky dingen met Starlet mee.
Ondertussen overgiet de regisseur van het Oscargenomineerde The Florida Project het geheel met een warme gloed waar we alleen maar gelukkig van kunnen worden. Een cinematografie om u tegen te zeggen en een locatie die ergens het midden houdt tussen een grootstad en het platteland. Dan lig ik daar in mijn bed, met een smile op mijn gezicht, te kijken naar hoe een oude vrouw een nieuwe dochterfiguur ontmoet onder de nevel van een of andere Instagramfilter.
Maar de film excelleert vooral in wat er tussen de lijnen gebeurt. Het verhaal zelf is slechts een kader voor een overmaat aan onderwerpen die onder het oppervlak aan bod komen. Prostitutie, drugsverslaving, misbruik, maar ook vriendschap, verloren familie en het cynisme van eenzaamheid. Warm en ruw tegelijk, maar toch altijd die ene hond die het verhaal bij elkaar houdt.
Maar waarom vind ik nu dat meer mensen deze film moeten gezien hebben? Twee woorden: fuck mainstream. Want indie bullshit is het nieuwe hip en cool. Zeg dat ik het gezegd heb.