interview> Interview met de spelers en makers achter 'Edward Twee' (fABULEUS)

'Ons taalgebruik kan heteronormativiteit aanpakken'

Regisseur Jorre Vandenbussche en acteurs Casper Schoolmeesters (Edward Twee) en Karel Tuytschaever (Gaveston) brengen homoseksualiteit en macht op de planken in 'Edward Twee' van fABULEUS.

Edward Twee speelt in kunstencentrum OPEK van 4  tot en met 11 maart 2020, en gaat daarna op tournee in Vlaanderen. Meer info op www.fabuleus.be.

Koning Edward is meer verliefd op zijn oudere minnaar Gaveston dan op zijn koningin Isabella. Dat is de onderliggende plotlijn van Edward Twee, een 16e eeuws theaterstuk van Christopher Marlowe. Regisseur Jorre Vandenbussche laat een initieel subtekstuele boodschap van homoseksualiteit naar voren treden in deze herwerking van fABULEUS, het Leuvense productiehuis dat voorstellingen maakt met jongeren. In Edward Twee zie je een kind, een volwassen acteur en zeven jongeren aan het werk.

Ligt de boodschap die jullie in Edward Twee naar buiten brengen jullie nauw aan het hart?Jorre Vandenbussche: 'Je kan geen verhaal vertellen dat niet vanuit een persoonlijke impuls komt. Wat voor verhaal vertel je dan? Voor mij is dat de drijfveer om te kunnen spreken over iets wat ik niet zomaar zeggen kan. Ik ben altijd al gebeten geweest door macht en machtsverhoudingen.'

Casper Schoolmeesters: 'Mijn broer is homo, en daarom vind ik het ook een belangrijke voorstelling. Ik heb met mijn broer eigenlijk niet over zijn geaardheid gesproken, want dat was voor mij vanzelfsprekend. Uiteindelijk is hij er zelf voor uitgekomen. We hebben daar nooit over gepraat, omdat ik iets had van: "Oké, ik ben hetero en ik kom daar toch ook niet voor uit." Eigenlijk had hij gewoon thuis kunnen komen met een jongen, zoals ik zou thuiskomen met een meisje.'

Karel Tuytschaever: 'Zelf ben ik heel laat uit de kast gekomen. Gelukkig hadden mijn ouders daar geen problemen mee, maar er werd anders mee omgegaan dan vandaag. Het werd bijvoorbeeld wel eerder binnenskamers gehouden. Daarbuiten werd er niet echt over gepraat, dat was gebruikelijker toen mensen van mijn generatie zich outten.'

'Als we al één persoon kunnen helpen, dan is de voorstelling voor mij geslaagd'

Casper Schoolmeesters

Denken jullie dat het vandaag makkelijker is om uit de kast te komen dan tien jaar geleden?
Vandenbussche: 'Er heerst precies een paradox: enerzijds is het aantrekkelijk om vandaag verschillende identiteiten te hebben, anderzijds blijft er nog steeds zo'n groot stigma aan vastkleven.'

Tuytschaever: 'Dat klopt! Het is trouwens ook economisch gezien interessant geworden. Veel bedrijven brengen genderneutrale kledinglijnen op de markt omdat het ook hip is. Je koopt je identiteit in de rekken. Dat is heel dubbel, want zo wordt identiteit misbruikt als koopwaar voor én ten koste van.'

'Ik zou nu echt niet uit de kast willen komen, omdat het me ongelofelijk moeilijk lijkt om ruimte te krijgen in al die vormen of beter gezegd non-vormen. Direct word je vastgepind op een vakje: "Ah, jij bent dit". Het is bizar hoe de maatschappij werkt. Je moet altijd eerst kunnen labelen, zodat mensen het begrijpen. Dan pas kan je het label wegwerken. Die termenparade is nu ook hip. In het begin was het gewoon "gay". Dan werd het LG, LGB, LGBT, LGBT+, LGBTQ+.'

'Identiteit wordt misbruikt als koopwaar'

Karel Tuytschaever

Moet je seksuele voorkeuren dan net wel of niet benoemen?
Tuytschaever: 'Ik denk dat daar geen juiste methode voor bestaat. In dat proces van jezelf (her)bekijken, aanvaarden en omarmen is je allereerste gevecht toch niet met de mensen om je heen, maar met jezelf. Eerst is het heel belangrijk om jezelf te omarmen. Dan pas komt de stap: "Oké, wat is mijn vorm naar buiten?". Pas daarna volgt: "Hoe reageren die anderen nu op mij?" '

'Het enige wat je als buitenstaander ziet, is het laatste stapje van een héél lang proces. De innerlijke wereld wordt naar buiten gebracht en dat conflicteert soms met die buitenwereld. Die kent je innerlijk proces natuurlijk niet. Daarom is het zo jammer en gevaarlijk dat er meteen een label op je wordt geplakt.'

Schoolmeesters: 'Ik vind het echt erg dat je zegt dat die acceptatie in stapjes moet gebeuren. Ik begrijp het wel, maar ik vind het gewoon erg. Want wij, "als hetero's", ondergaan zo'n proces niet. Het is niet zo dat ik me op een dag heb gerealiseerd dat ik hetero ben. Ik ben het gewoon. Maar ik merk toch in mijn omgeving dat we evolueren in de goede richting. Het belangrijkste dat ik wil bereiken met het theaterstuk is het gesprek openen. Dat dit moet gebeuren, is een jammerlijke tussenstap. Als we al één persoon kunnen helpen om zichzelf te ontdekken, dan is de voorstelling voor mij geslaagd.'

'In dat proces van jezelf aanvaarden en omarmen is je allereerste gevecht met jezelf'

Karel Tuytschaever

Hoe kan je dat gesprek openen?
Tuytschaever: 'We kunnen de heteronormativiteit aanpakken in iets wat we elke dag, vaak heel onbewust, gebruiken: onze taal. Taal kan een wapen zijn, maar ook een manier om onrechtstreeks dingen open te trekken. In de plaats van zeggen "als je met je vriendin thuiskomt", kan je ook heel makkelijk "vriend of vriendin" zeggen. Dat is al taboedoorbrekend op zich. Ik geef zelf les op het conservatorium en ik trek dat gewoonlijk open om mensen de ruimte te bieden om te zeggen "Nee, het is een hij" of "Nee, een zij". Ik denk dat taal kan helpen om ruimte te geven door te "laten bestaan".'

Vandenbussche: 'Uiteindelijk bepalen wij de stroom van verandering deels zélf, van onderuit. En dat zit soms in kleine handelingen.'

Powered by Labrador CMS