voorbeschouwing> Voorbeschouwing
Niets is belangrijker dan je denkt
Met ‘Niets’ brengt regisseur Freek Vielen samen met De Nwe Tijd/HETPALEIS een voorstelling over groepsdruk en de fundamentele vraagstukken van het leven, gericht op een jong publiek.
Wanneer de Deense Janne Teller in 2000 haar jeugdroman Intet (Ndl.: Niets) uitbrengt, breekt een storm van protest uit die er zelfs voor zorgt dat het boek even verbannen wordt. Het boek vertelt het verhaal van een klas 14-jarigen in Denemarken die in de greep gehouden worden door het nihilisme van een klasgenoot. Op een dag staat Pierre Anthon op en verklaart hij dat het leven zinloos is en er bijgevolg ook niets van waarde bestaat.
Vanaf dat moment brengt hij zijn dagen door in een pruimenboom in zijn tuin en bekogelt hij zijn klasgenoten met overrijpe pruimen en deprimerende uitspraken over de zinloosheid van hun bestaan. Aangestoken door zijn onverschilligheid besluit de klas het tegendeel te bewijzen door een berg van betekenis aan te maken. Het idee is mooi: iedereen voegt iets toe aan de Berg, de ander beslist wat. De uitwerking blijkt echter al snel gevaarlijk te zijn, wanneer Agnes Gerda dwingt haar hamster af te staan.
Doordat sommige groepsleden tot het uiterste willen gaan, worden de offers die ze moeten brengen steeds gruwelijker. Het einde van het boek is zo heftig en zwartgallig dat het moeilijk is om te geloven dat dit jeugdliteratuur is.
Hoe zo'n plot zich in godsnaam voor jeugdtheater leent? Nadat regisseur Freek Vielen – op aanraden van een van zijn acteurs – het boek las, besloot hij er een voorstelling over te maken. Ondanks de zware materie blijft de doelgroep van de voorstelling kinderen vanaf 11 jaar. ‘De leeftijd van die groep hangt samen met de overgang van de lagere school naar het middelbaar’, laat Vielen weten. ‘Dat was een van de moeilijkste overgangsperiodes in mijn leven, waarin je ook heel veel belang hecht aan de groep. Dat is ook een belangrijk element in de voorstelling, die groepsdruk.’
Daarnaast zijn er ook fundamentele levensvragen die het stuk beheersen en ook daar vormt de leeftijd van het doelpubliek voor Vielen geen probleem. ‘Vanaf die leeftijd steken die vragen voor het eerst de kop op. Ik denk niet dat het per se die vragen zijn die ervoor zorgen dat het misgaat, maar het gevoel dat je de enige bent die met zulke problemen worstelt. Met onze voorstelling willen we ons publiek dan ook geruststellen dat iedereen zulke vragen stelt. Je bent niet de enige die denkt dat ‘het leven geen zin meer heeft’ of dat ‘ze toch te lelijk zijn om vrienden te hebben’: die vragen horen bij het leven.’
Game of Thrones
De fundamentele vragen en vooral de nood van de personages om die een positief antwoord te bezorgen, zorgen in het boek voor enkele gruwelijke taferelen – denk maar aan mutilatie, grafroven, verkrachting. Die taferelen komen ook in het stuk voor, maar niet enkel om de shock value op te krikken. ‘We hebben tijdens de repetities samen gezeten met 11-jarigen om te kijken of we niet te ver gingen. Een van de moeilijkste dingen in theater is om iets realistisch neer te zetten, terwijl alles in definitie nep is. Tegelijkertijd leven we in een wereld waarin we twee muisklikken verwijderd zijn van echte gruwelijkheden. Tijdens die gesprekken kwam naar boven dat die kinderen al veel ellende zagen, gaande van de oorlog in Syrië tot Game of Thrones.'
Toch is de voorstelling niet exclusief voor kinderen bedoeld. 'Het zou goed kunnen dat het ingrijpender is voor 20- of 30-jarigen dan voor kinderen', stelt Vielen. ‘Als je tegen een kind zegt dat het leven geen zin heeft, zegt die vaak ‘nou, ik vind het leven wél leuk’ en gaat die iets leuks doen. Als je dat zegt tegen een 40-jarige die net zijn baan verloren heeft, antwoordt die misschien dat het inderdaad zo is.’
Noodzakelijk
Waar het einde van Tellers roman voornamelijk zwartgallig is, lijkt de voorstelling het publiek niet met een depressie naar huis te sturen. Door niet alleen het publiek te confronteren met belangrijke vragen, maar ze ook een antwoord te bieden. ‘Ik vond het boek zo heftig, dat ik ofwel een kunstwerk kon maken en tegen het publiek zeggen dat ze het daar maar mee moesten doen, of er een antwoord op formuleren.’
Dat Niets geen feelgoodtheater is, lijkt al van het begin duidelijk. Maar het belang van dit verhaal – in zowel het boek als de voorstelling – kan men niet wegmoffelen. Als ze het niveau en de urgentie van het boek haalt, durven we bijna stellen dat ze noodzakelijk is. Er zijn al genoeg zoete Disney-vehikels om de kinderen te paaien, misschien is het voor de oudere meerwaardezoeker tijd om de bittere, doch gezonde vitamines te introduceren.
‘Niets’ speelt op dinsdag 16 mei in de Schouwburg om 20 uur. Tickets kosten 14 euro.