interview> “Ik ben per toeval illustrator geworden, dat zou nu niet meer kunnen”
Interview Carll Cneut
Carll Cneut won de Vlaamse Cultuurprijs voor de Letteren. Opvallend want Cneut is geen schrijver, maar tekenaar. “Er is een mentaliteitswijziging,” vertelt hij over het illustratorbestaan.
U doceert aan het KASK in Gent. Wat deed u beslissen de tekenaarspassie door te geven?
Carll Cneut: «Lesgeven houdt me alert en scherp. Je ziet de nieuwe generatie en je wilt vooral zelf niet onderdoen. Als ik mijn studenten bezig zie, denk ik soms bij mezelf: ik zou dat gemaakt willen hebben. Ik stond trouwens al eens op een shortlist samen met een student van mij. Dat is een vreemd gevoel.»
Er staat dus een nieuwe generatie kunstenaars klaar?
Cneut: «De markt is erg veranderd en geprofessionaliseerd. Ik heb het gevoel dat het nu moeilijker is. Toen ik begon in 1996 was er nog meer het idee: "We doen iets en zien wel waar we uitkomen".»
«Ik heb het vak zo al doende mogen leren. Mijn eerste drie boeken waren een leerschool. Nu moet je meteen een sterk product aan de uitgever kunnen afleveren. Ik ben per toeval illustrator geworden, dat zou nu niet meer kunnen.»
"Carll Cneut is een veel betere naam dan Tom Vandewalle"
James Ensor en Pieter Breughel zijn uw grote voorbeelden. Kijkt u op naar andere illustratoren?
Cneut: «Het zijn vooral de schilderkunst en het dagelijkse leven die mij inspireren. Zo moet ik me nu echt concentreren om naar jullie te kijken. Als ik met vrienden op restaurant ga, kies ik vaak heel bewust de stoel die naar de muur wijst. Anders kijk ik te veel rond.»
«Soms zie je namelijk iets dat later bruikbaar is. Er zit een groot beeldarchief in mijn hoofd. Misschien vind je jouw neus binnenkort wel in één van mijn boeken.»
SCHRIJFSELS
Onlangs kreeg u een mooie erkenning voor uw werk: de Vlaamse Cultuurprijs voor de Letteren. Had u dat verwacht?
Cneut: «Het is een primeur dat een illustrator die prijs krijgt. Ik had zelfs tot op de uitreiking niet door dat ik echt de prijs der Letteren kreeg. Toch ben ik vooral blij met het compliment uit het juryverslag dat ik erin slaag naast de auteur te vertellen.»
«Dat vind ik namelijk heel belangrijk. Ik moet zeker weten dat een auteur zijn werk kan loslaten en mij de kans geeft mijn eigen ding te doen. Er is niets ergers dan een tekst krijgen met tussen haakjes wat je precies moet doen.»
Sta je als illustrator soms in de schaduw van de auteur?
“Misschien vind je jouw neus binnenkort wel in één van mijn boeken terug”
Cneut: «Ik denk dat die grenzen kleiner worden. Illustratoren krijgen steeds meer erkenning. De Cultuurprijs is daar een goed voorbeeld van. Het is een statement van de jury. Ik denk dat er een mentaliteitswijziging komt.»
U schrijft ook graag, maar komt er niet mee naar buiten. Is dat wel een ambitie?
Cneut: «Het is niet de bedoeling mijn roman uit te geven, maar zeg nooit nooit natuurlijk. Al ga ik me dan eerst nog wat moeten verdapperen. Er is nu appreciatie voor mijn tekenwerk, maar ik ben bang voor de kritiek als ik mijn schrijfsels op de mensen loslaat.Niemand heeft die ooit gelezen. Misschien zijn ze barslecht. Voorlopig is schrijven vooral een uitlaatklep.»
Werkt schrijven op een andere manier dan tekenen?
Cneut: «Ik vind het zeer belangrijk dat je ruimte laat voor interpretatie. Soms krijg je mooie teksten van auteurs, maar waar alles tot in de details beschreven staat. Dan kan je enkel een plaatje maken bij het praatje.»
«Niet alleen als ik zelf schrijf, maar ook als ik teken, probeer ik die ruimte wel te laten. Zelfs al zijn er in een boek al twee versies van het verhaal, het geschrevene en het getekende, toch moet je de lezer ook iets gunnen.»
BOEKENMAKER
Bent u bang dat de ideeën ooit op zullen zijn?
Cneut:«Bij ieder nieuw boek. Eerst is er altijd paniek. Ik heb namelijk een erg grote drang om steeds vooruit te gaan. Mijn grootste angst is stil te blijven staan.»
“Mensen verwachten een kale man met een baard”
«Die hoge verwachtingen liggen vooral bij mezelf, maar ook bij de uitgever en de auteur. Soms kan ik daar melancholisch over worden. In het begin stond mijn boek gewoon in de winkel en niemand kocht dat. Als ik dan aan het volgende begon, was ik heel vrij. Nu zijn er wel verwachtingen en die kan ik niet altijd loslaten.»
Sommige mensen noemen uw tekeningen melancholisch. Kan u zich daar in vinden?
Cneut: «Niet echt. Mensen verwachten altijd iemand anders wanneer ze mij ontmoeten. Iedereen verwacht een kale man met een baard, die heel serieus en triest is. Maar ik ben een vrolijk mens.»
«Er zit iets in mijn werk, wat ik niet zie, maar wat ervoor zorgt dat mensen zich een ander personage voorstellen. Mensen denken ook vaak dat ik naar klassieke muziek luister, maar eigenlijk zit onder mijn favoriete muziek steeds een beat. Ik voel me ook geen kunstenaar, maar een boekenmaker.»
Misschien heeft dat foute beeld ook te maken met uw bijzondere naam. Is dat een artiestennaam?
Cneut: «Niemand gelooft dat ik gewoon een West-Vlaming ben, en geen Duitse of Scandinavische roots heb.»
«Vroeger schreef ik mijn naam zelf ook altijd anders. Toen ik in het boekencircuit begon, zei iemand dat ik die unieke schrijfwijze moest uitspelen. Het is in elk geval een betere naam dan Tom Vandewalle. Een leuke anekdote is dat er in Zweden een serie boeken is uitgegeven die De avonturen van Karl Knut heet.»
Dat lijkt wel een teken dat je ooit illustrator moest worden. Een boekenreeks die jouw naam draagt.
Cneut: «Karl Knut is een kleine aardworm met een petje en een rood vestje aan, dus ik hoop van niet (lacht). Ik heb ze in elk geval thuis staan. De Zweedse uitgeverij heeft ze ooit eens opgestuurd.»