INTERVIEW KORTFILMFESTIVAL

In het hoofd van een jongetje met ADHD kruipen

Alleen ik

De debuutfilm Alleen ik (Only me, me alone) van Jasper De Maeseneer, masterstudent aan het RITCS werd geselecteerd voor het Leuvense kortfilmfestival. Een kort gesprek naar aanleiding van de festivalstart.

Gepubliceerd Laatst geüpdatet

Kortfilmfestival

Het kortfilmfestival loopt van vrijdag 2 tot zaterdag 10 december 2022 in Cinema ZED. De film Alleen ik (Only me, me alone) wordt vertoond op zondag 4 december.

Alleen ik (Only me, me alone)

Waarover gaat je film?
Jasper De Maeseneer: 'Het is een film waarbij je in het hoofd van een jongetje met ADHD kruipt en waarin je verrassend veel dingen vindt die herkenbaar aanvoelen. Een neurodivergente jongen met ADHD stoot op de grenzen van zijn broer, door er een heel weekend alleen mee te zijn. De vraag is dan natuurlijk hoe die broer ermee omgaat.'

'Als maker stel ik de vraag : "Is het oké om mensen buiten te willen sluiten, omdat je het gevoel hebt dat ze je niet accepteren, ook al is het jouw eigen broer? Ook als die broer het goed bedoelt, bijvoorbeeld."'

Vanwaar de keuze voor dit thema?
'Ik ben zelf neurodivergent; ik heb ADHD. Ik vind het altijd heel interessant om een groot, maatschappelijk relevant probleem op een interpersoonlijk niveau uit te spelen.'

Dus eigenlijk een soort autotheory: theoretiseren vanuit persoonlijke ervaring?

'Ja, dat is het eigenlijk! Nu heb ik immers ook een groot probleem genomen, namelijk acceptatie. Heel veel mensen voelen zich niet geaccepteerd, en daardoor uitgesloten of alleen. Daarin zijn momenten die op het eerste gezicht onschuldig lijken, heel tekenend.'

Wat voor momenten zijn dat dan?
'Als mensen bepaalde opmerkingen geven – ook al bedoelen ze het niet slecht – kan dat heel hard binnenkomen. Dat gebeurt in veel lagen van onze maatschappij.'

In hoeverre is de film dan een zelfontdekkingsreis, en in hoeverre is het activisme om aandacht voor het probleem te vragen?
'Het is altijd activistisch. Mijn mening is dat alles wat je maakt een soort standpunt moet innemen. Dan wordt het pas interessant, anders bekijk je een lege doos.’

'Als kijker wil ik altijd weten wat de auteur van het thema vindt, en wat ik als toekijkend individu moet doen of moet meenemen. Dat vind ik ook de kracht van de film: dat je als maker een probleem op een subtiele manier kan aanhalen. Dat je het zichtbaar en relevant kan maken voor het publiek.'

'Iedereen voelt zich met momenten niet geaccepteerd omwille van het label dat ze krijgen'

'Ik probeer dat als regisseur te doen door op een impressionistische en subjectieve manier te werk te gaan. Hoe pak je bijvoorbeeld een film over ADHD aan? Met veel dynamische camerabewegingen. De camera en het personage staan nooit stil, het geluid toont wat hij hoort en wat hem opvalt…'

'Mijn hoofdrolspeler heb ik bijvoorbeeld lang moeten coachen: hij heeft zelf geen ADHD, maar hij moest wel begrijpen wat dat is. Ik liet hem echt oefeningen doen, bijvoorbeeld drie minuten stilzitten en elke afleiding en elke prikkel die hij voelde opnoemen. Echt de Stanislavski-methode (een acteermethode waarbij je als acteur je personage volledig probeert te doorgronden en begrijpen, red.).'

Dat doet een beetje aan The Father denken, met Anthony Hopkins…
'Ja, absoluut! Het is leuk om in het hoofd van de persoon te kruipen, om dan vervolgens elementen in dat verhaal te vinden die treffend genoeg zijn voor andere mensen om zich erin te kunnen herkennen.'

Ook als ze geen ADHD hebben?
'Ja. Bijna iedereen die de film al heeft gezien, herkende zich opeens in een elfjarige jongen met ADHD. Iedereen heeft dat gevoel, iedereen voelt zich met momenten niet geaccepteerd omwille van het label dat ze krijgen. Via mijn persoonlijke verhaal over ADHD heb ik dat proberen te tonen.'

Heb je de film oorspronkelijk binnen het kader van je opleiding gemaakt?
'Ja, het was mijn bachelorproef en ik had er goede punten op. Het was ook de eerste film waarbij ik vanuit mijn omgeving en mijn docenten het gevoel kreeg dat het goed genoeg was om mee naar buiten te komen.'

Jasper De Maeseneer

'Deze film is ook de eerste waarmee ik mij aan festivals waag, en dat lukt nog wel goed. Bij de inzendingen die we deden, hebben we de selectie gehaald. In Antwerpen, op het BREEDBEELD kortfilmfestival, hebben we een publieksprijs gewonnen. Daar ben ik heel tevreden mee.'

'Ik ben zelf altijd grote fan van filmfestivals en het kortfilmfestival geweest: het is een soort viering van film. Anders dan bij gewone cinema, wordt er echt aandacht besteed aan de makers: wie zijn ze, van waar komt hun stem, waarom hebben ze dit stuk gemaakt, enzovoort. Soms heb je ook nog eens het geluk om die makers aan het woord te horen, dan voel je je nog dichter bij die mensen.'

Over makers gesproken: welke regisseur inspireert je het meest op dit moment?
'Xavier Dolan is een groot idool van mij. Hij slaagt erin om zijn personages op een erg interessante manier te schetsen, en in elk personage potentieel te vinden. Het is heel boeiend hoe hij die zo extreem kan maken, maar toch zo vertrouwd kan doen voelen.'

'Er wordt nog steeds te vaak gegrepen naar mannelijke regisseurs als voorbeelden'

'Ik vind Agnes Varda ook een heel sterke vrouwelijke filmmaker. Al hebben mijn films daar nu niet zo veel van weg, het is wel iemand waar ik vaak naar refereer.'

Je vermeldt expliciet dat het een vrouwelijke regisseur is, vind je dat belangrijk?
'Ja, ook al ben ik zelf een cis-man. Ik vind dat er nog steeds te vaak naar mannelijke regisseurs wordt gegrepen als voorbeelden, terwijl er ook heel veel vrouwelijke topregisseurs zijn.'

'We hebben in België bijvoorbeeld Chantal Akerman gehad, en de Franse Julia Ducournau is ook een heel grote inspiratie van mij. Ook mijn coach Cecilia Verheyden, een Leuvense regisseuse, is fantastisch. Ik heb superveel van haar geleerd. Ze is heel sterk op vlak van narrativiteit in film en dat heeft mij erg geïnspireerd.'

Is Leuven dan ook een belangrijke locatie voor jou?
'Op dit punt van mijn leven kan ik heel hard genieten van Leuven als creatieve hub: je hebt dramastudenten in het Lemmens, we hebben een heel goede cultuurwerking met 30CC, en een mooie schouwburg. Veel van mijn creatieve vrienden zitten daar, en ook mijn cinematograaf Arthur Moelants is van Leuven.'

Naar welke andere films op het kortfilmfestival kijk je uit?
'Ten eerste: alle films. Ik ben de voorbije jaren altijd gaan kijken en altijd fan geweest van de selectie. Het gaan ongetwijfeld heel sterke films zijn.'

'Persoonlijk kijk ik heel hard uit naar de film van mijn schoolgenoten Anéline Platteau en Max Blommaert. Ik ben ook heel erg benieuwd naar Finn’s Hiel van Cato Custers en naar de documentairesectie van het festival. Ik ga alles proberen zien!'

Powered by Labrador CMS