recensie> Recensie Helado Negro in STUK
Helado Negro: de singer-songwriter uit Florida leert ons lachen in twee talen
'There are so many different types of smiles, you know.' Helado Negro stelde afgelopen donderdag zijn album 'This Is How You Smile' voor in STUK. ‘Die drie: Piet Mondriaan’, fluistert mijn buur me in.
'Do you know that poem? You should look it up.' De titel van Helado Negro's dromerige plaat This Is How You Smile verwijst naar een kortverhaal van Jamaica Kincaid in The New Yorker. Het leest als een oplijsting van raadgevingen van een moeder aan haar dochter.
Kincaid thematiseert de kolonisatie van een meisjeslichaam, doorspekt met intieme moederliefde: 'This is how you smile to someone you don’t like too much; this is how you smile to someone you don’t like at all; this is how you smile to someone you like completely; this is how you set a table for dinner; this is how you set a table for dinner with an important guest.' De zinnen vatten de plaat en het concert samen.
Van iemand die het hoofd hopt als een 'sound engineer' verwacht je iets dat goed in elkaar steekt
Roberto Carlos Lange, geboren in Florida als zoon van Ecuadoriaanse migranten, pleegt geen verzet. Hij volgt moeders raad op en lacht inschikkelijk op twaalf verschillende manieren. Het levert een parel van een album op, dat de band van voren naar achteren speelt. In het Spaans en het Engels brengt Helado Negro een ontwapenende getuigenis voor een druilerige zondagnamiddag.
Complexloos
Met Jackie Mendoza als kakofonisch voorprogramma had Lange dan ook iets goed te maken. Van iemand die het hoofd hopt als een sound engineer verwacht je iets dat goed in elkaar steekt. Mendoza houdt het bij ukelele doorheen eclectisch kabaal. Ze blijft er bescheiden en doelloos bij. Stemhervormers varen haar hemelse stem naar de buitenste cirkel van de hel. Met het weinig irritante popnummer Islands uit een meer complexloze periode biedt Mendoza even een vorm van amusement.
De hele avond heeft niets bijzonders
'Die drie: Piet Mondriaan', fluistert mijn buur me in. Helado Negro blinkt uit in precisie. Hij zingt zijn heerlijke stem in het geel. Zij speelt haar viool in het rood. Hij doet de sax in het blauw. Kinderlijk eenvoudig spelen ze in primaire kleuren: herkenbaar en met net voldoende afstand tussen de dingen. Intussen zingt Lange in het geweldig mooie Please Won’t Please: 'And we’ll light our eyes on fire/ just to see/ if anyone will come rescue/ what’s left of me.'
De avond heeft absoluut niets bijzonders. Je hebt het gevoel dat er niets fout kan gaan. Dat die charmante man alles wel zal oplossen en overal mee weg zal komen.
De setting is overigens niet wat die moet zijn. Het concert vindt plaats in de Soetezaal van STUK. Wij zitten, terwijl de intieme muziek alvast de schijn opwekt engagement te verwachten. Je wil deze stem in de ogen kijken. Als Lange te laat vraagt of we willen rechtstaan, staan we ongemakkelijk voor onze stoel te schuifelen. De zaal zit in de weg. Bij het laatste nummer kruipen we dichter, de belichte planken op. Lange kijkt me in de ogen. Voor mijn neus wiegt een kind.