recensie> Haarrekkers, aardappelschillen en een Fritz-Kola
Gegidst door Ithaka Kunstenfestival
Een gids leidt ons rond op het Ithaka Kunstenfestival. De tentoonstelling vult jaarlijks een verlaten locatie in Leuven met werk van jonge kunstenaars. Veel verhaal, maar weinig gesprekstof.
De 24ste editie van het Kunstenfestival, georganiseerd door LOKO Cultuur, nam voor een week zijn intrek in het Sint-Agnesinstituut, het Anatomisch Theater en de stedelijke kruidtuin. Samen met een gids waagden we ons aan de tentoongestelde hedendaagse kunstwerken.
De rondleiding vangt aan in een geïmproviseerde bookshop waar kunstboeken geëtaleerd liggen op europaletten. We krijgen een onduidelijk plan waarop "U bent hier" staat. Best verwarrend wanneer je met het plan rondloopt. Gelukkig hebben we een gids die ons de weg wijst.
Auschwitz
In een zijgebouw maken we kennis met Kathi Seebeck en haar fascinatie voor haarrekkers. Een bezoek aan Auschwitz heeft haar op het idee gebracht om haarrekkers te verzamelen, te documenteren en te onderzoeken. Eerlijk toegegeven, wij rollen toch wat met onze ogen. Jammer dat de video-installatie waar de gids zeer lovend over spreekt, op dat moment niet te bekijken is.
Als een altaar in een kerk stond daar een dissectietafel
Op dezelfde verdieping presenteert Winne Lievens sterke beelden van handen die aardappels schillen. Ze is geïntrigeerd door menselijke gewoontes en handelingen. Beelden van een naakte vrouw die zich afdroogt hebben best een confronterend effect op de toeschouwers.
We maken een ommetje langs het Anatomisch Theater. Als een altaar in een kerk staat daar een dissectietafel. Pas nu wordt ons het thema van de tentoonstelling Ithaka Anatomé duidelijk. Het witte stenen massief is omgeven door een aluminium constructie die de schaal van het theater benadrukt, een aanzienlijk kunstproduct van Melvin Pattyn.
Onzichtbare vers
Voor we terugkeren naar het hoofdgebouw, staan we even stil bij de Kruidtuin. Het visuele collectief tBEDRIJF heeft het kunstenfestival voorzien van een lichtinstallatie. ’s Nachts zou een zin te lezen moeten zijn uit de Odyssee. “Wat de zin zal zijn, zullen jullie straks zien als het donker is,” klinkt het. Dat het op dat moment al pikdonker is, is de gids ontgaan. Welk vers er te zien was, blijft dus een raadsel.
Met vraagtekens trekt ons kleine gezelschap naar het hoofdgebouw waar we nog verschillende werken aantreffen die schipperen tussen zweverige abstractie en dankbare rustpunten. Een creatie die heel wat wenkbrauwen doet fronsen, is Danny van Jolien De Roo. Zelfs met uitleg krijgen we weinig hoogte van het werk.
De wenkbrauwen blijven omhoog bij het zien van een rozig borduurwerk. Bij velen schiet de verbaasde gedachte door het hoofd dat hun darmen wel eens ooit als esthetisch object kunnen worden gecategoriseerd. Hier blijkt duidelijk dat de vorige editie van Ithaka uiteindelijk toch sterker was dan deze.
De combinatie van Fritz- Kola en de afgebladderde muren zorgden voor een hip Berlijns sfeertje.
Wel indrukwekkend is de installatie Resonate van Matthias de Vriendt. Hij combineert minimalistische drones met zwart-wit visuals tot een fascinerend geheel waarbij de hele groep even collectief aan het zweven slaat. Iedereen wordt aangespoord even in de handen te klappen omdat de installatie zou moeten reageren op omgevingsinvloeden. Teleurstelling volgt echter wanneer het effect toch niet zo indrukwekkend blijkt.
Bij de zoveelste QR-code doet de gids nog een enthousiaste oproep: "Scan er maar op los hé jongens!" Alsof deze codes de educatieve waarde van een persoonlijke gids kunnen vervangen.
Een dankbaar rust- en eindpunt zijn de foto's van Kevin Collaert, waarschijnlijk de meest toegankelijke kunstenaar van het festival. Met zijn zwart- wit foto's wil hij de schoonheid van de eenvoud - het klinkt wolliger dan het eruitzag - terug naar voren brengen, en daar slaagt hij ook in.
Tot slot zakken we af naar de bar. Daar zorgt de combinatie van Fritz-Kola, dat ons ganz viel Kaffein belooft, en de afgebladderde muren van het pand voor een soort hip Berlijns sfeertje. Helaas levert de tentoonstelling weinig gesprekstof op. Al rillend zoeken wij de toiletten op, de warmste plek van het gebouw.